Kippenvel voor taekwondoka Laurence Rase: ‘Mijn hele carrière flitste toen voor mijn ogen’
Taekwondoka Laurence Rase vroeg zich af waar ze nu eigenlijk bang voor was.
Jef Van Baelen vraagt toppers naar hun mooiste sportherinnering.
Het is bijna twintig jaar geleden, maar ik herinner me nog elke seconde van de EK-finale van 2006. Als ik de jeugdkampioenschappen meetel, was ik al vijftien jaar aan het jagen op een titel. Ik was het meisje van zilver of brons, nooit van goud. Dat stak. Al kan ik zeggen dat ik nooit aan mezelf heb getwijfeld. Als topsporter moet je erin blijven geloven.
In de finale van het Europees Kampioenschap trof ik de Zweedse Karolina Kedzierska. Een opkomend talent, dat ik drie weken voordien kinderlijk eenvoudig had verslagen. Dat is geen voordeel. Van een makkelijke zege leer je niet veel. Zij had geanalyseerd waar het voor haar misliep en presenteerde zich nu veel sterker. Ik was onder de indruk van haar niveau en vond geen oplossingen. Vijftien seconden voor het einde maak ik gelijk tot 3-3. De scheidsrechter legt de match een paar momenten stil. Mijn hele carrière flitste toen voor mijn ogen. In al die keren dat ik net naast de overwinning had gegrepen, zat een constante: ik was vaak te voorzichtig. Bij een gelijkspel beslist de jury. Een taekwondoka die risico neemt, loopt vaak in het mes, dus tegen het eind van de wedstrijd ontstaat vanzelf de neiging om op veilig te spelen.
Maar niet die keer. Ik wilde aanvallen. En als het mislukte, mocht ik geen spijt hebben. Dat denkproces kan niet meer dan twee seconden hebben geduurd, maar in mijn hoofd leek het een uur waarin ik alle voor- en nadelen stond af te wegen. Ik dacht: waar ben je eigenlijk bang voor, Laurence? Wat heb je te verliezen? En zelfs: wil je wel op die manier winnen, met een jurybeslissing?
Kedzierska schrikt van mijn aanval. Met een snelle trap maak ik 4-3. Nu heeft zij niets meer te verliezen. Kedzierska stormt op me af. In de laatste seconde raak ik haar met een prachtige draaiende kick. Ik gil mijn geluk uit en spring in de armen van mijn coach. Had ik ook gewonnen als het een jurybeslissing was geworden? Ik denk van wel. Maar dit was zo veel mooier.