Tokio 2020: The games must (not) go on

© AFP
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Nog 128 dagen tot 24 juli, en de start van de Olympische Spelen in Tokio. Als de coronatsunami die tenminste niet eerder weggespoeld heeft. Hoe groot is de kans op een afgelasting/uitstel? En wat zijn dan de mogelijke gevolgen?

Berlijn 1916, Tokio 1940 en Londen 1944: drie keer werden de Olympische Zomerspelen al afgelast, net als de Winterspelen van Sapporo (1940) en Cortina d’Ampezzo (1944) – telkens tijdens een van de twee Wereldoorlogen dus. Vandaag wordt een nieuwe mondiale strijd uitgevochten, maar tegen een onzichtbare, min vijand.

Toch klinkt het bij het Internationaal Olympisch Comité (IOC), het Japanse organisatiecomité (TOCOG) én de Japanse regering: The games must and WILL go on. Er rezen wel al enkele dissidente stemmen, maar die werden snel het zwijgen opgelegd.

Premier Shinzo Abe, die de Spelen absoluut nog onder zijn bewind wil laten plaatsvinden, benadrukte vorig weekend dan ook: “De Spelen zullen zonder problemen en zoals gepland plaatsvinden.”

En maandag, na een videoconferentie met de G7-landen herhaalde hij: “We streven naar een compleet evenement als bewijs dat de mensheid het nieuwe coronavirus kan verslaan.”

Zoals IOC-voorzitter Thomas Bach vorige zaterdag in De Morgen/Le Soir ook geen twijfel toonde: “We bereiden de Spelen voor zoals een atleet: alles wat ons van ons doel zou kunnen afleiden proberen we te vermijden. ‘Als’ en ‘indien’ leiden zelden tot succes. We hebben geen plan B.”

Dinsdag verstuurde het IOC zelfs een officieel persbericht, met de melding dat alle speculaties over een afgelasting ‘contraproductief’ zijn, en dat het op dit moment geen drastische beslissingen zal nemen.

Een schijnbaar arrogante zelfzekerheid van Abe en Bach – alsof alleen de Olympische Spelen immuun zijn voor het coronavirus – die op steeds meer scepsis en kritiek stuit.

Van onder meer ‘belangrijke figuren’ in de Britse sport, die in vandaag in The Times vertellen dat ze “90 procent zeker zijn” dat de Spelen in Tokio uitgesteld zullen worden.

Kritiek ook van Hayley Wickenheiser, een Canadese hockeyspeelster die lid is van de olympische atletencommissie. “De zekerheid waarmee het IOC zegt dat Spelen doorgaan is ongevoelig en onverantwoordelijk gezien de huidige staat van de mensheid.”

Zó lichtzinnig en onverantwoordelijk zijn Abe en Bach echter niet. Want, zei de IOC-voorzitter ook in De Morgen/Le Soir: “We bestuderen verschillende scenario’s.” En uiteráárd is een afgelasting daar een van.

Maar tot dat écht onvermijdbaar wordt, telt – officieel – dus alleen plan A. Om de nu al zeer bezorgde atleten proberen gerust te stellen, om de ticketverkoop en de advertising van sponsors en tv-rechtenhouders niet te doen crashen en om zelfs potentiële kandidaat-steden voor toekomstige Spelen niet af te schrikken.

Bovendien, zegt Bach: ook voor de Zomerspelen van Rio 2016 (met het – weliswaar veel kleinschaligere – Zikavirus) en voor de Winterspelen van Pyeongchang 2018 (met de spanningen tussen Noord- en Zuid-Korea) dreigde er ‘gevaar’. En dat werd uiteindelijk afgewend.

Komt het nu wél tot een (definitieve) afgelasting? Met alle desastreuze gevolgen vandien? Een analyse aan de hand van vijf vragen.

Wie heeft het laatste woord over een afgelasting?

Het IOC. En dus niet de Japanse regering of het organisatiecomité. In het host city contract, dat in 2013 getekend werd, staat onder het hoofdstuk Termination de clausule 66. Dat bepaalt dat het IOC de Spelen ‘kan terugtrekken uit de gaststad in geval van oorlog, burgerlijke opstand/boycot of als de veiligheid van de deelnemers bedreigd wordt.’ En als de Spelen niet in het jaar 2020 kunnen plaatsvinden – naar uitstel is er geen verwijzing.

Thomas Bach beklemtoonde wel al dat het IOC al sinds februari via een task force dagelijks contact heeft met Japanse autoriteiten, het organisatiecomité en de Wereldgezondheidsorganisatie. En dat het IOC de raad van de WHO zal volgen – hij kan ook moeilijk het tegenovergestelde zeggen.

Tokio 2020: The games must (not) go on
© AFP

Wanneer moet de beslissing vallen?

Wachten tot juli, laat staan een week voor de openingsceremonie is geen optie. Het IOC wil over een deadline niet spreken – om zo laat mogelijk te kunnen beslissen – maar volgens experts, en ook ex-vicevoorzitter van het IOC Dick Pound, moet het ten laatste voor eind mei de knoop doorhakken. Om alle atleten, nationale olympische comités, sponsors en toeristen niet langer in het ongewisse te houden en tijdig alle regelingen te kunnen laten treffen met oog op de Spelen. Want: hoe later een eventuele annulering, hoe groter de kosten qua verplaatsing, verblijf, logistiek…

Alles zal afhangen of tegen dan de pandemie onder controle is. Niet alleen in Japan – waar het coronavirus, mede door de zeer gedisciplineerde Japanners, minder hard toeslaat dan in de rest van de wereld (852 besmettingen/28 doden dinsdagmiddag) – maar óók in andere werelddelen. En dat weet op dit moment geen enkele viroloog ábsoluut zeker.

Feit is wel dat in verschillende landen een algemene lockdown is ingevoerd, die misschien nog weken, tot zelfs eind mei zal gelden.

Blijft de pandemie ondanks alle maatregelen tot dan aanhouden, dan zal de WHO niet anders kunnen dan aanraden om de Spelen te annuleren.

De ideale manier om die nog extra te laten oplaaien, zeggen verschillende experts, is immers het samenhokken van bijna 20.000 atleten, coaches, medewerkers van olympische comités en officials, plus een veelvoud daarvan aan vrijwilligers en toeristen. Zeker in een metropool als Tokio, met bijna tien miljoen inwoners. En zeker als al die duizenden atleten, coaches en toeristen zich achteraf weer over de hele wereld verspreiden.

Het IOC kan het ook niet maken om atleten uit landen waar het COVID-19-virus wel nog welig tiert te bannen van de Spelen. En wat als er een atleet ín het olympisch dorp positief test op corona? Zal het dan alle atleten uit dat appartementsblok verbieden om nog deel te nemen?

Bovendien ontstaat er nú al een ongelijk speelveld omdat de voorbereiding van veel atleten verstoord wordt wegens een gebrek aan competities/(open) trainingsfaciliteiten. Terwijl olympiërs uit andere landen wél zonder problemen kunnen trainen.

Hetzelfde geldt voor de discrepantie in het aantal dopingcontroles wereldwijd: in sommige landen kan er door de lockdown zelfs niet meer gecontroleerd worden (o.m. in Spanje). In andere landen is er een significante daling, omdat er geen competities zijn en controleurs zich moeilijk kunnen verplaatsen. Dat kan leiden tot misbruik en een unlevel playing field. Britse experts verklaarden zelfs al dat Tokio in dat geval een ‘paradijs’ voor valsspelers wordt.

Door het schrappen van verscheidene olympische kwalificatietoernooien zijn vele atleten zelfs nog niet zeker dat ze zúllen deelnemen. Omdat ze daar misschien amper nog, of zelfs geen kansen meer voor zullen krijgen. Slechts 57 procent van het aantal quotaplaatsen is immers al ingevuld.

Het IOC wil weliswaar de kwalificatiecriteria/periode aanpassen, zoals het dat al deed voor bijvoorbeeld judo. En het zal ook het aantal toegelaten atleten (met enkele honderden) verhogen.

Dat wordt echter een zeer ingewikkeld kluwen. Want voor welke sporters, sporten en landen geldt die versoepeling van criteria en aantal quotaplaatsen? En voor wie niet? Een regeling die sommige atleten misschien zelfs juridisch zullen aanvechten.

Niet te vergeten ook: de kans bestaat dat veel toppers zullen thuisblijven, met name uit het basketbal en het golf. Er wordt bijvoorbeeld al gespeculeerd om de play-offs van de NBA in juli/augustus te laten plaatsvinden, in plaats van in april/mei/juni. In dat geval zullen er geen NBA-sterren te zien zijn in Tokio. Omdat ze dat zelf niet meer willen en omdat hun clubs dat ook niet zullen toelaten.

Hetzelfde met ’s werelds beste golfers. Als de uitgestelde Majors, de Masters en allicht ook het PGA Championships, naar de zomermaanden verschoven worden, zullen zij voorrang geven aan die veel lucratievere toernooien.

Die NBA/golfvedetten zullen hun gezondheid (en dus ook hun miljoenencontracten) bovendien niet op het spel willen zetten als het risico bestaat dat het coronavirus tijdens de Spelen weer zou kunnen oplaaien. Ook andere, minder bekende, sporters niet trouwens.

De voorzitter van het Jamaicaanse olympische comité verklaarde zelfs al dat hij zijn atleten in dat geval zal thuislaten. Als méérdere landen dat doen, dan brengt dat het IOC in een zeer lastig parket. Want zei Thomas Bach voor de Winterspelen van Pyeonchang 2018, naar aanleiding van de spanningen tussen Noord- en Zuid-Korea: “Militaire dreiging op zich is geen ‘drempel’. Wél mocht een land niet naar de Spelen willen gaan omdat de veiligheid van de atleten niet gegarandeerd is.”

Enkele atleten eisen zelfs een uitstel van de Spelen. De Griekse Katerina Stefanidi, de regerende olympische kampioene in het polsstokspringen en lid van de World Athletics athletes’ commission, trok gisteren aan de alarmbel over de huidige toestand.

“Het IOC brengt ons in een lastig parket. Hoe kunnen we in deze omstandigheden, met bijhorende risico’s, trainen? Zo brengen we onze gezondheid in gevaar. Onze stadions zijn gesloten, we moeten een speciale toestemming vragen. En zelfs dan moeten we hetzelfde materiaal aanraken als de andere atleten.”

Ook de Britse zevenkampster Katarina Johnson-Thompson, de grote concurrente van Nafi Thiam, uitte al haar ongenoegen over de moeilijke trainingsomstandigheden en over de stress die zij, en vele atleten overal ter wereld, ervaren.

Als de Spelen toch doorgaan, zal het olympische motto Citius, Altius, Fortius (Sneller, Hoger, Sterker) hoe dan ook niet voor iedereen gelden. Verschillende competities zullen gedevalueerd worden: omdat sommige toppers niet aanwezig zijn of omdat veel atleten zich niet optimaal konden voorbereiden. Of, in het omgekeerde geval, omdat valsspelers zich via doping konden prepareren.

En hebben de Spelen, áls ze doorgaan, dan überhaupt wel zin?

Is de Spelen zonder toeschouwers een optie?

Ja en neen. De WHO en medische experts van het IOC en andere sportbonden hebben er zelfs al over vergaderd. Maandag zei een bron binnen het IOC aan The Guardian dat de Spelen zonder toeschouwers echter uitgesloten is. Dat werd ook bevestigd door Seiko Hashimoto, de Japanse olympische minister.

De totále ticketverkoop moet immers tot bijna een miljard euro opbrengen. Zonder die inkomsten wordt het gat in het organisatiebudget nog groter. Al zullen volgens berichten in de Japanse media, in geval van een annulering, de nu al verkochte tickets (de Japanners kochten er al 4,5 van de 7,8 miljoen tickets die voor hen voorzien waren) allicht niet terugbetaald worden, wegens ‘overmacht’ (een pandemie).

De media- en sponsorcontracten zouden dan wel gevrijwaard worden, maar kunnen de Olympische Spelen dan nog enig enthousiasme opwekken? Door de absurde aanblik van een openingsceremonie en een atletiektoernooi in een leeg, olympisch stadion met 68.000 plaatsen? Van ook andere competities in een ijskille sfeer? De authenticiteit en impact van elk sportevent stoelt immers ook op de warme gloed van duizenden toeschouwers.

Tokio 2020: The games must (not) go on
© REUTERS

Als de Spelen toch plaatsvinden mét sportfans in de tribunes – eventueel een beperkt aantal – dan zal de organisatie ook ingrijpende maatregelen moeten treffen.

Bijvoorbeeld met de verplichting om mondmaskers te dragen (zoals journalisten nu al moeten doen bij elk media event van de organisatie). Of met zones waar de lichaamstemperatuur van mensen gescreend wordt en zij hun handen kunnen ontsmetten.

Dat kan dan weer tot zeer lange wachtrijen leiden tijdens de – niet te vergeten – voorspelde hittegolf in Tokio, los van het coronavirus al een mogelijk gezondheidsprobleem.

Kunnen de Spelen verplaatst worden, qua locatie of datum?

Nog dit jaar verhuizen van locatie, naar bijvoorbeeld een stad waar de Spelen al hebben plaatsgevonden (Londen), is onmogelijk.

Geen enkele stad kan op zo’n korte termijn een event organiseren die normaal zeven jaar voorbereiding vergt. En ook dan zou als voorwaarde gelden dat de coronapandemie ingedijkt is.

Een wijziging qua datum, met name een uitstel tot in het najaar is ook onrealistisch. Niet te vergeten dat ook de Paralympics (nu gepland tussen 25 augustus en 6 september) daarna nog moeten plaatsvinden, ook een mega-event met 4400 deelnemers.

En wat dan met het olympisch dorp, waarvan alle appartementen al verkocht zijn aan particulieren, en die na de Paralympics in gebruik zouden worden genomen? Wat met alle geboekte hotelkamers? Wat met de tachtigduizend vrijwilligers die hun vakantie geboekt hebben voor eind juli/augustus?

Wat met de sponsors die al vele miljoenen aan activatiecampagnes in gang hebben gezet en vippakketten hebben verkocht? Wat met het plan om het verkeer in de wereldstad Tokio in goeie banen te leiden? Dat alles op korte tijd overplanten naar oktober, november of december is onmogelijk.

Bovendien zouden de Spelen dan clashen met de grote sportcompetities ter wereld, die dan al opnieuw begonnen zijn. Dé reden trouwens waarom de Spelen in de zomer plaatsvinden, zelfs in de dan bijna onmenselijke temperaturen in Tokio.

De Amerikaanse sportzender NBC betaalde voor de uitzendrechten van de vier Olympische Zomer/Winterspelen tussen 2014 en 2020 bijna vier miljard euro, en voor de komende zes olympiades zelfs zeven miljard euro. Dat is goed voor ongeveer de helft van alle verkochte uitzendrechten. En die bedragen bijna 75 procent van het totále IOC-budget.

De wil van NBC is dus wet: daarom vinden de finales van het zwemtoernooi zelfs in de voormiddag plaats (primetime in de VS). En daarom zal NBC nooit toelaten dat de Spelen te midden de eveneens zeer lucratieve Americanfootballcompetitie vallen (start in september).

Een andere optie: de Spelen verplaatsen naar de zomer van 2021. Maar dat zou grote verschuivingen in de internationale sportkalender veroorzaken. Wat dan met het WK zwemmen in het… Japanse Fukuoka, van 16 juli tot 1 augustus? En het WK atletiek in het Amerikaanse Eugene, van 6 augustus tot 15 augustus?

In 2022, wanneer in februari al de Winterspelen in Peking plaatsvinden, is er in de zomer meer ruimte, aangezien het WK voetbal in Qatar pas eind november begint, maar ook dat is verre van vanzelfsprekend aangezien er dan vele continentale kampioenschappen plaatsvinden.

Bij een uitstel naar 2021 of 2022 rijst ook de vraag: wat dan met alle nu gekwalificeerde atleten en teams voor Tokio 2020? Moet dat bord dan weer schoongeveegd worden? En moeten die zich dan opnieuw kwalificeren?

Wie zal de rekening betalen bij een definitieve afgelasting?

Ruim elf miljard euro zal Japan/Tokio officieel besteden aan de organisatie van de Spelen. Voor vijf miljard euro bekostigd door private investeerders, maar de rest door de Japanse belastingbetaler. Alle kosten samengeteld, inclusief stadion- en transportinfrastructuur, stijgt de factuur zelfs naar ruim 23 miljard euro. Natuurlijk gaan die investeringen bij een afgelasting niet plots in rook op – zoals het olympisch stadion dat 1,28 miljard euro kostte – maar zonder de Spelen zouden die kosten nooit gemaakt zijn.

De olympiade zou de slabbakkende Japanse economie ruim zeven miljard euro moeten opleveren, maar een annulering van de Spelen zou een veel grotere impact sorteren.

Experts spreken zelfs van een daling van het BBP met 1,4 procent (liefst 65 miljard euro), en een daling van de bedrijfswinsten met 25 procent. Niet alleen door het uitblijven van de onmiddellijke economisch boost, ook door de negatieve langetermijneffecten op toerisme, export, binnenlandse consumptie.

Minder verlies zal het IOC lijden. Dat is weliswaar officieel een non-profitorganisatie, maar ook – of bovenal – een multinational die per olympische cyclus een omzet van ruim vijf miljard euro genereert. Al die businessactiviteiten en bedrijven van de IOC Group worden sinds 1992 in de Olympic Foundation gebundeld.

Een van de doelen van die foundation: elk financieel risico op een afgelasting van een olympiade vermijden. En dus sluit het IOC voor elke Spelen verzekeringen af. Voor die van Londen en Rio betaalde het daarvoor respectievelijk twaalf en dertien miljoen euro. Voor Tokio zou dat zo’n achttien miljoen bedragen.

Die annuleringsverzekering moet de organisatiekosten van het IOC, zo’n 880 miljoen euro, dekken – als een pandemie tenminste is opgenomen in het verzekeringscontract.

Een schadevergoeding aan Tokio/Japan zal het IOC sowieso niet moeten betalen, dat is gestipuleerd in het host city contract.

Hoewel ook het IOC vele miljoenen verliest, kan het wel tegen een stootje, met een reservekas van liefst 1,8 miljard euro. De jaarlijkse royalty’s van het Olympic Marketing Program, waarmee het IOC de 206 nationale olympische comités en 28 internationale sportfederaties steunt, zal het zelfs bij een afgelasting verder kunnen betalen. Cruciaal, want voor veel sportbonden is dat een levenslijn.

In geval van een definitieve afgelasting zullen dus vooral verzekeringsbedrijven moeten dokken, ook wegens claims van sponsors, hotels, de lokale organisatie, mediabedrijven…

NBC zal zo zijn vele dollars voor de uitzendrechten grotendeels kunnen recupereren. Winst genereren uit de verkoop van reclame (na aftrek van de betaalde uitzendrechten) mag het dan wel vergeten. In Rio 2016 nog goed voor 225 miljoen euro en in Tokio nog een pak meer, want onlangs maakte NBC bekend dat het voor ruim 1,1 miljard euro aan reclame heeft verkocht, een record.

Ook vele duizenden olympiërs zullen een afgelasting, zonder uitstel, in hun portemonnee voelen. Boogschieters, judoka’s, schermers… verdienen immers slechts een fractie van de miljonairs uit het basketbal, tennis en voetbal.

Als de Spelen, het enige platform waarop ze hun marktwaarde kunnen opkrikken, definitief wegvallen, dan kan hun financiële situatie nog penibeler worden.

En dan spreken we nog niet over de gemiste kans op sportief vlak. Na vier jaar tevergeefs trainen voor dat ene Grote Doel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content