Overal, zegt Eric Viscaal, leest hij oppervlakkigheden. Niet in het minst over de sportieve prestaties van KV Mechelen. ‘Maar een interview met Sef Vergoossen lees ik altijd.’
Ook de aarzelende collega van het Algemeen Dagblad wil een interview, maar wordt door EricViscaal zonder veel woorden de perszaal uit gestuurd. “Had hij maar een afspraak moeten maken”, klinkt het. En zo kent de voetbalwereld Viscaal : als recht voor de raapse Nederlander die zonder schroom zijn mening formuleert en daarmee menigeen tegen de haren in strijkt. Nu evenwel, was hij net een pleidooi voor het positieve voetbal van KV Mechelen aan het houden. Want het moet gezegd : aanvallend en goed combinerend voetbal, ze brengen het in Mechelen. Eric Viscaal (34) is er de afgelopen wedstrijden een niet onbelangrijk element in gebleken. Dat hij überhaupt een van de vijfenzeventig dertigers is die meedraaien in eerste klasse, leek in zijn geval nochtans dat niet evident.
Begin vorig seizoen zat je in tweede klasse op de bank, terwijl je nu een van de dragende spelers bent. Hoe kan dat ?
Eric Viscaal : Zeventien wedstrijden heb ik in totaal gespeeld vorig seizoen. Natuurlijk heb je het daar moeilijk mee, nog altijd, ondanks dat ik toen 33 was. Met de keuzes van Hulshoff en Vanhoof was ik het niet altijd eens. Ik was vorig jaar geen mindere voetballer.
Maar sta je dit seizoen niet scherper ?
Neen, dat slaat nergens op. Vorig seizoen heb ik ook m’n waarde bewezen. Wat wel heel vreemd was, is dat ik voor de laatste vijf wedstrijden bij de coach moest komen. Toen kreeg ik te horen dat ik in die wedstrijden zo belangrijk moest zijn dat ik KV Mechelen kampioen zou maken. Vijf wedstrijden voor het einde ! Was ik dan in wedstrijd vier of dertien niet belangrijk genoeg ? Die mensen hadden geen vertrouwen in mij en dan houdt het op, natuurlijk. Het was altijd het verhaal van Martijn ( Van Galen, nvdr) en ik die in balans lagen, wat ik altijd al de grootste onzin heb gevonden die ik ooit hoorde. Ik denk dat wij twee spelers zijn die heel complementair zijn met elkaar.
Terwijl jullie nochtans ook nu niet vaak samen in de basis staan.
Op Brugge stonden we samen in de ploeg en speelde ik meer van links uit en stond hij meer achterin. Ik heb vroeger altijd veel rond zo’n types gespeeld, dus ik zie niet in waarom Martijn niet bijvoorbeeld diep zou spelen en ik daarachter, of andersom. Ik heb dat verhaal eigenlijk nooit heel goed begrepen. Maar deze coach heeft me laten starten in de competitie en ik heb tot nu toe nog niet ontgoocheld. Wat ik nu breng, kon ik vorig jaar ook brengen, alleen is het nu gewoon allemaal ietsje duidelijker.
Hoe bedoel je ?
Nou, op het veld. Al kan het nog altijd beter, natuurlijk. Vorig jaar had ik soms het gevoel dat we het veld op gingen om het veld op te gaan. Dat was eigenlijk een seizoen dat we wonnen door individuele kwaliteiten en niet door collectief voetbal. Het merendeel van de wedstrijden werd door individuen beslist. Terwijl ik denk dat we nu, tot hier toe, aardig gespeeld hebben. Al weet ik wel dat dat raar klinkt als je met 4-1 op Anderlecht verliest en met 4-0 op Brugge, hoor. Maar we spelen positief voetbal en daarom ben ik er zeker van dat je op een gegeven moment gewoon punten móet gaan halen. Maar ja, ondertussen hadden we wel een bonus kunnen pakken in die twee uitwedstrijden. Van de andere kant vond ik onze eerste helft tegen Charleroi heel goed en tegen Bergen, dat was zo’n wedstrijd waar we enkele doelkansen kregen, maar waar de tegenstander ontzettend negatief voetbalde. Dat is moeilijk. Maar het is hun goed recht, wij moeten er maar een antwoord op hebben.
Zoals je zelf aangaf : aan doelkansen ontbreekt het niet.
We hebben er natuurlijk veel gemist. Zoals op Brugge, waar we in de tweede helft zeker recht hadden op de aansluitingstreffer en waar we bij momenten Brugge gewoon domineerden. Dan wil ik er nog niet eens over hebben dat we ei zo na de 2-2 maakten.
Mist Mechelen jou af en toe niet meer voorin, in de spits ?
Ik heb altijd wel voorin gespeeld en tien, vijftien doelpunten per seizoen gemaakt, zo rond die koers zat ik dan wel altijd. Maar ik heb er niet zo’n probleem mee om hier meer op het middenveld te spelen, als je daar een stukje waardering voor krijgt. Ach, ik heb hier al van links, van rechts of van achteren uit gespeeld. Op Brugge hadden we een kleine aanpassing gedaan, stond Lisasi alleen voorin, ik wat meer op links en Luis ( Guadalupe, nvdr) op rechts. Had ik meer een vrije rol. Tegen Charleroi en Bergen hadden we met een voorsprong de rust in moeten gaan. Tegen Brugge en Anderlecht kregen we vier, vijf kansen.
Tegen Charleroi hebben we je even geturfd en je bleek je vooral te beperken tot risicoloos spel in de breedte. Toegegeven, die ene pass die je in de diepte gaf, luidde wel meteen een doelpunt in.
Ik ben een speler die heel snel de diepte zoekt, maar als er niemand aanspeelbaar is, dan ga je natuurlijk andere oplossingen zoeken. Voorin zit je natuurlijk met een Luis, die het niet gewoon is op die positie te spelen.
Vandaar dat we je hem op Anderlecht duchtig de mantel zagen uitvegen.
Het is niet altijd makkelijk in de communicatie. Maar dat was een fase waarin hij zijn sterkte had kunnen uitspelen. Kijk, als je hem een bal in de voeten kan spelen, kom je er heel moeilijk aan, want hij is zo enorm sterk. Terwijl hij zelf aangaf dat hij hem liever wat dieper wil. Tja, als hij dat liever zo wil, kan je het alleen maar positief noemen dat hij het tenminste aangeeft. In de voorbereiding lukte dat aardig met mij erachter en hij en Lisasi vooraan, en straks komt Tosin ( Dosunmu, nvdr) terug uit schorsing. Dus dat kan de concurrentie alleen maar ten goede komen.
Jullie lonen voor juli en augustus lieten op zich wachten en in de pers is de laatste weken over en weer met modder gegooid. In hoeverre wegen die extra-sportieve besognes op de spelersgroep ?
Tot nu toe weegt dat nog niet zo zwaar, maar dat kan bij KV van dag tot dag verschillen natuurlijk. Je weet nooit wat er morgen weer voor de deur staat ( lacht). Gestaakt hebben we nog niet. We hadden alleen een bespreking ’s morgens en ’s namiddags werden we vrijgesteld door de trainer. Maar we hebben natuurlijk wel een signaal gegeven dat iedereen op tijd het geld krijgt waar hij recht op heeft. Natuurlijk leeft dat in de groep. Maar als zoiets ook maar één procent invloed heeft op je prestaties, is dat al te veel, vind ik. Al die uitlatingen in de pers, het is allemaal niet verstandig en het moet maar eens ophouden. Iedereen doet belachelijk over Mechelen, terwijl dat niet terecht is. Ik bedoel : terecht als het over het extra-sportieve gaat, maar sportief hebben we nochtans een positieve inbreng in eerste klasse. Iedereen doet belachelijk over ons, maar ondertussen zien ze niet hoe goed we voetballen. Dus over dat extra-sportieve wil ik ook niet verder uitweiden. Ik heb hier in Mechelen altijd mijn beste beentje voorgezet, maar ik heb een knop moeten omdraaien, want er komen nog andere dingen in het leven bij.
Dat is meestal het teken dat je oud wordt, Eric.
Dat zal ook wel met leeftijd te maken hebben, ja. Ik heb de keuze gemaakt om mijn contract van onbepaalde duur bij De Graafschap op te zeggen voor twee en een half jaar bij KV Mechelen. Ik kon daardoor ’s morgens eindelijk ontbijten met mijn dochter, ik kon ze vaak van school gaan halen, terwijl ik vroeger ’s morgens dikwijls om halfzeven de deur uitging en om halfzeven ’s avonds pas thuiskwam. Dat klinkt misschien raar, maar als je 33 bent, merk je op zo’n momenten dat je vijf en een half jaar gemist hebt. Ik pak nu wel meer rust voor mezelf. Niet dat ik hier op de club tussen twee trainingen kan slapen, want met die kwajongens hier komt er van slapen niet veel ( lacht). Maar ik recupereer nog vrij snel en ik voel me nog hartstikke goed. Op trainingskamp had ik zoiets van : nou Eric, dit zou wel eens je laatste trainingskamp kunnen zijn. Mijn contract loopt eind dit seizoen af, maar op dit moment denk ik : ik ga zeker nog een jaar door. Ik voel dat ik in eerste klasse nog meekan. Jonge spelers probeer je een beetje wegwijs te maken, mee te praten, op situaties te wijzen op training. Bij alle clubs waar ik gespeeld heb, heb ik, op dat half jaar Zwitserland na, altijd waardering gekregen. Ik bedoel : ik mag nog overal terugkeren.
Je kreeg het wel zo ongeveer overal aan de stok met de trainer : met Vandereycken bij Gent, met Gross bij Grasshoppers Zürich, met McDonald en Marsman bij De Graafschap…
Discussie moet kunnen, vind ik. De meeste problemen krijgen trainers die zich daar niet voor open stellen. Ik heb altijd mijn gedacht gezegd, maar blijkbaar kon niet iedereen daarmee om. Ik heb ook dikwijls moeten toegeven dat ik geen gelijk had, maar het gaat er ook niet om gelijk te krijgen, maar beter te worden. Als coach zou ik het prettig vinden als spelers meedenken.
Stropers worden de beste boswachters zeggen ze, dus je volgde inmiddels ook een trainerscursus.
De Graafschap liet mij die cursus volgen. Eigenlijk is het als grapje begonnen. SonnySilooy stelde het voor om dat met een man of vijf te doen. Eens in de twee weken waren we er een maandag en een dinsdag niet. Aan oefenmeester 1 moest ik stoppen omdat daar zo’n hoge eisen werden gesteld, maar ik ben wel de enige van ons die het zolang heeft volgehouden. Ik heb nu het vereiste diploma voor assistent-trainer in Nederland. Ik ben er, moet ik zeggen, echt wel door gepakt. Je gaat anders naar voetbal kijken. Normaal kom je als speler op de club, je kleertjes liggen klaar, je luistert naar de informatie van de trainer over wat je moet doen; nu kan ik ook naar de andere kant van de medaille kijken. Ik besef dat je als trainer met van alles rekening moet houden. Als ik in de auto naar huis rij, zit ik me nu ook voorturend af te vragen : waarom moesten we dit of dat doen ? Waarom moesten we het zo doen ? Interviews lees ik bijna nooit – je ziet er op een jaar een stuk of drieduizend, maar het is allemaal hetzelfde, zo oppervlakkig allemaal – maar een interview met SefVergoossen lees ik altijd. Die zijn zo interessant, daar zitten altijd dingen in waar je iets mee kan, ook al had hij niet zo’n grote carrière als voetballer.
En interviews met Stéphane Demol ?
Zoveel grote interviews heeft hij nog niet gegeven ( lachje). Het is natuurlijk ook voor hem nieuw, eerste klasse. Maar zijn werkwijze is totaal anders dan wat we hier voordien gewend waren. Er wordt veel afwisselender getraind. Het is niet zo geprogrammeerd dat je op maandag weet wat je de rest van de week gaat doen. Vorig seizoen was het bijna altijd hetzelfde. Het is voor hem een enorme kans om in eerste klasse aan de slag te gaan en daar is hij zich, denk ik, heel goed van bewust. Hij laat ons voetballen met de intentie om doelpunten te maken. Terwijl je normaal in België uitgaat van de gesloten organisatie en op een countertje probeert een doelpunt mee te pikken. Dat is een keuze, maar zelf ben ik een liefhebber van aanvallend voetbal. Dan wil ik niet zeggen dat je achterin opendeurdagen moet houden, maar je moet het proberen – en dat doen wij met positief voetbal. Alleen, ik herhaal, de kansen gaan er niet in. Uit Brugge hoor ik dat ze te tactisch zouden trainen. Dan denk ik : hoe kan dat nou ? Het is in wezen simpel. Je hebt de bal niet of je hebt de bal wel en wat wil je in die situaties doen ?
De Mos noemde jou in november van vorig jaar de beste transfer die Mechelen gedaan had. “Viscaal brengt rust in de kleedkamer, is tactisch sterk en begrijpt dat de trainer hem soms op de bank zet.” Hij zal nog gelijk hebben ook.
Maar ik ben niet echt een bankzitter, natuurlijk ( lachje). Eén keer ben ik daarom vorig seizoen het bureau van Vanhoof binnen gestapt, zó boos was ik na de wedstrijd tegen Cercle. De hele week zag het ernaar uit dat ik in de spits zou spelen, maar ineens stond Guadalupe daar. Terwijl die van de club uit vooraf naar de C-kern was verwezen en er was gezegd dat daaruit niemand teruggehaald zou worden. Ik vind : afspraken zijn afspraken. Als mensen zich daar niet aan houden, word ik boos.
En de ploeg op sleeptouw nemen…tja… dat vind ik ook weer zoiets. Ik ben gewoon iemand die probeert te helpen. Soms ga ik daarin te ver en gebruik ik niet de juiste bewoordingen als ik iemand op z’n flikker geef. Maar ’t is wel positief bedoeld. Ik kan ervan profiteren, van het leven, maar ik weet wat ik ervoor heb moeten doen tussen m’n dertiende en m’n twintigste. Als je er dan ziet die denken dat het wel zal gaan of zal komen, vind ik dat ze een stamp onder hun reet nodig hebben. En af en toe een aai over de bol. Dat ook. Ik hoop als ik een fout maak, dat iemand mij daar ook op wijst. En dat mag een jongere zijn, hoor. Maar leider in de groep ( lacht), dat zijn van die dingen… Ik doe gewoon zoals ik ben. Ik denk dikwijls al een stapje verder en als je ploegmaats hebt die dat nog niet kunnen, dan ontstaat er natuurlijk een klein probleem. Deze ploeg is nog volop in ontwikkeling. De sfeer in de spelersgroep was vorig jaar medeverantwoordelijk voor de titel en ook nu is de onderlinge verstandhouding heel goed.
Jullie werden vooraf ondergebracht in de categorie degradatiekandidaten, maar Stéphane Demol acht een twaalfde plaats mogelijk. Zullen jullie daartoe het tempo van de eerste wedstrijden kunnen blijven volhouden ?
Het is niet zo dat we tot nu toe in overdrive voetbalden en één keer in de week een wedstrijd spelen : ik zie niet in waarom we dat niet zouden volhouden. Ik vind dat niet meer dan normaal. Je bent tenslotte bezig met voetballers, gespecialiseerde mensen. Dat we bij de degradatiekandidaten stonden, daar kan ik met mijn verstand niet bij. We beschikken over voldoende kwaliteiten, zeker als je ziet welke doelkansen we op Anderlecht creëerden. Wij willen altijd meevoetballen en dat kan alleen maar beter worden. Natuurlijk kost dat krachten, maar geen enkele ploeg kan negentig minuten tempo maken. Ik geef toe dat het tegen Charleroi zo goed ging dat ik even dacht : hoe kan dit !? Het collectieve bleek eens te meer onze grote kracht, maar we zullen moeten af en toe rustpunten leren inbouwen. Dat doe ik voor mezelf ook : kan ik niet altijd bijsluiten, dan laat ik Lukasz ( Kubik, nvdr) erover gaan en neem ik rustig zijn positie in.
Over Kubik gesproken : heb jij Tessa de Mos op bezoek gekregen tijdens het trainingskamp in Gieten ?
Ik slaap heel diep, maar ik geloof dat ik wel eens een keer op mijn deur heb horen kloppen (grijnst). Maar ik maak een grapje, hoor.
Je kan in Mechelen niet voorzichtig genoeg zijn.
door Raoul De Groote
‘Iedereen doet belachelijk over ons, maar ondertussen zien ze niet hoe goed we voetballen.’
‘Dat we bij de degradatiekandidaten stonden, daar kan ik met mijn verstand niet bij.’