Na uitspraak in zaak-Semenya: mogen sportbonden atleten nog uitsluiten wegens genderkenmerken?
De Zuid-Afrikaanse atlete Caster Semenya is volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens ten onrechte uitgesloten van wedstrijden door een omstreden testosteronregel. ‘Deze uitspraak zal ook een invloed hebben op de bredere transgenderdiscussie in de sport’, zegt professor sportrecht Frank Hendrickx (KU Leuven).
In 2018 besliste de Internationale Atletiekfederatie (toen IAAF, nu World Athletics) dat vrouwen met een van nature hoog testosterongehalte remmers moeten nemen om te mogen deelnemen aan wedstrijden op de 400 meter tot en met de mijl. De federatie voerde ook een maximale testosteronwaarde in. Testosteron is immers een mannelijk geslachtshormoon dat onder meer spiergroei bevordert en vrouwen daardoor een onevenredig voordeel kan verschaffen. Een omstreden beslissing, want de wetenschappelijke basis bleek wankel. Maar volgens de atletiekfederatie was ze noodzakelijk om een antwoord te bieden op hyperandrogenisme en een eerlijke competitie te waarborgen.
Die beslissing kwam er vooral als gevolg van de dominantie van de Zuid-Afrikaanse atlete Caster Semenya. Zij werd olympisch kampioene op de 800 meter op de Olympische Spelen van Londen in 2012 (na diskwalificatie van de Russische Maria Savinova) en die van Rio in 2016. Op dat loopnummer kroonde ze zich ook drie keer tot wereldkampioene. Daar werden vragen bij gesteld, omdat Semenya van nature drie keer zoveel testosteron heeft als een gemiddelde vrouw. Daardoor was ze volgens de Internationale Atletiekbond wel een vrouw, maar ‘niet honderd procent’.
Semenya weigerde medicatie te nemen om haar testosteronspiegel te verlagen en kon daardoor niet meer deelnemen aan 800 meterraces. Op het WK vorig jaar nam ze wel deel aan de 5000 meter, maar daarin haalde ze de finale niet.
Ze begon een juridisch gevecht om te strijden voor de ‘waardigheid, gelijkheid en mensenrechten van vrouwen in de sport’. Semenya klaagde World Athletics aan bij het Internationaal Sporttribunaal (TAS) in het Zwitserse Lausanne, maar ving bot. Nochtans gaf het TAS toe dat de testosteronregels niet honderd procent wetenschappelijk onderbouwd waren. Toch noemde het tribunaal die maatregelen ‘noodzakelijk’.
Verbod op discriminatie
Semenya vond ook geen gehoor bij het hooggerechtshof van Zwitserland, dat toeziet op het TAS. Daarop stapte ze naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHVRM) in Straatsburg. Dat gaf de atlete gisteren wél gelijk. Het hof oordeelde dat de artikels 8, 13 en 14 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens zijn geschonden. Die hebben respectievelijk betrekking op het verbod op discriminatie, het recht op privacy en het recht op daadwerkelijk rechtsmiddel. Zwitserland moet Semenya ook 60.000 euro betalen voor kosten en uitgaven.
Volgens Frank Hendrickx, professor sportrecht aan de KU Leuven, hebben veel juristen uitgekeken naar de uitspraak van het EHVRM. ‘De uitspraak is een belangrijk signaal voor de sportwereld en de rechtspraak in de sport. Het Europees Hof benadrukt er het recht op deelname aan sport mee, en dat discriminatie in de sport heel ernstig moet worden genomen. Sportbonden en ook het TAS moeten zeer goed onderzoeken en verantwoorden waarom zij een sporter anders willen behandelen, in het geval van Caster Semenya op basis van genderkenmerken.
Wat verwerpt het hof specifiek? Dat Caster Semenya wordt gediscrimineerd? Of dat de reden voor haar hormonenbehandeling niet goed is onderzocht en verantwoord?
Frank Hendrickx: Het hof bekritiseert de manier waarop de Zwitserse rechtbanken zijn omgegaan met de uitspraak van het TAS. Het lijkt ook niet echt overtuigd dat het TAS Semanya’s argumenten voldoende ernstig heeft overwogen, met name die over de wetenschappelijke correctheid van de hormonenbehandeling die World Athletics heeft opgelegd. Het hof verwerpt dus niet de behandeling op zich, maar het gebrek aan grondig onderzoek daaromtrent.
Hoe opvallend is het dat het EHVRM een uitspraak van het TAS, het hoogste rechtsorgaan in de sport, verwerpt?
Frank Hendrickx: Het EHVRM heeft het TAS al langer in het vizier. Het TAS is een private instelling, maar sinds de dopingzaak-Mutu en Pechstein (een zaak voor het EHVRM uit 2018 rond mogelijke procedurefouten bij de schorsingen van de Roemeense voetballer Adrian Mutu en de Duitse schaatster Claudia Pechstein, nvdr) beschouwt het hof dat tribunaal nog nadrukkelijker als een ‘echte’ rechtbank die het recht op een eerlijk proces moet garanderen. Dat betekent dat het TAS onpartijdig en onafhankelijk moet zijn, zowel qua samenstelling als wat betreft de manier waarop het met procedures en rechtszaken omgaat.
In de zaak-Mutu en Pechstein oordeelde het EHVRM dat het TAS wel voldoende onafhankelijk en onpartijdig was, maar impliceerde het ook dat het TAS kwalitatieve en goed gemotiveerde uitspraken moet doen op basis van woord en wederwoord. Bovendien moeten die uitspraken voldoen aan de eisen van inhoudelijke rechtsbescherming, zoals het respect voor mensenrechten als privacy en non-discriminatie. In het geval van Semenya eist het EHVRM voldoende garanties dat die zaken werden gerespecteerd.
Waarom veroordeelt het EHVRM het land Zwitserland en niet World Athletics of het TAS?
Frank Hendrickx: Alleen landen moeten zich verantwoorden voor het hof, organisaties of rechtbanken niet. Daarom wordt Zwitserland veroordeeld, omdat de Zwitserse rechtbanken te weinig controle hebben uitgeoefend op uitspraken van het TAS.
Zeven rechters van het EHVRM beslisten over deze zaak. Vier van hen gaven Semenya gelijk, drie stemden tegen. Hoe opmerkelijk is die verdeeldheid? En kan de uitspraak nog veranderen in beroep?
Frank Hendrickx: Onenigheid tussen de rechters is niet ongewoon, maar in dit geval is het uiteraard zeer nipt. Het maakt duidelijk dat het een heel moeilijke kwestie is. Bovendien kan de uitspraak nog veranderen, want dit was een zogenaamde ‘Kamerbeslissing’ van het Europees Hof. Dat betekent dat een van de partijen beroep kan aantekenen bij de Grote Kamer. Die heeft een ruimere samenstelling en andere rechters. Het zou niet de eerste keer zijn dat de Grote Kamer een eerdere Kamerbeslissing ongedaan maakt. Dat beroep zal allicht ook worden aangetekend, want World Athletics heeft op zijn website al vermeld dat het dat aan de Zwitserse regering zal vragen.
World Athletics liet al weten dat het zijn testosteronregels voorlopig niet aanpast. Moet de bond dat na deze uitspraak niet doen?
Frank Hendrickx: Zoals net aangehaald: de uitspraak is gericht tegen Zwitserland, en impliciet tegen het TAS, maar niet tegen World Athletics. Dus zal de atletiekbond afwachten, vooral omdat de inhoudelijke discussie, die over de hormonenbehandeling, niet beslecht wordt door het hof. Door de uitspraak van het EHVRM heeft Semenya nu wel munitie om een nieuwe rechtszaak tegen World Athletics te beginnen. Die zal voor haar te laat komen om in augustus al deel te kunnen nemen aan het WK atletiek. De kans is zelfs klein dat ze snel weer op een atletiekbaan zal staan, want deze procedure kan lang duren.
Zal deze uitspraak gevolgen hebben voor andere zaken?
Frank Hendrickx: Je moet altijd voorzichtig zijn met het veralgemenen van specifieke zaken. Maar deze uitspraak zal zeker een invloed hebben op andere zaken zoals die van Semenya. En ook op de bredere transgenderdiscussie in de sport. Het gaat immers over de vraag hoe we naar gender kijken en in welke mate bepaalde genderkarakteristieken gehanteerd kunnen worden om personen uit te sluiten van sportcompetities.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier