Ex-Yellow Tiger Frauke Dirickx: ‘Geen enkele coach heeft het recht om iemand dom of lelijk te noemen’
Op 17 augustus beginnen de Yellow Tigers in Gent aan het EK volleybal. Ex-boegbeeld Frauke Dirickx geeft voor het eerst haar visie op het vertrek van coach Gert Vande Broek.
Geen Belgische volleybalspeelster die zo’n palmares kan voorleggen als Frauke Dirickx. Met de Yellow Tigers heeft ze ruim 250 interlands op de teller en veroverde ze brons op het EK 2013. Ze speelde voor tal van Europese topteams, won twee Europese bekers en haalde de finale van de Champions League. In 2016 zette Dirickx op haar 36e een punt achter haar carrière. Daarna werd ze coach aan de Topsportschool in Vilvoorde en assistent-coach bij de Yellow Tigers. Na het EK van 2021 stapte ze op, drie maanden voor enkelen van haar ex-collega’s in het Canvasprogramma De prijs van de winnaar bondscoach Gert Vande Broek van mentaal grensoverschrijdend gedrag beschuldigden. De Tuchtraad van Volley Vlaanderen legde hem daarom afgelopen juni een schorsing van één jaar op. Vande Broek ging in beroep en trok zich terug als bondscoach.
Dirickx getuigde in die zaak voor de Tuchtraad, maar heeft sinds haar afscheid bij de Yellow Tigers nooit openlijk willen spreken over haar ervaringen. Dat doet ze nu voor het eerst, weliswaar met enige voorzichtigheid.
Waarom bent u, na het EK in augustus 2021, gestopt bij de Yellow Tigers? U noemde die zomer in uw getuigenis voor de Tuchtraad ‘de slechtste uit uw leven’.
Frauke Dirickx: Zolang de zaak niet in beroep is behandeld, wil ik niet ingaan op specifieke details. Ik kan alleen zeggen dat ik eruit moest stappen voor mijn mentale welzijn, want ik zat heel diep. Na dat EK was de grens voor mij overschreden. Ik kon niet langer leven met de manier waarop er met sommige speelsters en mezelf, als assistent-coach, werd omgegaan. Ik heb dat pas beseft toen ik langsging bij een psycholoog. Ik dacht altijd dat het aan mij lag. ‘Ik kan het niet, ik ben niet goed genoeg.’ Tot die psycholoog me vertelde: ‘Jouw verhaal klopt niet, jij hebt niets verkeerds gedaan.’
U hebt tot 2016 bij de nationale ploeg onder Gert Vande Broek gespeeld. Had u toen ook al moeite met zijn manier van werken?
Dirickx: Ikzelf niet, omdat ik die laatste jaren de ‘ancien’ van de ploeg was. Ik had een zak vol ervaring bij Europese topclubs, mij kon je nog weinig bijleren. Dan word je minder makkelijk het slachtoffer van negatieve opmerkingen. Na mijn spelerscarrière was dat totaal anders. Ik zat weer in een onderdanige positie, als ‘jonge’, nieuwe coach die haar weg aan het zoeken was. En dan ben je wél kwetsbaar. Ik kon mezelf niet meer zijn en daarom ben ik eruit gestapt.
Hebt u die zaken aangekaart bij de volleybalfederatie?
Dirickx: Ja, en ook bij de coach zelf. Maar daar is niks mee gebeurd. Ik botste op een muur. Daarom ben ik ook gestopt als coach bij de Topsportschool. Ik kon niet langer werken voor een federatie die haar kop in het zand bleef steken.
Enkele maanden later, in december 2021, getuigden enkele Yellow Tigers in het tv-programma De prijs van de winnaar over jarenlang mentaal grensoverschrijdend gedrag van Vande Broek. Pas daarna is er een officieel onderzoek gestart, niet na uw interne klacht.
Dirickx: Zonder die openlijke getuigenissen was er niets gebeurd. Volley Vlaanderen heeft altijd beweerd dat het van niets wist, maar dat is dus niet waar. Dat Ilka Van de Vyver (spelverdeelster, nvdr) na het EK van 2021 is gestopt – en in de jaren daarvoor ook andere speelsters – was al een teken aan de wand. Het gaat dus niet alleen over zaken die tien jaar geleden zijn gebeurd.
Tijdens het lopende onderzoek heeft de federatie Vande Broek als bondscoach behouden. Wat vond u daarvan?
Dirickx: We weten van niks, dus doen we niks, dat was hun houding. Veel andere federaties of instanties buiten de sport zouden iemand die van zulke zaken wordt beschuldigd minstens op non-actief zetten, in afwachting van een uitspraak.
Al even opmerkelijk is dat de huidige Yellow Tigers achter Vande Broek bleven staan, zelfs in een open brief die door alle speelsters werd getekend.
Dirickx: Ik weet niet of álle speelsters akkoord gingen met die open brief. Maar als zij geen ervaring hebben met grensoverschrijdend gedrag, lijkt het me logisch dat ze Vande Broek niet aan de kant willen schuiven. Mogelijk was iedereen perfect gelukkig met zijn coaching.
Wat vindt u van de beslissing om Kris Vansnick als bondcoach aan te stellen als opvolger van Gert Vande Broek? Hij was diens assistent en vaste rechterhand sinds 2006, al kwam hij zelf nooit officieel in opspraak.
Dirickx: Kris is ook een ander type mens, maar een schone lei is het niet, nee. De federatie heeft de sportieve continuïteit willen bewaren, denk ik. Zo kort voor het EK nog van coach, en dus van werkwijze, veranderen, zou sportief gezien misschien niet de beste beslissing zijn geweest. Het is in elk geval beter dan dat Vande Broek zou zijn aangebleven. Dan had die hele zaak tijdens het EK boven de groep gehangen. Gelukkig is die onduidelijkheid nu weg.
Vande Broek trok zichzelf terug ‘in het belang van het Belgische volleybal’, maar gaat wel in beroep tegen zijn schorsing. ‘Hij heeft nooit iemand willen kwetsen en sprak in metaforen’, zegt zijn advocaat.
Dirickx: Het is zijn volste recht om in beroep te gaan. Maar de eerste uitspraak, na een zeer uitgebreid onderzoek met tientallen getuigen, was wel al een belangrijk signaal dat psychisch grensoverschrijdend gedrag niet door de beugel kan. Af te wachten of dat ook bevestigd wordt na de beroepsprocedure.
Op de speelsters die hebben getuigd in het tv-programma kwam er ook kritiek. ‘Waarom hebben ze zo lang gewacht? En als je brons behaalt op een EK, kan de coach toch niet zo slecht zijn?’ klonk het.
Dirickx: Niemand trekt de technische en tactische expertise van Gert Vande Broek in twijfel. Op dat vlak is hij absolute top. Die getuigenissen gaan ook over een periode van verschillende jaren. Niet alles is op één toernooi gebeurd. Bovendien wil je als speelster voor jezelf goed presteren. En als je een carrière bij een buitenlandse topclub wilt uitbouwen, dan moet je je met de nationale ploeg op een EK en WK in de picture spelen.
Ikzelf was wel de uitzondering. Op mijn negentiende stuurde ik videocassettes naar teams in Italië, met de vraag of ik er mocht testen. Toen ik er arriveerde, zeiden ze: ‘België, spelen ze daar volleybal?’ Pas toen we met de Yellow Tigers in 2013 brons op het EK behaalden, stond België als volleyballand op de kaart. Als je uit die etalage stapt, snijd je in je eigen vel.
U hebt dat als speelster nooit overwogen?
Dirickx: Nee, ik was zo ambitieus en zo hard dat ik heel veel kon verdragen. Ik moest en zou aan de top raken. Ik dacht ook dat het de enige manier was. Tot ik na mijn carrière een ‘High Performance’-cursus bij Sport Vlaanderen volgde. Tijdens een van de eerste lessen stond er op een slide: ‘Ik ben niet de norm.’ Ik dacht: waarom zou ik, als ex-topspeelster, niet de norm zijn? Maar langzaam heb ik beseft dat zo’n harde aanpak wel voor mij werkte, maar niet voor iedereen.
Nu zie ik in dat een goede coach een manier moet vinden om ál zijn speelsters, die allemaal een verschillend karakter hebben, op hun beste niveau te brengen. En nee, dat is niet pamperen. Je mag als coach veeleisend zijn en limieten opzoeken. Het mag fysiek zelfs pijn doen, zolang het niet té wordt. Tegelijkertijd moet je positief coachen en je spelers vertrouwen geven, een omgeving creëren waarin spelers problemen kunnen aankaarten. Stip verbeterpunten aan op technisch, fysiek en tactisch vlak, maar speel nooit op de persoon. Ga zeker niet iemand daarop afkraken. Geen enkele coach heeft het recht om te zeggen dat iemand dom of lelijk is.
In de loop der jaren zijn verschillende speelsters gestopt bij Yellow Tigers omdat ze niet meer konden leven met Vande Broeks manier van coachen. Als die groep was samengebleven, had ze na het EK van 2013 nog medailles veroverd en/of een olympisch ticket bemachtigd?
Dirickx: Misschien, maar dat kun je niet met zekerheid zeggen. Naast de coach is dat afhankelijk van zo veel factoren. Vergeet vooral niet dat het internationale niveau in het volleybal bij de vrouwen bijzonder hoog ligt. Wereldwijd, met toplanden als de VS, Brazilië, en China, maar zeker ook in Europa. De plaatsen worden almaar duurder. België had lang een voorsprong qua opleiding van talent en kennis, maar andere landen hebben die achterstand ingehaald.
Je als klein land plaatsen voor een EK, WK of Olympische Spelen is al een prestatie op zich. Toplanden zoals Italië kunnen voor elke positie uitpakken met een topper, omdat ze uit een veel grotere vijver kunnen vissen. Zo’n brede kern, met speelsters die allemaal Europees topniveau halen, hebben de Yellow Tigers nooit gehad. In mijn periode niet, en ook nu niet.
Zijn de Yellow Tigers niet te afhankelijk van aanvalster Britt Herbots, de enige speelster die op het hoogste niveau in Italië actief is?
Dirickx: Absolute toplanden, zoals de VS, hebben drie aanvalsters over wie ze de passes ongeveer evenredig kunnen verdelen. Dat maakt een ploeg veel meer onvoorspelbaar. Als bij de Tigers de andere aanvalsters worden vastgezet en alleen Herbots kan scoren, maakt dat je tactiek inderdaad wat eenzijdig, maar je kunt niet anders als je wilt winnen.
Missen de Yellow Tigers ook geen lengte?
Dirickx: Het is een evolutie van de laatste jaren: zowat alle toplanden hebben op bijna alle posities speelsters van ruim 1,90 meter, behalve op de libero. Zowel aanvallend als defensief, bij het blok aan het net, is dat een enorm verschil. Een kleinere speelster kan dat wel voor een stukje goedmaken met een grote sprongkracht, maar een speelster van ruim 1,90 meter hoeft maar een klein hupje te maken, en die fractie van een seconde is vaak cruciaal.
Bij de Tigers halen de middenspeelsters die grens wel, maar de rest blijft daaronder. En dan kom je weer terecht bij die kleine vijver. Zo dik lopen meisjes van die lengte niet gezaaid, hè. De jeugdopleiding van Volleybal Vlaanderen is wel zeer goed, maar je blijft afhankelijk van het potentieel aan talent.
Wat verwacht u van de Yellow Tigers op het komende EK?
Dirickx: In hun poule is Servië sowieso buiten categorie, en Polen zal misschien ook net te sterk zijn. Oekraïne, Slovenië en Hongarije zijn wel haalbare kaarten als de Tigers hun beste niveau halen. Voor eigen publiek (de groepsmatchen worden afgewerkt in de Flanders Sports Arena in Gent, nvdr) is kwalificatie voor de achtste finales (in Paleis 12 in Brussel, nvdr) realistisch, want de eerste vier van elke poule gaan door. Daarna ben je afhankelijk van de tegenstander.
Zou u na het EK weer een rol willen vervullen bij de Yellow Tigers als u dat wordt gevraagd?
Dirickx: Zeg nooit nooit, maar op dit moment niet. Ik ben heel gelukkig in mijn huidige job (als commercieel manager bij het paramedisch esthetisch centrum Corporella in Lier, nvdr). Onlangs ben ik ook in het ‘assist mentorship’-project van ex-basketbalspeelster Ann Wauters en mental coach Matthias Haspeslagh gestapt. Samen met een tiental andere ex- en nog actieve topsporters begeleiden we jonge atleten uit velerlei sporten, van atletiek tot rugby. We delen onze ervaringen, proberen een klankbord te zijn, iemand tegen wie ze hun hart kunnen luchten. Het project zit pas in de beginfase en zal nog worden uitgebreid. Ik haal er nu al veel voldoening uit, want een gelukkig mens is altijd een beter atleet. Dat besef ik meer dan ooit.
Frauke Dirickx
1980: Geboren in Halle.
1999 tot 2016: Professioneel volleybalspeelster. Speelde meer dan 250 interlands voor de Yellow Tigers.
2013: Verovert brons met de Yellow Tigers op het EK.
2001: Wint de Challenge Cup (met Vicenza).
2007: Landskampioen van Spanje en winnaar van CEV Cup (met Murcia).
2009: Landskampioen van Roemenië (met Gelati).
2010: Haalt de finale van de Champions League (met Fenerbahçe).
2021: Assistent-coach en teammanager bij de Yellow Tigers.
2022: Werkt bij het paramedisch esthetisch centrum Corporella in Lier.