De totale tv-pot voor sport groeit, maar alleen de rijken profiteren ervan
De totale waarde van mediarechten voor sportcompetities stijgt dit jaar tot 62 miljard dollar.
Jonas Creteur gaat op zoek naar een markant cijfer van de sportweek.
Toen de Premier League begin december bekendmaakte dat ze de binnenlandse tv-rechten had verkocht voor een recordbedrag van 7,8 miljard euro voor vier seizoenen (2025-2029), werd uiteraard het ‘record’ benadrukt. Maar wie de som per seizoen vergeleek met het vorige (driejarige) contract, kwam tot de vaststelling dat de stijging ‘nauwelijks’ 3 procent bedroeg. Ook tegenover de periode 2019-2022, want in 2021 werd dat contract, gezien de coronapandemie, tegen dezelfde voorwaarden verlengd.
Het blijft uiteraard een gigantisch bedrag, maar het geeft ook aan dat de bomen niet meer tot in de hemel groeien bij de mediabedrijven. De rek lijkt zelfs uit het Europese voetbal, want de Franse Ligue 1 en de Italiaanse Serie A konden in 2023 hun nieuwe tv-contract niet kwijt voor de beoogde 800 miljoen en 1 miljard euro.
Dat staat haaks op de stijging van de totale waarde van mediarechten voor sportcompetities in 2024. Volgens de website SportBusiness.com zou die dit jaar voor het eerst de kaap van de 60 miljard dollar (55 miljard euro) ronden, tot 62 miljard dollar (56,5 miljard), onder meer door de Olympische Zomerspelen en het EK voetbal. Dat is 21 procent meer in vergelijking met 2019 en 11 procent meer ten opzichte van 2023. De toename is ook te danken aan tv-geld uit het Midden-Oosten (Saudi-Arabië) en uit India, waar de Premier League van het cricket steeds meer geld genereert – zo’n miljard euro per seizoen.
Toch blijft de Amerikaanse sportmarkt nog altijd de lucratiefste: in 2023 was die goed voor 49 procent van de mondiale mediarechten, 4 procentpunten meer dan in 2022. Zeker de NLF (American football) is een geldmachine. Sinds 2023 brengt die jaarlijks 11 miljard dollar in het laatje, bijna 50 procent meer dan in 2022, onder vorige contracten. De NBA (basketbal) hoopt bij de komende onderhandelingen zelfs op een verdubbeling tot een verdrievoudiging ten opzichte van het huidige contract, dat tot eind volgend seizoen loopt.
Livesport blijft dus zeer waardevol voor mediabedrijven. Maar ze blijven vooral veel betalen voor de grootste sportcompetities, zoals ook het EK/WK voetbal, de Champions League, de Formule 1 en World Wrestling Entertainment. Hun kostenbesparingen voeren ze vervolgens door bij de contracten van de kleinere competities. Of hoe de totale tv-pot voor sport wel groeit, maar alleen de rijken ervan profiteren.