
Full gas
Door analisten wordt hij nog niet aangesproken met de voornaam, maar indruk als trainer maakt Ivan Leko wel. Hoe zette de Kroaat zijn carrière op de rails en Club Brugge naar zijn hand? Een inkijk.
Zondag staat er voor competitieleider Club Brugge een speciale wedstrijd op de kalender. Dan komt STVV naar Jan Breydel, de ploeg die vorig jaar een tik uitdeelde op de laatste speeldag van de reguliere competitie. Met doelpunten van De Petter (0-1) en in de slotfase Pieter Gerkens (2-2) verloor Club in extremis twee punten en plaats 1 in de eindstand. Anderlecht begon daardoor in poleposition aan de play-offs. De tik werd gevolgd door een moeilijke start in play-off 1 (2 op 12), terwijl de concurrent uit Brussel met 10 op 12 direct de kloof sloeg. Club zou nooit meer herstellen.
Twee hoofdrolspelers van dat duel tegen STVV zitten nu in het andere kamp: Brandon Mechele en Ivan Leko. Met een geslaagde start (in de competitie althans) zijn beiden zich nu in de gunst van fans en buitenwereld aan het voetballen. Dat Leko op zijn 39e een toptrainer in spe is, daar hoef je mensen die van dichtbij met hem werk(t)en, niet van te overtuigen. ‘Hij kan er een worden’, knikt Patrick Van Kets, vorig seizoen zijn assistent bij STVV. En Hans Vanderelst, die bij OHL met Leko werkte, beaamt: ‘Nu het goed gaat, is het gemakkelijk om te zeggen dat je het allemaal kon zien aankomen, maar het wás wel zo: charisma, klasse, gedrevenheid en internationaal geïnspireerd en geïnteresseerd.’
Al ging het wel met vallen en opstaan.
OHL, de eerste stappen
Op 25 februari 2014 raakte bekend dat Ivan Leko stopte met voetballen en aan de slag ging als coach bij Oud-Heverlee Leuven. De dag voordien stelde KRC Genk Emilio Ferrera aan als opvolger van Mario Been en dat had meer met elkaar vandoen dan de buitenwereld toen besefte, zegt Hans Vanderelst, al een heel leven in dienst van OHL. ‘Ivan zou met Emilio naar hier komen als assistent, maar toen die koos voor Genk, kwam Ivan plots in aanmerking voor de job van hoofdcoach. Hij had immers indruk gemaakt in de gesprekken. Toen wij mekaar een eerste keer spraken in Antwerpen, klikte dat vanaf moment één. Ivan is iemand met een zeer grote emotionele intelligentie die mensen door zijn natuurlijk manier van doen kan inpakken en voor zijn kar kan spannen. Ook op spelers heeft hij dat effect.’
Van de ene dag op de andere was hij trainer. Vanderelst observeerde van nabij: ‘Ik ga niet zeggen dat hij van stroper boswachter werd, maar met veel zaken die voor hem normaal waren als speler, moest hij plots rekening houden.’ Eentje was: afstand leren nemen. In Leuven lukte dat nog niet zo goed, men vond er dat hij nog te dicht bij de spelers stond. Het was van ‘amigo’ hier en een pintje daar, analyseerde onze Leuvenwatcher het in die dagen. Toen Leko daar in zijn periode bij STVV mee geconfronteerd werd, reageerde die daar zo op: ‘Na een overwinning is het normaal dat je dat samen viert. Als ik een van mijn spelers zie op de Grote Markt in Antwerpen of Brussel, vind ik het normaal dat we een koffie gaan drinken. Ik geloof in menselijk contact.’
Je ziet het nog, na een zege van Club Brugge. Dan gaat hij het veld op, en krijgt iedereen een knuffel of een handdruk. Ivan Leko is een warm mens, die kan rekenen op het respect van zijn spelers. Rudi Cossey, zijn assistent bij Club: ‘Hij probeert dicht bij de spelers te staan, maar toch een bepaalde afstand te houden. Ze niet als vrienden nemen, maar wel op een vaderlijke manier behandelen. Correct, open, niet rond de pot draaiend.’
Vanderelst: ‘Misschien dat hij bij oudere spelers iets anders was. De problemen bij OHL waren toen groot. Slechte start, ambras in de kleedkamer, vechten op stage, een uitgebluste groep, … Wij stonden laatste toen hij hier kwam, daar uitraken zou een zeer serieuze escape zijn geweest. De degradatie kan je niet op hem afwentelen. Als beginnend trainer was het wel een teleurstelling, je komt ergens aan en twee maanden later zak je. Maar toch wilde men opnieuw met hem starten. Misschien dat hij in die eerste maanden de gevestigde waarden iets te lang heeft beschermd, dat kan. Voor een stuk is dat normaal. Onze trainer nu noemt dat fresh eyes. Op zich is het goed om van buitenaf met nieuwe ogen, zonder vooroordeel, naar een groep te kijken en een speler te beoordelen op basis van wat hij brengt, niet op basis van wat die al heeft gebracht. Ivan zal het nu wellicht ook anders doen dan toen.’
Dat klopt. Leko herhaalt het in Brugge geregeld in perscontacten: hij kijkt niet naar namen. Lior Refaelov, Jelle Vossen, Laurens De Bock, Jordy Clasie, … Ze hebben in dit succes voorlopig een bijrol.
Visie
Wat hij ín zich heeft, dáár gaat het om. Dat was ook de reden waarom Ivan Leko ondanks weinig ervaring toch de opvolging van Michel Preud’homme in handen kreeg. Vanderelst: ‘Voor een speler die pas was gestopt, was hij super ver in visie en filosofie. Veel spelers zijn daar niet zo mee bezig, maar Ivan wist heel duidelijk wat hij wilde. Hij was ook zéér duidelijk in zijn communicatie. Ik wil het zo en zo, zei hij. Hij gaf aan wat hij van welke trainer had opgepikt, maar had daar eigenlijk toen al zijn eigen verhaal uit geboetseerd. Wat opviel bij hem: heel veel internationale invloeden. Veel Belgische trainers kijken toch vooral naar wat er gebeurt binnen de eigen grenzen en halen aan hoe Anderlecht speelde, of Club Brugge. Ivan keek naar het buitenland. Dan kwam hij binnen en vroeg hij: heb je dit weekend Fiorentina gezien? Of Valencia? Juande Ramos (Leko’s trainer bij Málaga, de man die hem naar eigen zeggen twintig procent beter maakte, nvdr) was een naam die geregeld viel. Maar ook die van Diego Simeone.’
Met Edward Still heeft Leko bij Club Brugge een al even fanatieke, buitenlands georiënteerde assistent. In een interview met dit blad legde Leko uit wat hij deed nadat hij in november 2014 was ontslagen door OHL: ‘Ik had plots veel tijd en ben in drie, vier landen naar trainingen gaan kijken om te observeren hoe andere trainers werken. Ik ging langs bij Fiorentina en Genoa, omdat voor mij Italiaanse coaches de beste van de wereld zijn. Op het EK hebben we kunnen zien tot wat Antonio Conte in staat is. Ik was ook in Spanje, bij Real Madrid en Deportivo. Al die indrukken heb ik nadien naast mijn visie en manier van werken gelegd. Misschien ben ik wat snel hoofdcoach geworden, dat kan. Ik speelde nog bij Beerschot toen ik in 2009 aan het UEFA B-diploma begon. Dat was het moment waarop ik wist: ik wil trainer worden. Ik ben vandaag 38 jaar, maar wel al 21 jaar bezig op het hoogste professionele niveau. Ik heb veel gezien en heb een duidelijk idee van wat ik wil.’
De voetballer
En dat idee was iets waar Vanderelst van schrok. ‘We kenden Ivan allemaal als speler: een soms wat gemakzuchtige nummer tien. Van zo iemand denk je: die gaat met aanvallers werken, frivool, technisch. Niet hé! Balverlies, organisatie, discipline, onderlinge afstanden, … Dat was wat in een eerste fase telde. Niks van aanvallende automatismen, die kwamen daarna. Ivan zei ook altijd dat hij nooit een speler zoals hijzelf in zijn ploeg had willen hebben. Als trainer is hij helemaal anders, absoluut niet gemakzuchtig.’
Rudi Cossey had Leko als voetballer onder zijn hoede bij Lokeren en kan vergelijken. Cossey: ‘Ivan wil dat elke speler op training op elk moment het onderste uit de kan haalt, maar ik denk niet dat hij als speler ooit op die manier werkte. Hij was zelf een goeie voetballer, de anderen moesten zich maar aanpassen aan zijn manier van spelen. Hij zegt nu vlakaf, ook tegen de groep: ik zou mezelf niet in de ploeg zetten. Omdat hij weet dat er van een speler veel meer wordt verwacht, qua intensiteit en looppatronen. Alles is véél tactischer geworden, met loop- en paslijnen.’
Professioneel, bezeten, geconcentreerd, passioneel. Zo omschrijft Patrick Van Kets hem. Niks aan het toeval overlatend, altijd meningen aftoetsend. Vanderelst: ‘Hij is slim, voelt en ziet veel zaken. We discussieerden vaak, hij zal niet direct zeggen tegen iemand dat die gelijk heeft, maar hij pakt het wel mee en verwerkt het later in zijn verhaal. Ivan geeft iedereen het gevoel dat hij belangrijk is en dat hij rekening houdt met zijn mening. Of hij dat dan effectief ook doet, is voor zijn rekening.’
Kantelmoment
Leko, zegt Cossey, gaat qua voetbalvisie altijd uit van eigen sterkte. Iedereen heeft zijn taken in balbezit en balverlies, maar de eerste intentie is om aan te vallen en hoog druk te zetten. Cossey: ‘Ik denk dat die benadering anders is dan in zijn beginperiode bij Leuven. De omslag heeft hij bij STVV gemaakt. Bij OHL was het eerder met vier achterin, soms vanuit de omschakeling. Logisch, een beginnend trainer probeert eerst en vooral resultaten te halen. Hij heeft nu meer kwaliteit in de groep en stemt daar zijn systeem op af. Het was wel wat zoeken. Wij zijn begonnen met vier achterin, schakelden dan over naar 3-4-3, om uit te komen bij een 3-5-2 waarbij iedereen in functie speelt van elkaar en dat ook zo accepteert. Niet eenvoudig. Je zit met een groep die de titel en de beker pakte. Dan is het niet eenvoudig om als jonge coach te zeggen: en nu gaan jullie volgens mijn principes voetballen. Dat hij de aanvallende kaart trok, speelde in zijn voordeel. Hij kwam, net als in het tweede gedeelte van de competitie bij STVV, tot het besef dat het beter was om ver van het doel te spelen dan een resultaat te verdedigen.’
Het kantelmoment bij STVV kwam er na de 4-2-nederlaag in Eupen op speeldag veertien. Na intern conclaaf werd de afweergordel met vier vervangen door een drie- of vijfmansverdediging. ‘We wisten niet waar we aan begonnen, maar we moesten ingrijpen voor het te laat was’, aldus Van Kets. ‘Als je goed speelt, maar de punten volgen niet, dan moet je drastische maatregelen nemen.’ Veranderen bleek de juiste zet, de 7-0 tegen KV Mechelen maakte indruk.
Wat Vanderelst opvalt, is de invloed van Emilio Ferrera op het voetbal en de trainingen van Leko. Die invloed was er ook bij Michel Preud’homme, die nog samenwerkte met Ferrera in Saudi-Arabië. In die zin is de overgang van de ene naar de andere niet vreemd. Vanderelst: ‘Ivan is fel beïnvloed door Emilio, die hij in Lokeren had én in Brugge. Hoe Emilio individueel spelers beter kan maken, dat is Europese top. Emilio is als Marcelo Bielsa, hij pompt er verdedigende principes in. Toen werden die in België nergens gebruikt, nu zie je dat terug in Brugge, bij Waasland-Beveren met Philippe Clement, in de jeugd van Anderlecht, bij ons, … Stilaan verspreidt zich dat. Emilio heeft ook veel aanvallende principes, naar opbouw toe, in de zestien meter komen, loopacties, …’
Cossey knikt: ‘Hij loopt zeer hoog op met Emilio, dat horen we.’
Van Kets: ‘Wat ik nu in Brugge ook merk, is dat Ivan ook daar weer spelers beter weet te maken.’ Vanderelst: ‘Yohan Croizet kwam naar OHL van Virton, op hem had hij een serieuze invloed. Ook op JohnBostock had hij invloed, maar de tijd is wat kort geweest om dat echt te kunnen beoordelen.’
Cossey: ‘In het begin heeft hij hier laten voelen aan Anthony Limbombe, Dion Cools en Hans Vanaken dat ze moesten open staan voor zijn manier van werken en zich niet konden veroorloven om te werken zoals ze voordien deden. Ivan wil 100 procent inzet, vanaf de eerste tot de laatste minuut van de training. ‘Full gas‘ is een uitdrukking die hij voortdurend gebruikt. Die jongens hebben een knop omgedraaid. Er zijn duidelijke loop- en paslijnen en daar werkt hij continu op. Wie niet past in dat profiel, heeft het moeilijk.’
Vanderelst besluit: ‘Ivan lepelt spelers liefde in voor voetbal. Ik wil niet te oud klinken, maar in een tijd waarin ze normaal vinden dat ze op hun twintigste veel verdienen en wat zagen als de training langer duurde dan voorzien, probeert hij spelers professioneel te maken. Tegen spelers die zich niet goed verzorgden of eens met tegenzin trainden, zei Ivan altijd (doet daarbij alsof hij een bal voor zich uit houdt, nvdr): hier is de bal, wees dankbaar want die heeft je al zoveel gegeven in je leven…’
DOOR PETER T’KINT – FOTO’S BELGAIMAGE
‘Ivan is iemand met een grote emotionele intelligentie die mensen kan inpakken en voor zijn kar kan spannen.’ Hans Vanderelst
‘Hij was zelf een goede voetballer, maar hij zegt nu vlakaf: ik zou mezelf nooit in de ploeg zetten.’ Rudi Cossey