Sport/Voetbalmagazine neemt u in de aanloop naar het WK 2014 elke week mee in de wondere wereld van een Rode Duivel. Starten doen we met Jan Vertonghen, na Vincent Kompany en Thomas Vermaelen de derde aanvoerder.
Tielrode. Tigelrode. Letterlijk: gerooid bos waar tegels gevonden werden. Hier, aan de boorden van de Durme in deze deelgemeente van Temse, groeide Jan Vertonghen (nu 26) op. In Tielrode, het dorp waar de politieke partij Agalev, nu Groen, werd gesticht. Stilte, Samenhorigheid en Soberheid waren de drie kernwoorden die uit het beraad van Tielrode naar voren kwamen. Beweging en partij werden hier in 1982 formeel van elkaar gescheiden.
Tielrode. Ze hebben er een voetveerdienst naar Hamme, een ski- en bootclub, en, net als elk dorp in de polder, een café De Kroon. Tielrode is ook het dorp van VK, de plaatselijke derdeprovincialer. Gekoesterd door de familie Vertonghen, waarmee de club nog steeds nauwe contacten onderhoudt. Onlangs was hij er nog, hun bekendste ex-speler. Toen de accommodatie van de club aan vernieuwing toe was, hielp hij mee fondsen verzamelen voor de bouw van kleedkamercontainers. Ze strijken er zelfs nog altijd een beetje opleidingsvergoeding voor op, voor hun Jan, zegt voorzitter Wim Van Puyvelde. “Een paar percentjes van elke internationale transfer zijn voor ons.”
VK is de ex-ploeg van Ward, Jan en Lode, de drie broers Vertonghen, die thuis in de grote tuin leerden voetballen, soms op leven en dood, want enige nijd in hun sport is hen niet vreemd. In feite toeval, zo getuigde zijn moeder Ria Mattheeuws. “Met drie jongens in huis wil je dat die zich kunnen uitleven in een sportclub. En dat kan je het vroegst in een voetbalploeg. Maar het was toch met vraagtekens. Ik ben opgegroeid met vier broers die zot waren van voetbal en had er eigenlijk genoeg van.”
Bovendien had ze wel andere zorgen aan haar hoofd, vertelde ze openhartig in juli 2011 aan Sport/Voetbalmagazine. “Met de kinderen ging het eigenlijk heel goed tijdens hun jeugd, maar tezelfdertijd zat ik met een zieke man thuis. Het was constant schipperen tussen euforie en medeleven.”
De eerste keer dat haar Jan op tv kwam -hij voetbalde toen al lang niet meer voor VK, maar voor het grote Ajax – was tijdens de afscheidswedstrijd van Dennis Bergkamp. “Mijn man lag hier toen ziek op bed. Dat bedoel ik met die dubbele gevoelens. Vriendinnen zeggen me vaak: ‘Ria, je moet die fierheid over je drie zonen meer uitstralen.’ Zoals toen ons dorp in de kijker stond in Man bijt Hond en ik geïnterviewd werd. Maar door alles wat er is gebeurd in onze familie, bouw je toch een zekere marge in. Je probeert de rust te bewaren.”
Halfnegen thuis
Rustig blijven ze ook als er voetbalvolk komt voor hun ventje met de grote passen. Anderlecht, SK Beveren en Lokeren. Maar met de auto rijden mocht vader niet meer en dus werd het moeilijker. Toen kwam Germinal Beerschot, met centen van Ajax en een vervoersplan dat de familie over de streep trok.
Henk Mariman, jeugdtrainer en assistent van Urbain Haesaert, ging in die tijd actief mee op zoek in de regio. Mariman: “We kwamen uit bij Jan en nog een andere jongen van Gerda Sint-Niklaas. Jan had toen al een duidelijke persoonlijkheid, was een vlotte jongen, die het evenwel niet makkelijk had bij de overstap van het landelijke Tielrode naar de multiculturele ploeg die Germinal Beerschot was. Daar had je in de kleedkamer aan de ene kant jongens van Belgische afkomst en aan de andere kant jongens van andere origine. Dat leverde spanningen op en daar had Jan, herinner ik me, heel veel moeite mee.”
Niet dat de blonde jongeling zich in de hoek liet drummen. Mariman lacht: “Jan wist zeer goed hoe de coach te bespelen. Hij was er altijd bij als ze iets uitstaken, maar je zou hem nooit de schuld geven.”
Sportief bleek de overgang voor de twaalf-, dertienjarige ook niet makkelijk. Mariman: “Wie de stap van provinciaal naar nationaal kan zetten, is sowieso een straffe vent. Het kostte wel wat moeite en in het begin merkte je bij Jan enige lusteloosheid. Soms moest je hem een duwtje geven. Binnen zijn leeftijdsgroep was hij nooit dé uitgesproken topper. Er werden wat vragen gesteld, ook door de mensen van Ajax, bij zijn handelingssnelheid. Jan zette letterlijk grote stappen, dat zie je nu nog als hij wandelt. Dat had gevolgen voor zijn voetbal. Maar toen het samenwerkingsakkoord met Ajax bijna afliep, hebben ze hem toch genomen, vanwege zijn intrinsieke kwaliteiten en leiderschap.”
Persoonlijkheid, het komt telkens terug. Naar het beeld van zijn vader. Mariman: “Een man met veel persoonlijkheid en goeie principes, waar ze in het jeugdvoetbal lessen uit kunnen trekken. Hij geloofde niet in tien keer per dag trainen, bij wijze van spreken. Onze jeugd trainde vier keer per week, vader Paul vond drie genoeg. Jan volgde nog les aan het college in Sint-Niklaas en dat vond de familie minstens even belangrijk. Sociaal contact met de ouders en vrienden was in hun ogen essentieel. Zo stond men er ook op dat Jan elke avond om halfnegen thuis was. We deden hard ons best om dat te respecteren.”
Van het drama dat de familie trof, wisten zeer weinigen. Mariman: “Urbain (Haesaert, nvdr) en ik. Je zag dat niet aan Jan.”
“Toen Jan vijf was, werden bij Paul de eerste symptomen van kanker vastgesteld”, getuigt Ria. “Bij Jans eerste communie is hij voor de eerste maal bestraald geweest en op diens plechtige communie is hij hervallen. We hebben de kinderen niet altijd alles verteld, getracht zo veel mogelijk een ‘normaal’ leven te leiden. Mijn man bleef werken, ik ook. Je zag het niet aan Jans prestaties dat het op hem woog, maar aan zijn vader zag je ook niet veel.”
Fiets
Toen Ajax hem nam, was Jan zestien. De beslissing om naar Amsterdam te gaan lieten de ouders volledig over aan hun zoon. In Nederland kwam Jan in een gastgezin terecht. In Dag Allemaal reageerde moeder Ria daar zo op. “Ik had het moeilijker met z’n verhuizing naar Antwerpen omdat hij het daar zelf zo lastig mee had. Amsterdam was een droom van hem en wij hadden een geweldig contact met dat gastgezin. Zelfs voor z’n schoolresultaten was het goed.”
In Sport/Voetbalmagazine gaat Ria daar verder op in: “Hij ging naar school in de Bijlmer. Achteraf bekeken vind ik het wel goed dat hij daardoor de combinatie van een Nederlandse en Belgische opvoeding heeft meegekregen. Bij ons is veel gericht op kennis, terwijl in Nederland de nadruk ligt op verbale ontwikkeling. Je ziet dat hij daar een pak zelfbewuster is geworden.”
Het ging ten koste van de band met thuis, ook al belde hij elke dag. Maar, zegt Ria, ze vertelden hem niet altijd de hele waarheid, om hem niet te belasten.
Bij Ajax kregen ze een nuchtere voetballer. Naar de trainingen ging hij met de fiets, wonen deed hij eerst bij het gastgezin in Oudkerk aan de Amstel, daarna op een appartement in de stad. En school liep hij dus in de Bijlmer, waar later ook Toby Alderweireld zou terechtkomen.
Bij zijn overgang naar Tottenham haalde hij het in de Britse pers nog eens aan, hoe die schoolomgeving zo’n invloed op hem had. “Het was een gettobuurt, maar uiteindelijk bleek de OSB (de Open Schoolgemeenschap Bijlmer, nvdr) nog de beste uit mijn leven. Ik leerde er zeer veel. Hoe sociaal te zijn met andere mensen. Hoe te praten, mezelf te verdedigen, niet fysiek, met woorden. Ik was altijd een beetje schuchter, het hielp me bij het uitgroeien tot een man.”
Hij leerde er ook zijn vriendin Sophie kennen, hij weet nog wat ze droeg bij hun eerste ontmoeting: lange rok, slippers, T-shirt. Geen typische voetballersvrouw, geen glamourmodel. Nu een theatermaakster, toen zijn klasgenote. Toen de relatie nog pril was, kreeg hij ooit van zijn leraar Nederlands een bijzonder boek cadeau: Het verdriet van België van Hugo Claus. De leraar zei er nog wat bij: “Mocht het ooit fout gaan tussen jullie, dan is het verdriet voor haar en België voor jou.”
Op school vond hij haar meteen leuk, omdat hij “houdt van meiden waar pit in zit”. “Als we discussiëren, zegt ze niet gelijk ja en amen.” Of theater hem interesseert, vroeg een verslaggever hem nieuwsgierig. Vertonghen: “Ik vind het leuk om met haar te gaan kijken naar stukken die zij uitkiest. Ik heb het nodig om andere mensen te ontmoeten en met andere dingen bezig te zijn dan voetbal.”
Breed geïnteresseerd of snel afgeleid? Als iemand van de Johan Cruijff University (JCU) hem komt opzoeken omdat hij er als Ajaxvoetballer een opleiding sportmarketing volgt, zegt Jan hem. “‘Ik ben heel snel afgeleid. Zit ik thuis achter de computer, iPhone ernaast, toch even kijken. Dan vergeet ik dat verslag en even later zit ik weer voor de tv. Films en series – Entourage, Lost en Californication – zet ik bewust niet meer op mijn computer. Aan de docenten heb ik daarom ook strenge deadlines gevraagd.”
Het was via de studiebegeleider van Ajax dat hij bij de JCU terechtkwam. Eerst nam hij een kijkje bij rechten en Frans op de Universiteit van Amsterdam, maar die studies kan hij niet combineren met voetbal. Sportmarketing wel. Niet dat hij zo’n studax is, hij heeft de combinatie moeten leren. En er waren momenten dat hij de studie verwaarloosde en alles op voetbal zette. Van zijn gastgezin krijgt hij ook behoorlijk wat vrijheid. Wilde hij iets gaan drinken, dan vroeg hij de vrouw: “Hoe laat moet ik thuis zijn?”
“Je hebt toch een sleutel”, was haar antwoord. Geweldig…
Brand
Een gewone student bereidt geen papers voor op vliegtuigen of hotelkamers. In een interview gaf hij ooit aan dat de spagaat hem soms moeilijk viel. Vertonghen: “Als student kan je doen en laten wat je wil, als profvoetballer wordt elk woord op een weegschaal gelegd. Om de media maar niet te voeden, is het soms gewoon beter je mond te houden.”
Voor een grappig voorbeeld verwijst Vertonghen naar zijn fiets. Sinds jaren terug duidelijk werd dat hij ook als profvoetballer wel eens naar training fietste, wordt dat onderwerp steevast opgediept. “Iedereen doet alsof ik elke dag op de fiets kom en op de fiets naar België rijd. Ik heb een fiets voor als ik even naar de stad wil omdat het drie keer sneller is dan met de auto.” Het maakt hem voorzichtig, zegt hij. “Ik laat mensen minder snel toe. Je weet toch nooit echt wat ze willen. Daarom is het ook niet makkelijk nieuwe vriendschappen te maken.” Terwijl dat juist een van de redenen is voor een studie aan de hogeschool: contacten opdoen. En zonder studie, beseft hij ook, zou hij na een ochtendtraining toch maar naar huis gaan en Playstation spelen. Nog op een ander punt moet hij toegevingen doen: als jeugdspeler trok hij ooit naar Rock Werchter. Als profvoetballer zit dat er niet meer in.
Bij Ajax komt de zestienjarige Vertonghen terecht op De Toekomst, het jeugdcomplex vlak bij de Bijlmer. Vandaar die schoolkeuze. Via de B-junioren en de A1 raakt hij bij Jong Ajax. In de nationale media duikt zijn naam een eerste keer op in het seizoen 2005/06. Met Ajax 2 is hij in de beker uitgeloot tegen Cambuur. Als een speler van de Friezen de bal buitentrapt voor een blessurebehandeling, gooit Ajax in. De bal komt bij Vertonghen en die knalt, tegen alle fair play in, staalhard vanaf 50 meter binnen. Iedereen staat op zijn achterste poten. Ter compensatie laat Ajax 2 de Friezen vervolgens vrije doortocht om te scoren.
Op 23 augustus 2006 maakt hij zijn debuut voor het A-elftal. Een Europees debuut meteen, Ajax verliest wel de wedstrijd van Kopenhagen met 0-2. Het smaakt naar meer, maar er komt niet meer. Pas begin december, tegen Willem II, staat hij opnieuw in de basis. Henk ten Cate bouwt in die periode aan een nieuw Ajax, en daarin is (nog) geen plaats voor Vertonghen. Wel, vanaf oktober, voor Tom De Mul en Vermaelen, de vaste linksachter en twee jaar ouder.
Ze volgen elkaar, de man uit Tielrode en die uit Stabroek. Eerst van Beerschot naar Amsterdam, later van Amsterdam naar Londen en tussendoor zelfs allebei even bij RKC uit Waalwijk. Vermaelen in het seizoen 2004/05, Vertongen begin februari 2007. Zijn vader is dan net overleden, het jaar kan niet slechter starten.
Vol nijd en met veel zin om zich te tonen arriveerde hij in Waalwijk, herinnert Erwin Lemmens zich. De keeperstrainer van de Rode Duivels is dan RKC-doelman. “Jan was toen nog zoals veel jonge gasten. Een speelvogel die uitstekend kon voetballen. Hij kreeg zijn kans bij Ajax niet en wilde revanche nemen.” Vertonghen scoort dat seizoen voor Waalwijk drie keer, waarvan eentje tegen… Ajax. Hij leert er knokken want: “Het was niet makkelijk voetballen, we speelden tegen de degradatie”, aldus Lemmens.
De nationale media schrikken een tweede keer. Op vrijdag 11 mei 2007 staat op een forum voor Ajaxsupporters plots: “Vertonghen is door God gestraft.” Ajax heeft dat jaar de landstitel verloren op doelsaldo en was bij RKC niet verder dan 2-2 gekomen. Vandaar… Iemand reageert: “Door hem Belg te laten zijn?” “Neen,” schrijft de steller, “door hem in een brandende sauna te stoppen.” Lemmens: “Op een dag zaten wat spelers in de sauna. Iemand gooide te veel water op de stenen en de boel vloog in de fik. Jan liep brandwonden op aan de rug. We hebben hem er direct uit gehaald en onder een koude douche gezet. Was hij nog onderkoeld ook! Gelukkig is alles achteraf goed gekomen.”
Mokum
In de zomer haalt Ajax hem terug. Ten Cate is er nog steeds, maar vertrekt in oktober, naar Chelsea. Avram Grant wil hem als veldtrainer. Adrie Koster neemt over. Ten Cate was een coach van de harde aanpak, Koster rustiger. “Dat paste beter bij mij”, zal Vertongen in interviews uit die periode verklaren.
De pech van Vermaelen, een kruisbandletsel opgelopen in september 2007, betekent Vertonghens doorbraak. Onder Koster wordt hij de vaste linksachter. Als de coach na het seizoen wordt bedankt en terugkeert naar de jeugd, krijgt Vertonghen Marco van Basten als trainer. Ook met de gewezen topspits klikt het. Vertonghen: “Van Basten is geen schreeuwer in zijn benadering. Voormalige topvoetballers weten vaak welke toon ze moeten aanslaan. Daarom verbaast het me dat je leest dat Van Basten communicatief zwak wordt genoemd. Ik ervaar hem juist als een trainer die veel met spelers praat en overlegt. Hij daagt je uit mee te denken over zaken die het elftal aangaan.”
Rustig meedenkend en verbaal steeds sterker maakt de verdediger zijn weg. Zonder gedoe. Als er op een dag naar zijn band met religie wordt gepolst, zegt hij: “Ja, ik geloof, maar spreek het niet zo uit. En ik draag het al helemaal niet uit op het veld. Het is mij te commercieel allemaal, spelers die hun shirt uittrekken en allerlei teksten over God en Jezus laten zien.”
Als Vermaelen in februari weer inzetbaar is, komt die terug als centrale verdediger. Vertonghen blijft op links. De Mul is dan al weg, naar Sevilla. Anders dan de transfers Soetaers, Sonck en Van Damme is dit Beerschottrio wél een succes in het Ajaxshirt. Vertonghen legt in een interview uit waarom: “Het is belangrijk dat je de cultuur van de club begrijpt en meegroeit met een proces. Dat hebben Thomas en ik meegemaakt. Dat helpt de mentaliteit te begrijpen.”
Die is hard, vindt hij. “Niet zozeer van de medespelers, meer van het publiek, de buitenwereld, de pers misschien. Je moet presteren, er is geen tijd om te wennen. Als je wint met 2-0 denk je weleens: wat is het probleem? Maar elke keer moet je de tegenstander vernederen. Hoewel: vernederen is het verkeerde woord. Je moet met 4-0 of 5-0 winnen. Dat is wennen. Als je 3-0 voor staat na een half uur tegen NEC, verwacht je niet dat de mensen gaan fluiten bij de rust. Dat verrast me af en toe nog steeds.”
In oktober 2008 tekent de 21-jarige verdediger een nieuwe, verbeterde overeenkomst, tot 30 juni 2013. Als in de zomer daarop Vermaelen naar Arsenal verhuist wordt hij de nieuwe centrale verdediger. Martin Jol is dan trainer. Als Ward trouwt en Jan zijn getuige moet zijn, krijgt hij van Jol geen vrijaf. Eerst voetbal. Jan komt wel nog na, voor het tuinfeest.
Mokum, de populaire bijnaam voor de binnenstad van Amsterdam, wordt gaandeweg écht zijn nieuwe thuis. Zijn vrienden van de middelbare school wonen er, zijn vriendin, inmiddels afgestudeerd, werkt er in de theaterwereld. Bij de fans is hij populair en met Ajax, waar hij aanvoerder wordt, wint hij prijzen: één beker en twee titels. De wedstrijd Ajax-Twente op 15 mei 2011 is een dag die hij nooit meer vergeet. Met Ajax viert hij zijn eerste titel. Het filmpje op youtube met de opkomst op de tonen van het nummer Crazy on the dancefloor heeft hij al tientallen keren herbekeken. Eén keer gaat hij door het lint, scheldt hij tijdens een viering, zegedronken, op Feyenoordsupporters. Recent excuseerde hij zich in Karakters nog voor dat gedrag, dat hij nooit wilde terugzien.
Thuis
Toch zullen ze vroeg of laat afscheid van elkaar moeten nemen, Ajax en hij. Want ook voor Vertonghen lonkt het buitenland. Het stuit bij veel supporters op onbegrip: “Blijf nou bij elkaar,” zeggen zij op het forum, “dan pak je als team vanzelf grote prijzen.”
Vertonghen kent de kritiek. In een interview met De Volkskrant in 2012 zegt hij daarover: “Ik heb ooit ook zo gedacht, toen ik zeker wist dat ik hier nog zou blijven. Kom op nou Suárez, Stekelenburg en Vermaelen, blijf. Maar dat is nu eenmaal het moderne voetbal.” Na een korte stilte gaat hij verder: “Het is meer de gedachte van een supporter. Het is gewoon niet meer denkbaar. (…) Als voetballer wil je ook een keer in een andere competitie spelen. De sfeer in Engeland zal je hier de eerste twintig jaar niet vinden. Ook in Duitsland zit elke week 40 à 50.000 man op de tribune. Hier heb je twee stadions van 50.000 en dan houdt het op. Je wilt in die sfeer spelen en vooral op een hoger niveau.”
In de zomer van 2012 is het zover en komt zijn transfer naar Tottenham in de nationale media. Een overgang die uiteindelijk wat voeten in de aarde heeft, even zijn er perikelen tussen Ajax en speler over contractuele afspraken. Uiteindelijk verhuist hij voor 13 miljoen euro naar Londen, waar hij fiftyfifty de tijd verdeelt tussen het centrum en de linksachter. Hij is er meteen vaste waarde.
Zijn appartement in Amsterdam houdt hij aan. Ooit komt hij er terug. Als hij spreekt over “naar huis” is dat naar Amsterdam, zegt hij in interviews. Tielrode is iets tussenin. Maar tot dan wenkt de wereld. En thuis in de hoek staan alvast slippers, met de Braziliaanse vlag.
DOOR PETER T’KINT – BEELDEN: IMAGEGLOBE
“Ja, ik geloof, maar spreek het zo niet uit. Het is mij te commercieel allemaal, spelers die teksten over Jezus laten zien.” Jan Vertonghen
“Als ik nog één keer mijn overleden vader zou kunnen ontmoeten, stopte ik zo met voetbal.”Jan Vertonghen in Humo in 2008
“Jan zette letterlijk grote stappen, dat zie je nu nog als hij wandelt.” Henk Mariman
“Ik heb het nodig om andere mensen te ontmoeten en met andere dingen bezig te zijn dan voetbal.” Jan Vertonghen
“Jan plaagt graag. Dikwijls mondde een potje voetbal in de tuin op ruzie uit. Jan probeerde dan Lode zijn mond dicht te houden zodat die niet om hulp kon schreeuwen.” Ria Mattheeuws, mama Vertonghen in 2011
“Achteraf bekeken vind ik het goed dat hij de combinatie van een Belgische en Nederlandse opvoeding heeft meegekregen.” moeder Ria