Koen Naert is niet langer Europees kampioen op de marathon: ‘Zo jammer na al die opofferingen’
Koen Naert is niet langer Europees kampioen op de marathon. De 32-jarige West-Vlaming werd maandag in München achtste, in een tijd van 2u11:28, op 1:08 van de nieuwe Europese kampioen, de Duitser Richard Ringer (2u10:21). Naert kreeg na de finish de krop in de keel. ‘Na alle opofferingen is dit heel spijtig’, liet hij noteren.
‘Het was een heel zware race’, opende Naert. ‘Van in het begin werd er koers gemaakt, met veel tempowisselingen. Tot km 35 voelde ik me heel zelfverzekerd. Op de helling liepen mijn benen vervolgens vol. Ik wilde dan recupereren in de afdaling. Dat lukt mij normaal heel snel. Ik geloofde op dat moment nog altijd in een medaille. Maar het kwam niet meer goed. Ringer doet eigenlijk wat ik in gedachten had. Hij keert nog terug en pakt uiteindelijk het goud.’ ‘Als ik nu terugkijk, denk ik dat ik een goed voorjaar heb gemist’, analyseerde Naert. ‘Op training ging het super, dus ik had er vertrouwen in vooraf. Maar op training loop je geen hele marathon. Nu blijkt dat een goede halve marathon in het voorjaar echt nodig is om hier niet door het ijs te zakken. En dat miste ik. Ik moest op het einde nog alles geven voor die achtste plaats. Ik was echt in elkaar aan het stuiken, dat heb ik zelden na een goed voorjaar.’
Het warme weer in München was voor Naert allerminst een excuus. ‘Het had zelfs nog warmer mogen zijn voor mij’, zei hij. ‘Als het vijf graden warmer zou zijn, zouden er veel meer atleten doorgezakt zijn op het einde. Richard (Ringer, red.) maakte dat op de Spelen in Tokio bijvoorbeeld mee. Ik kan goed om met de warmte. Bij mij is het verschil in prestatie in een marathon bij dertig graden kleiner. Ik was daar voor de start eigenlijk een beetje ontgoocheld in.’
Naert is zijn Europese titel nu kwijt, en dat deed veel pijn. ‘Ik kwam minstens voor een medaille naar München’, stelde hij. ‘Ik heb hier zoveel voor gedaan. Ik had mijn zoontje zo graag een medaille gegeven. Mijn familie moet ook veel opofferen. Het is heel spijtig, ik ben heel ontgoocheld. Ik heb alles gegeven. Daar ga ik mezelf mee moeten troosten. Je moet een superdag hebben en die had ik niet. Ik wil nu op reis vertrekken met mijn gezin en even alles vergeten. Tot 30 augustus ga ik sowieso niet echt meer trainen. Ik ga wel nog lopen, dat kan ik niet laten. Maar het is tijd voor een break.’