1974: het jaar waarin sportgoden als Merckx, Cruijff en Ali weer mensen werden

1974: de overwinning van Muhammad Ali in The Rumble in the Jungle © Disney General Entertainment Content via Getty Images
Walter Pauli

In 1974 zag radiojournalist Jan Wauters hoe Muhammad Ali de wereldtitel boksen heroverde, hoe Eddy Merckx zijn vijfde Tour won en hoe Johan Cruijff zijn enige kans op een wereldbeker verkeek.

Wie 1974 van Benno Wauters leest, begrijpt vanaf de eerste pagina’s dat (radio)journalistiek niet zomaar het ‘vak’ was van zijn vader Jan Wauters (1939-2010): het was zijn passie, zelfs zijn roeping. Zoals Benno het beschrijft: ‘Vader mag en wil steeds meer doen op de radio. Hij verslaat niet alleen het wielrennen, maar ook het voetbal en de Olympische Spelen. Altijd weer de hort op.

Als radioreporter heeft hij altijd wielrennen en voetbal gecombineerd, een vrij zeldzame combinatie in de sportjournalistiek. Hij was daarin evenveel kannibaal als Merckx als wielrenner. Hij pakte alles aan wat kon. Hij deelde liever niet, deelde liever niet uit.’

Dus was hij altijd bezig, het liefst als ‘onze verslaggever ter plaatse’, en bleef moeder Thérèse De Jaeger thuis in Hingene met de drie zonen. Hoewel ze als Sarah B. zelf een veelgelezen columniste was, stond haar leven vooral in het teken van haar man. Benno citeert zijn moeder: ‘De Jan die ik hoorde op de radio was misschien meer nog de echte Jan dan die in het dagelijkse leven. Je hoorde op de radio zijn ware kern. Zijn buitengewone taalvermogen en zijn uiterst kritische benadering, zijn talent, zijn “zijn”, hoorde je op de radio.’

Mohammad Ali was nog altijd de beste van de wereld, maar niet meer de allerbeste versie van zichzelf.

Dat had praktische consequenties: ‘Nooit een vrij weekend samen. Vaak gescheiden, ik thuis met de drie zonen, hij ergens in het buitenland.’ Kortom: ‘Soms was het – om dichter Paul Snoek te parafraseren – “een straf hem lief te hebben”.’ Vader Jan bekende: ‘Ik heb zoveel respect voor haar dat ik geneigd ben te zeggen: Heer, ben ik waardig genoeg om haar man te zijn?’ Hoe dan ook zagen ze elkaar graag, zegt Benno: ‘Als kleine jongen merkte ik het wel: hoe moeder de laatste dag van de Tour de France haar teennagels rood lakte.’

Op de motor

‘Ik heb hem nooit echt ervaren als een afwezige vader’, zegt Benno Wauters. ‘Dat kwam natuurlijk omdat moeder er altijd was. En als vader terugkwam van een Tour of een voetbaltornooi was het feest. Ook al omdat hij dan voor zijn zonen truitjes, petjes of vaantjes meebracht. In zijn vakantieweken was hij er echt voor ons. Dan ging hij bramen plukken, tot zijn handen tot bloedens toe geschramd waren. Daarvan werd heerlijke jam gemaakt.’

Geen gelei, geen confituur, maar jam – spreek uit: sjem. Want net zo belangrijk als goede journalistiek was verzorgde taal. Vader en moeder Wauters hadden elkaar in Leuven leren kennen tijdens hun studie Germaanse talen, zoals dat toen nog heette. Ze gruwden van tussentaal en zwoeren bij het échte Nederlands uit het Noorden: ‘jij’ en ‘jouw’ in plaats van ‘ge’ en ‘uw’ waren vanzelfsprekend. Benno Wauters: ‘Het is geen toeval dat mijn broers en ik alle drie een Noord-Nederlandse naam hebben: Evert, Benno en Martijn.’

Wauters genoot ervan om in de Tour de France – toen mocht dat nog – rechtstreeks vanaf de motor commentaar te geven, met de zon op zijn gebronsde huid.

Zeker in vergelijking met het brave Vlaanderen was Nederland in die jaren het mekka van de kritische journalistiek: magazines als Vrij Nederland en dagbladen als De Volkskrant zetten de standaard voor het hele taalgebied – niet toevallig schreef vader Wauters ook voor die media. Het maakte van Jan Wauters een buitenbeentje in de sportjournalistiek, ook op de redactie van de BRT, nu VRT.

Hij kon niet goed overweg met immens populaire televisie-coryfeeën als Fred De Bruyne (wielrennen) en Rik De Saedeleer (voetbal). Hij keek neer op hun slordige taal en vond dat ze te familiair omgingen met ‘hun’ sport: De Bruyne, zelf een ex-renner, zou in 1978 trouwens sportdirecteur worden van de legendarische wielerploeg Flandria. En De Saedeleer, zelf een ex-voetballer, pochte ermee dat hij de opstelling van de nationale ploeg beïnvloedde. Dat stuitte de kritische, onafhankelijke Jan Wauters tegen de borst.

In het sleuteljaar 1974, waarover het boek (grotendeels) gaat, werd Jan Wauters chef van de radiosportredactie van de BRT. Zoals gezegd: dat was een heftig leven, vaak erg prettig ook. Wauters genoot ervan om in de Tour de France rechtstreeks vanaf de motor commentaar te geven, met de zon op zijn gebronsde huid, omringd door de zweetgeur van de sport die hij zo liefhad – toen mocht dat nog.

1974: de net-niet-winst van Johan Cruijff op het WK. © AFP via Getty Images

What’s in a name?

Maar er was ook een andere Jan Wauters: de journalist die sprak wanneer anderen zwegen. In 1978 was hij ongeveer de enige Vlaamse sportjournalist die tijdens het WK voetbal in Argentinië aandacht besteedde aan de politieke context van dat sportevenement. Benno Wauters: ‘Zoals ik hem hoorde spreken over de meedogenloze militaire junta daar, met de Dwaze Moeders die op de Plaza de Mayo het verdriet om hun “verdwenen” zonen kwamen uitschreeuwen: dat kwam binnen – zoals het nu wat modieus heet. Tegelijk had hij het ook over voetbal, met Argentinië uiteindelijk als wereldkampioen en dictator Jorge Videla als triomfator, kortom: hoe de voetbalsport en de politiek in dat land en in dat regime met elkaar verbonden waren. De analyses van mijn vader zorgden bij mij voor een vroege politieke en maatschappelijke bewustwording. Ineens had ik het gevoel: “Dit is niet zomaar sport. Hier is meer aan de hand en mijn vader meldt dat ook.”’

Al vertelt Benno Wauters ook hoe Jan Wauters moest leren ‘Jan Wauters’ te worden. In 1974 heroverde de Amerikaanse bokser Muhammad Ali (1942-2016) zijn wereldtitel bij de zwaargewichten door de regerende wereldkampioen George Foreman in de achtste ronde ko te slaan. En dat allemaal voor zestigduizend toeschouwers, onder hen president Mobutu, in het stade du 20-Mai in de Congolese hoofdstad Kinshasa. Ook die kamp, die de geschiedenis inging als The Rumble in the Jungle, was een pr-operatie voor een dictatoriaal regime. Jan Wauters was er voor één keer niet zelf bij. Benno Wauters: ‘Boksen interesseerde hem niet echt. Hij was een man van het voetbal en vooral van het wielrennen, en om de vier jaar atletiek op de Olympische Spelen.’

© AFP via Getty Images

Toch interviewde Jan Wauters in zijn lange loopbaan Muhammad Ali één keer. In september 1966 was Wauters in Frankfurt voor het WK baanwielrennen en toevallig zou Ali, toen al één van de beste boksers ooit, daar boksen tegen Europees kampioen Karl Mildenberger. In de eerste jaren van zijn leven heette Ali nog Cassius Clay. Hij haatte zijn ‘slavennaam’ en had die in 1964 veranderd in Muhammad Ali. Hij weigerde ook dienst te nemen in het Amerikaanse leger om te gaan vechten in Vietnam: ‘Man, I ain’t got no quarrel with them Vietcong.’

Alleen had de later zo kritische Jan Wauters de essentie van Ali’s verzet niet helemaal begrepen. Bij het beluisteren van de reportage die Wauters die dag maakte over de persconferentie van de bokskampioen, hoort Benno hoe zijn vader zich rechtstreeks tot Ali richt. Jan Wauters: ‘‘‘What’s in a name?” Shakespeare said.’ Waarop Ali: ‘What?’ Wauters opnieuw: ‘”What’s in a name?” Shakespeare said. Why no longer Cassius Clay?’ Ali: ‘Clay was not my name.’ Waarop Jan Wauters weer, ten behoeve van zijn Vlaamse radiopubliek: ‘Muhammad Ali dus, voorgoed.’ Benno Wauters: ‘Onbewust zat hij nog vast in het westers-Amerikaanse denkpatroon: wat is er nu mis met Cassius Clay? Er zat wel een beetje conservatisme in mijn vader.’

In die zin maakte Ali met de overwinning tegen Georges Foreman in het verre Kinshasa een einde aan een periode: hij veroverde de wereldtitel(s) die hem vanwege zijn dienstweigering voor Vietnam in 1967 afgenomen waren door de Sportcommissie van de staat New York. In 1974 was Mohammad Ali al 32, een oudere bokser en nog altijd veruit de beste van de wereld, maar niet meer de allerbeste versie van Ali zelf.

Dat zou één jaar later helemaal duidelijk worden, op 1 oktober 1975 tijdens de zogenaamde Thrilla in Manila tussen Ali en zijn uitdager Joe Frazier. Het was opnieuw een gevecht om de wereldtitel, maar ditmaal haast echt op leven en dood. Nadien zou een fysiek uitgeputte Ali nooit meer helemaal dezelfde zijn. Ja, tegen ‘onze’ Jean-Pierre Coopman kon hij in 1976 nog haast moeiteloos winnen – na vijf ronden ging Coopman door de knieën. Benno Wauters: ‘Toch was ik trots dat een Belg tegen Ali had mogen boksen. Dat alleen al was een prestatie. Zelf winnen, dat werd niet eens verwacht.’

1974: de vijfde zege van Eddy Merckx in de Tour. © AFP via Getty Images

Nummer 14

Wie 1974 leest, merkt dat Benno Wauters echt wel de zoon van zijn vader is – en mogelijk meer dan hij zelf beseft. Ook Jan Wauters kon in oprechte bewondering staan voor grootste prestaties en voor ware kampioenen. Maar hij deed dat zonder te overdrijven, zijn bewondering werd nooit beaat. Zoon Benno heeft dat ook. Zelfs als hij schrijft over Johan Cruijff en Eddy Merckx, twee sporters over wie doorgaans alleen in superlatieven wordt gesproken.

Ook Eddy Merckx beleefde in 1974 zijn eerste niet-perfecte jaar. Voor het eerst sinds 1966 won hij geen enkele voorjaarsklassieker.

In 1974 speelde de Nederlandse voetballer Johan Cruijff (1947-2016) zijn eerste seizoen bij Barcelona. Sinds 1960 was de Catalaanse topclub er niet meer in geslaagd om kampioen te worden in de Primera División. Met Cruijff erbij was de klus al geklaard vijf speeldagen voor het einde van de competitie. Vervolgens begon Cruijff met Oranje aan het WK voetbal, dat toen in West-Duitsland plaatsvond. Cruijff en co werden de sensatie van het toernooi. Met hun fameuze ‘totaalvoetbal’ overrompelden de Nederlanders alle tegenstanders.

Tegelijk waren ze ook onklopbaar in het opzetten van een grote mond. Nog voor ze de finale tegen thuisland West-Duitsland gespeeld hadden, verklaarde Ruud Krol in de pers: ‘Wij zijn al wereldkampioen – omdat we op het WK het beste voetbal hebben gespeeld. Wij zijn de echte wereldkampioenen – zelfs als we verliezen.’ Helaas voor Krol en Cruijff: de wereldbeker ging naar West-Duitsland – ook al was iedereen het erover eens dat Oranje de beste ploeg van het WK was. Benno Wauters: ‘Cruijff heeft álles gewonnen, als speler en als trainer: titels, bekers, Europabekers, onderscheidingen. Maar “nummer 14” won nooit de Wereldbeker. De allerbeste van zijn generatie heeft nooit de allergrootste trofee gewonnen. Hij stierf op 24 maart 2016, te veel stress, te veel gerookt, te veel kanker.’

Vader Jan en zoon Benno op de fiets. © Archief familie Jan Wauters

Nooit content

Ook Eddy Merckx beleefde in 1974 zijn eerste niet-perfecte jaar. Voor het eerst sinds 1966 won hij geen enkele voorjaarsklassieker, en dus stortte de wereld van de Belgische Merckx-fans in. Vervolgens won Merckx in 1974 in drie maanden tijd zijn vijfde Giro d’Italia, zijn eerste Ronde van Zwitserland, zijn vijfde Tour de France en zijn derde wereldkampioenschap. Maar de tijd van de onaantastbaarheid was voorbij.

In Italië hield hij uiteindelijk slechts 12 seconden over op de jonge Gianbattista Baronchelli. In de Tour won hij zelfs acht ritten, waaronder twee bergritten, maar die laatste ‘slechts’ in de sprint. Dus was het weer niet goed. Na de Ronde van Italië knorde de verslaggever van de Gazet van Antwerpen: ‘Misschien is het omdat we zoveel sprankelends van hem gewoon zijn geweest, dat we niet bevredigd deze Giro verlaten hebben.’ Merckx zelf werd er zowaar kregelig van: ‘De mensen zijn nooit content op den duur. Ik win mijn vijfde Giro en mijn vijfde Tour en ik word wereldkampioen. Dan kunt ge toch moeilijk beweren dat mijn jaar mislukt is. Wat moeten al die andere coureurs dan zeggen?’

Benno Wauters: ‘Zijn laatste overwinningen in de Giro en de Tour waren zeges zonder glans. Het was een voorbode van wat een jaar later zou gebeuren: in 1975 zou hij de Tour de France voor het eerst écht verliezen. Ook dat was een soort coming of age voor mij: het besef dat Merckx toch geen Superman was. Als kind kun je nog geloven in helden en supermannen, zeker in het veilige Hingene waar vader en moeder je afschermden van de boze buitenwereld. Maar ineens lukt dat niet meer. Eddy Merckx was een supermens die weer een lijdende mens werd, zoals wij allemaal.’

Ik weet dat het bijna als een scheldwoord klinkt, maar ik was een prima kermiscoureur.

Benno Wauters

Prima kermiscoureur

Benno Wauters ging ze zelf uittesten, de limieten van de lijdende mens. Als zoon van een van de bekendste sportjournalisten van het land probeerde hij het als wielrenner. De jonge Benno begon al snel te winnen, en veel. In 1985 werd hij bij de junioren zelfs de ‘zegekoning’ van het peloton. Al voelde hij dat er één renner, een jongen van een jaar ouder, nog een pak beter was dan hij: Edwig Van Hooydonck zou als prof zelfs tweemaal de Ronde van Vlaanderen winnen. Een hardnekkige knieblessure maakte een einde aan Wauters’ dromen om prof te worden. ‘Ik weet dat het bijna als een scheldwoord klinkt, maar ik was een prima kermiscoureur. Dat vind ik nog altijd een prestatie.’

Maar kon een trotse wielervader als Jan Wauters dat ook gezegd hebben aan zijn zoon? Benno Wauters: ‘Ik herinner mij nog een avond waarop de verdienstelijke sporters van de provincie Antwerpen werden gehuldigd. Ik zat met mijn vader aan hetzelfde tafeltje als Edwig en zijn vader. Ik zie vader Van Hooydonck nog naar mij kijken, en in dat Kempense dialect van voorbij Wuustwezel zwaait hij mij lof toe: “Hij kan iet meer as een ander. Dat meugt ge wel zeggen: hij kan iets meer dan een ander.” Ineens begrijp ik het: hij kijkt wel naar mij, maar eigenlijk heeft hij het over zijn eigen Edwig.’

Zoals alleen een vader trots kan zijn op zijn zoon. En omgekeerd.

Benno Wauters, 1974. Het verhaal van Merckx, Cruijff, Ali en Jan Wauters, Borgerhoff & Lamberigts, 200 blz., 24,99 €.

Benno Wauters

1967: Geboren in Ukkel.

Licentiaat Germaanse Talen (UAntwerpen).

Werkte bij Toerimse Vlaanderen en als freelance reisjournalist.

Leraar Nederlands sinds 2009.

Auteur van o.a. De Flandriens, Sporza Tour de France quizboek, 90 jaar Gentse Zesdaagse.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content