Dakar Rally 2022: zand als rode draad en grootste Belgische delegatie in 14 jaar
Op zaterdag 1 januari 2022 gaat de 44e Dakar Rally van start in Saoedi-Arabië, met onderweg véél zand.
Na avonturen in Afrika en elf jaar lang in Zuid-Amerika sloot Saoedi-Arabië in 2019 een deal met Dakar-organisator ASO. Het haalde zo de ‘moeder aller rallyraids’ tot 2025 naar de Arabische woestijn. Voor ASO, dat ook de Tour de France in zijn portefeuille heeft, was 73 miljoen euro voldoende om de slechte mensenrechtenreputatie van het koninkrijk opzij te schuiven.
Na de eerste twee edities in 2020 en 2021 volgt vanaf zaterdag 1 januari tot vrijdag 14 januari de derde, als ook de eerste manche van het nieuwe WK rally-raid (met ook nog wedstrijden in Abu Dhabi, Kazachstan, Andaloesië en Marokko). De Dakar begint in Ha’il met een korte sprintproloog (waarvan de winnaar voor het eerst zijn eigen startpositie voor de volgende etappe mag bepalen) en eindigt in Jeddah, aan de boorden van de Rode Zee.
Trager en minder voorbereiding
Op het programma staan er 8375 kilometers, waarvan 4258 kilometers voor klassementsritten. Het parcours, uitgestippeld op basis van onder meer satellietbeelden, is door racedirecteur David Castera voor zeventig procent vernieuwd. De twee jongste edities waren volgens hem te snel en te rotsachtig. Daarom wordt er nu meer het zand opgezocht, ook om de snelheid te doen dalen. Drie etappes gaan zelfs volledig door de duinen. Een klassementsrit, de vierde, is liefst 465 kilometer lang, en wordt vanwege de lengte en de moeilijke navigatie als de sleuteletappe bestempeld.
Grote nieuwigheid is, na de eerste test in de laatste editie, de introductie van het digitale roadbook voor alle voertuigen, zowel voor de auto’s, trucks, de SSV’s, de motoren en de quads. Deelnemers krijgen die gedetailleerde wegwijzer, inclusief geluidssignalen bij gevaarlijke passages, pas tien minuten voor de start. Zo kunnen navigators niets meer voorbereiden, waardoor ze ’s avonds meer kunnen/moeten rusten.
Dominantie breken
Bij de wagens gaat Stéphane Peterhansel op zoek naar zijn vijftiende eindzege. Aan het stuur van een Audi, dat debuteert in de Dakar Rally en met Carlos Sainz een tweede ex-winnaar in zijn rangen heeft. Drievoudig winnaar Nasser Al-Attiyah moet met een nieuwe Toyota de overmacht van de MINI’s proberen te breken. Die constructeur behaalde begin dit jaar de eerste en derde plaats in de Dakar Rally met Peterhansel en Sainz, en speelt nu de ex-wereldkampioen rally raid Jakub Przygonski uit als kopman. Prodrive wil met negenvoudig wereldkampioen rally Sébastien Loeb een opgave zoals in de jongste Dakareditie vermijden, en scheidde de Fransman van zijn trouwe copiloot Daniel Elena. Loeb krijgt met Fabian Lurquin een Belg aan zijn zijde. Bij de motoren start Kevin Benavides (KTM) met startnummer 1. De Argentijn won in 2021 met zijn Honda en doorbrak zo de heerschappij van KTM dat achttien jaar op rij jaar bij de motoren had gewonnen.
Gespreid over alle categorieën nemen er 38 landgenoten deel, de grootste Belgische delegatie sinds 2007 (toen 45), liefst 27 meer ook dan in de jongste Dakar Rally, geplaagd door de coronapandemie. Bij de SSV’s behoren Guillaume de Mévius en Tom Colsoul, na eerdere deelnames bij de wagen en vrachtwagens, tot de outsiders, met een OT3 van het Belgische Overdrive Racing. Bij de motoren is Walter Roelants (Husqvarna), die in de jongste Dakar als oudste Belgische motorrijder, op zijn 60e, de finish haalde, weer van de partij.
In de tweede editie van de Dakar Classic, waar de deelnemers een verschillend en korter parcours afleggen, met nadruk op regelmaat en navigatie, is de bekendste Belgische deelnemer zanger Koen Wauters. Hij komt voor het eerst sinds 2012 weer aan de start van de Dakar, in een team met Pascal Feryn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier