Als een fijnbesnaarde voetballer herinnert men zich Georges Leekens doorgaans niet. ‘Een van zijn gaven was : aanvoelen wat de arbiter al dan niet toeliet.’ En dan wist je het wel. ‘Maar hij deed alles met de glimlach.’

Zijn eerste wedstrijd voor Club Brugge, zo herinnert Georges Leekens zich in De goden van Club Brugge, was een vriendschappelijke tegen Bayern München. Van zijn trainer, Leo Canjels, had Georges Leekens de opdracht gekregen Gerd Müller uit de wedstrijd te houden, wat hem ook lukte, op één fase na : een moment van onoplettendheid waarin der Bomber hem door de benen speelde. Maar dat soort kunstjes, legt Georges Leekens in het boek uit, liet de Duitser wel achterwege nadat hij hem even had laten voelen wie er in de fysieke duels de baas was.

Dat streven naar mentaal overwicht en het afdwingen door fysieke inzet heeft de carrière van Leekens, een voorstopper in het vroegere systeem met een libero, gekenmerkt. Wat hij zich bij Sporting Houthalen en Dessel Sport langzaam eigen had gemaakt, begon zich bij het multiculturele Crossing Schaarbeek steeds nadrukkelijker te manifesteren. Als student kinesitherapie in Leuven komt de jonge Leekens er zich uitleven in het voetbal. Terwijl zijn broer reservedoelman is, doet Georges vaak al tackelend wat andere voetballers tegenwoordig doorgaans rechtstaand proberen : verdedigen.

“Met zijn lange benen mocht een tegenstander hem al eens één meter gepasseerd zijn, Leekens haalde hem nog terug”, herinnert Guido Mallants zich. Mallants, tegenwoordig spelersmakelaar, voetbalde in de aanval van Crossing Schaarbeek. “Hij had de gestalte, een goed kopspel en een tackle. Hij kon op de man spelen. Georges heeft altijd heel veel lef getoond. Hij was jong, dynamisch, zonder complexen, met veel respect voor zijn eigen ploegmaats, maar niet voor de tegenstander ( grijnst). Hij deed alles met de glimlach. Hij lachte met alles, dat zal mij altijd bijblijven. Je hebt die blik als je mekaar nu terugziet, je geeft een hand en er is altijd die lach. Hij wist ook altijd goed wat hij wou : het zou een goede manager geweest zijn ook. Hij had die kwaliteiten toen al. Het is iemand die zich kan plaatsen.”

Ook een gave. Niemand die er daarom aan twijfelt dat Georges Leekens met zijn kwaliteiten het maximale uit zijn carrière heeft gehaald. Die carrière sloot hij af bij Sint-Niklaas, maar het hoogtepunt lag in de negen seizoenen Club Brugge die eraan voorafgingen.

“Een van zijn gaven was : aanvoelen wat de arbiter al dan niet toeliet”, zegt Luc Sanders, toen doelman en nu scout bij Club Brugge. “En ook typisch was dat hij naar een bepaalde wedstrijd toe kon werken of naar iets wat hij in gedachten had. Hij had altijd bepaalde doelen en hij besliste voor zichzelf.”

“Hij had een heel goeie schaar, een sliding, soms ietske te ver, maar hij wist wat hij kon en wat niet : dus hij speelde altijd eenvoudig”, zegt Erwin Vandendaele, toenmalig libero en nu scout bij AA Gent. “Hij kon schrik teweegbrengen bij de voorspelers van de tegenstander. Vooral als hij naar de kant kon gaan, en dan zeker met rechts, want links was wat minder. Maar als hij de tegenstander coupeerde, dan coupéérde hij. We lachen daar nu nog vaak mee : ‘ Ik sloeg ze dood’, zegt hij dan, ‘ en gij vertrok mee naar voren’. Tja, ze noemden hem niet voor niets Mac the Knife ( grijnst).”

door Raoul De Groote

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content