Na de verloren halve finale tegen Frankrijk: zonder Julie Allemand botsen de Belgian Cats tegen toplanden op hun limieten

Julie Vanloo was diep ontgoocheld na de match, maar speelde ook een slechte wedstrijd. BELGA PHOTO VIRGINIE LEFOUR © BELGA
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Hoewel het een zeer spannende match werd, troefde Frankrijk in de halve finale van het olympische basketbaltoernooi de Belgian Cats af op velerlei vlakken. Dat heeft, zoals bondscoach Rachid Meziane zelf aanhaalde, met een bredere, meer kwalitatieve kern te maken.

Als laatste speelster zat Emma Meesseman enkele minuten na de wedstrijd tegen Frankrijk nog op de bank. Diep ontgoocheld voor zich uitstarend, terwijl haar ploeggenotes druppelsgewijs richting de mixed zone liepen. Of ze terugdacht aan haar driepunter op het einde van de reguliere speeltijd, waarmee ze koelbloedig de stand op 66-66 had gebracht, en daarna met een oerschreeuw en gebalde vuisten zichzelf nog meer oppepte?

Neen, want die driepunter had de Cats uiteindelijk geen zege bezorgd, vertelde ze achteraf. Bovendien, vond Meesseman, is elk balbezit, elk punt, elk balverlies in een match belangrijk. En resulteert de som van dat alles uiteindelijk in de eindstand (81-75).

Dat het überhaupt nog op verlengingen uitdraaide, was al verbazend, nadat Frankrijk op 56 seconden van het einde 66-60 had voorgestaan. Waarna het die voorsprong nog uit handen gaf, met een domme fout op een driepuntspoging van Julie Vanloo, die zo drie vrijworpen kon benutten, en door de driepunter van Meesseman.

De oerkreet van Emma Meesseman na haar driepunter op het einde van de reguliere speeltijd. © BELGA

De Fransen lagen bovendien in enkele cruciale onderdelen van het spel boven: 19 tegen 7 offensieve rebounds, waardoor ze 18 punten haalden uit die tweede shotkansen. Ze pakten ook 10 steals meer (14 tegenover 4) en leden acht balverliezen minder (14 tegenover 22) dan de Cats. Zo konden ze liefst 30 punten halen uit die vele turnovers van de Belgische vrouwen. ‘We hebben te veel domme fouten begaan’, gaf Meesseman toe.

Veel meer pogingen voor Frankrijk

De enige reden waarom zij alsnog een verlenging uit de brand kon slepen, was omdat de Franse vrouwen slecht afwerkten: amper 30 procent van hun field goals waren raak, en slechts 23 procent van hun driepunters. Op dat vlak presteerden de Belgian Cats wel beter: 53 procent voor hun field goals gooiden ze binnen, en 30 procent van hun driepunters. Dat kon Frankrijk echter compenseren omdat het liefst 25 keer meer naar de ring kon shotten, waardoor het exact evenveel field goals telde als België (23).

De vele offensieve rebounds die de Fransen konden nemen, heeft daar onder meer mee te maken. Deels omdat meerdere speelsters groter zijn dan de Cats, deels omdat de Cats hen te weinig weghielden van de korf – vaak tot zichtbaar ongenoegen van coach Meziane.

Zoals hij zich ook moest enerveren in de vele balverliezen van zijn speelsters: weer zeven van Julie Vanloo (nadat ze tegen Spanje al negen ballen was kwijtgeraakt) en zelfs Emma Meesseman leed er vijf. Onder meer omdat de Fransen op haar nog harder verdedigden. Zichtbaar tot haar frustratie lieten de refs ook veel toe. Ook Meziane sprak achteraf zijn ongenoegen uit over het vechtbasketbal van Frankrijk. Dat de Belgian Cats vreemd genoeg één persoonlijke fout meer kregen dan de zeer agressieve thuisploeg was daar niet vreemd aan.

Toch legde de bondscoach de vinger op de wonde: zijn gebrek aan rotatiemogelijkheden in een zeer intense en energievretende match, bovendien met verlenging. Hij liet Vanloo en Meesseman 41 minuten spelen, Elise Ramette 38 minuten, Kyara Linskens en Becky Massey elk ruim 30 minuten. Dat is veel, amper twee dagen na de kwartfinale tegen Spanje.

Ter vergelijking: bij de Fransen stonden alleen Iliana Rupert (ruim 31 minuten) en Janelle Salaun (goed 30 minuten) meer dan een halfuur op het terrein, de rest bleef onder die grens. Zo waren ze frisser op het einde van de wedstrijd en gingen ze in het vierde quarter over de Cats. En na de Belgische minicomeback in de slotminuut ook in de verlenging.

Weinig nuttige bankspeelsters

Dat Meziane zijn basisspeelsters, op Antonia Delaere (door foutenlast) na, zo veel liet spelen, kwam ook omdat hij heel weinig productie van de bank kreeg: amper 8 punten, waarvan 5 in 30 minuten voor Becky Massey, en 3 in 9 minuten voor Bethy Mununga. Net als in de match tegen Spanje was Maxuella Lisowa weer onzichtbaar: 0 punten en 0 rebounds in 8 minuten, maar wel 4 fouten. Lisowa had zich tijdens het olympische kwalificatietoernooi als een van de uitblinkers opgeworpen, samen ook met Mununga, maar zij komen er op deze Spelen niet aan te pas.

Dat beperkt de rotatiemogelijkheden van coach Meziane. Zeker nu de vaste point guard Julie Allemand er niet bij is, door een blessure. Tot voor de halve finale kon dat gemis nog worden opgevangen, ook omdat Julie Ramette een goed toernooi speelt, maar tegen Frankrijk was Allemands afwezigheid wel hard te voelen. Zij had als ervaren spelverdeelster rust aan de bal kunnen brengen. Iets wat Julie Vanloo, zeker in dit toernooi, niet kan. Ook haar afwerking was weer ondermaats (2 op 11).

Julie Vanloo leed zeven balverliezen tegen Frankrijk. (Xinhua/Meng Yongmin)

Toen we Emma Meesseman na de match wezen op het gemis van Allemand, vond ze het niet fair ten opzichte van haar teamgenotes om te zeggen dat de Cats met haar hadden gewonnen. Maar ze gaf ook toe dat Allemand op het terrein ‘geen kwaad had gekund’. Ook omdat ze de Franse speelsters zeer goed kent (aangezien Allemand actief is in de Franse competitie).

Tegen Australië om het brons

Feit is dat de Cats zonder de Waalse point guard, zonder grote bijdragen van de bank en met een slecht presterende Vanloo op hun limieten botsten, zeker tegen een bredere, grotere topploeg. Zoiets wreekt zich in een halve finale van de Olympische Spelen. Frankrijk was immers van een ander kaliber dan Spanje in de kwartfinale, of Japan in de groepsfase.

De kans is reëel dat dat ook het geval zal zijn in de wedstrijd om het brons, zondag om 11.30 uur tegen Australië. Ook dat is een topland, met een bredere waaier aan kwalitatieve speelsters. Dan zal Emma Meesseman nóg productiever moeten zijn dan haar 19 punten, 14 rebounds en 6 assists tegen Frankrijk, en moeten al haar ploeggenotes de foutenlast beperken en boven zichzelf uitstijgen.

Het goede nieuws is dat veel speelsters, na de eerste ontgoocheling, al meteen de knop leken om te draaien – Julie Vanloo vertelde het zelfs met veel zwier in de mixed zone. Ze willen nog eens alles geven in de match tegen Australië. ‘Om onszelf en België zo trots te maken’, aldus Emma Meesseman. Eén ding is zeker: aan haar zal het alleszins niet liggen als het niet lukt.

Partner Content