In tempore non suspecto belegde Marc Coucke een vergadering met de vertegenwoordigers van 1B voor gisteren/dinsdag. Die kreeg vorige week plots een andere insteek.
Het zijn drukke tijden voor Marc Coucke. Als voorzitter van Anderlecht heeft hij een sportieve crisis af te wenden, als voorzitter van de Pro League, het overkoepelende orgaan van alle profclubs, een morele. De integriteit van het Belgische voetbal staat op het spel. De sleutels afpakken van een van de hoofdfiguren in het debat alleen zal niet volstaan. Zijn eigen dubbele pet-functie overbodig maken en op het einde van zijn ambtstermijn een onafhankelijke voorzitter de taak laten overnemen, evenmin. Dat gebeurde al van 2012 tot 2015, maar van de heren Ronny Verhelst, JoséZurstrassen, MichelDupont of Peter Quaghebeur kunnen we ons niet direct ingrijpende koerswijzigingen herinneren. Daarvoor waren hun handen te gebonden.
Gisteren/dinsdag ontmoette Marc Coucke als voorzitter van de Pro League de clubs uit 1B. Die zagen hun wedstrijden van vorig weekend uitgesteld, om de rust te laten weerkeren. Intern is het ook onrustig. De oorspronkelijke inhoud van de vergadering was het bespreken van het competitieformat na 2020, als de huidige akkoorden aflopen. Het plan dat in de wandelgangen circuleert, is een afbouw van het aantal profclubs. In een eerste fase naar 20, in een volgende naar 18. Nu zijn ze met 24. Dat betekent dat er vier zouden moeten sneuvelen. Of drie, stel dat het gerechtelijk onderzoek bewijzen oplevert tot de eventuele betrokkenheid van clubleiders van YRKV Mechelen bij een poging tot omkoping. In dat geval zou dat kunnen leiden tot het schrappen van Malinwa als profclub.
Of het zover komt, is nog de vraag. Toen Lierse in 2006 betrokken raakte bij de zaak- Ye, werd de club in eerste instantie door de voetbalbond ook teruggezet naar derde klasse. In maart 2008 werd ze in beroep vrijgesproken. De club zat toen al in tweede klasse. Anders dan nu bij YRKV Mechelen, waar het gerecht de bestuurders in verdenking stelt, kwam de betrokkenheid in die zaak wél bij spelers en trainer te liggen.