Ernst Davidts

‘België is wereldtop: toch is korfbal geen nationale trots’

Ernst Davidts Student LO en Bewegenigswetenschappen (UGent)

‘Zolang korfbal in de schaduw van basketbal blijft staan, zal het moeilijk ontsnappen aan de vooroordelen waarmee de sport nog altijd kampt’, schrijft speler Ernst Davidts. Hij neemt dit weekend deel aan het U21 wereldkampioenschap in Turkije.

“Waarom is korfbal een denksport?”, vraagt jurylid Jeroom in het tv-programma De Slimste Mens.

“Omdat ze denken dat ze een sport spelen!”

In het publiek lacht nagenoeg iedereen mee. Ook al staan we als klein Belgenland al jaren mooi in de top 2 staan van de wereld, korfbal is niet bepaald de nationale trots.

Wie weet dat er recent het Belgisch zaalkampioenschap tussen Floriant Merelbeke en Borgerhout G/W werd gespeeld in de Topsporthal in Herentals? Op sociale media bestond de kans dat je iets over het kampioenschap zag verschijnen. Maar in de reguliere media kreeg het weinig tot geen aandacht, hoogstens een heel korte vermelding tijdens het avondnieuws op de VRT.

Zolang korfbal in de schaduw van basketbal blijft staan, zal het moeilijk ontsnappen aan de vooroordelen waarmee de sport nog altijd kampt.

Ik spreek uit ervaring. Sinds mijn 10 jaar speel ik korfbal. Dit weekend speel ik met het nationale team U21 het wereldkampioenschap in Turkije. Ik zou dus trots mogen zijn. Maar toch heb ik bij nieuwe ontmoetingen steeds angst voor een vraag waarvan ik hoop dat men die pas stelt als ze me wat beter hebben leren kennen. Want als ik vertel dat mijn sport korfbal is, word ik negen van de tien keer vierkant uitgelachen en zijn de vooroordelen niet meer tegen te houden.

Vragen zoals: “Douchen jullie dan samen met de vrouwen na de match?”, “Dat is toch echt een ‘homosport’?” zijn onoverkomelijk. Hoewel ik dit vaak weglach, is het na een tijd echt eentonig en gewoonweg irritant.

Ergens kan ik mensen dit soort uitspraken niet kwalijk nemen. Er is te weinig geweten over korfbal. Terwijl het een sport met veel positieve kanten, en een vooruitstrevend karakter. Als samenleving kunnen we heel wat leren van korfbal. 

Korfbal is een zeer technische en ingewikkelde sport die niet zoals veel andere, meer traditionele sporten, verloopt. Het is de eerste en enige sport die altijd gemengd gespeeld wordt. Daar komt bij dat mannen en vrouwen evenwaardig behandeld worden: ze worden op dezelfde manier beloond en bestraft. De sport krijgt ook vaak het verwijt dat ze te ‘soft’ is en dat er te weinig contact is. Maar het is net de finesse van het spel die contact overbodig maakt, daarom minder kans op blessures geeft, en dus veiliger voor kinderen is. In vergelijking met voetbal of basketbal scoort korfbal veel hoger op vlak van veiligheid.

Tot slot is het een familiesport bij uitstek. Elke club vormt en hechte gemeenschap waarin iedereen elkaar behandelt als familie. Voor velen is een belangrijke deel van hun sociaal leven. De sport biedt mooie kansen om mensen te integreren.

Maar laat dat laatste nu voor korfbal tegelijk ook een belangrijk werkpunt zijn. De sport is niet inclusief genoeg. Er wordt te weinig ingezet op het engageren van minderheidsgroepen, en dan vooral mensen met een migratieachtergrond.

De korfbalwereld is klein en geraakt maar moeilijk uit de eigen bubbel. De sociale kansen die de sport biedt, worden niet genoeg benut. Terwijl de korfbalwereld moeite zal moeten doen om deze bubbel te overstijgen, kan de buitenwereld op haar beurt inspanningen leveren om het progressieve karakter en schoonheid van de sport te leren kennen en te waarderen.

Alleen dan zullen de foute moppen ophouden en krijgt korfbal de waardering die de sport verdient.

Ernst Davidts zit in de tweede bachelor LO & Bewegingswetenschappen aan de UGent. Hij is lid van het Honoursprogramma Quetelet lichting 2023-2025.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content