Clijsters: ‘In 2011 was ik mentaal op’
De Spaanse krant El País interviewde Kim Clijsters, die in de halve finale van de Australian Open staat. Sport/Voetbalmagazine selecteerde voor u de interessantste passages. ‘Ik wou alles zijn: moeder, echtgenote, huisvrouw,…’
Op je twitteraccount omschrijf je jezelf als “moeder, vrouw, zus, dochter, tennisster”. Als dat in volgorde van belangrijkheid is, komt tennis op de laatste plaats.
Kim Clijsters: “Ik hoop dat de mensen die me kennen me niet zien als een tennisster. Ik weet dat ik goed kan tennissen, maar mijn doel is persoonlijke kwaliteiten te hebben die beter zijn dan mijn tenniskwaliteiten. De trofeeën die je wint betekenen niets als je geen goede mensen rond je hebt om ze mee te delen. Ik ben blij als ik een groot tornooi win, maar nog blijer als ik naar de bank loop om het te vieren met mijn man, mijn coach,… Ik ben niet egoïstisch. In het centrum van de belangstelling staan doe ik niet graag. Voor mij is tennis een ploegsport, ook al is het individueel.”
Wat missen de kampioenen die dat niet inzien?
“Misschien: goeie mensen om hen heen. Ik wil niet dat op een dag mijn tenniscarrière eindigt om dan tot de vaststelling te komen dat ik buiten het tennis geen vrienden heb. Het tennis is een deel van mijn leven, akkoord, maar het leven gaat heel snel en het zou waanzin zijn om je in een luchtbel op te sluiten. Ik ben nu geconcentreerd op het tennis, maar ik heb ook momenten nodig om te ontsnappen zodat ik mentaal fris blijf. En ook als ik bij Jada ben, moet ik me aanpassen.”
Hoe bedoel je?
“Als moeder en als echtgenote heb ik me al heel schuldig gevoeld op bepaalde momenten dat ik mijn gezin in de steek moest laten. Nu besef ik dat het voor mijn dochter ook belangrijk is dat mama niet altijd haar handje vasthoudt.”
Welke invloed heeft dat op je tennis?
“Toen ik me blesseerde in 2011, zat ik veel thuis. Het deed me beseffen dat ik opgebrand was, mentaal leeg. Ik wou alles zijn: moeder, echtgenote, huisvrouw,… Toen blesseerde ik me en ik schrok. Nu geniet ik van het tennis.”
Je bent nog een van de weinige herkenbare gezichten in het vrouwentennis.
“Ja, maar ik heb geen tijd om dat te zijn. Ik weet dat ze van mij verwachten dat ik het vrouwencircuit promoot. En ik neem dat ook wel serieus op, maar eigenlijk heb ik andere prioriteiten.” (El País, SVH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier