4×400 meter: België strandt op drie honderdsten van brons

© BELGA

Julien Watrin, Jonathan Borlée, Dylan Borlée en Kevin Borlée hebben in de 4×400 meter de vierde plaats behaald. In zijn slotsprint bleef Kevin 3 honderdsten achter bij de Bahama’s. De Belgen haalden wel een fors nieuw record.

De Belgian Tornados zijn er zaterdag net niet in geslaagd olympisch eremetaal te veroveren op de Spelen in Rio de Janeiro. In de finale van de 4×400 meter finishten Julien Watrin en de broers Jonathan, Dylan en Kevin Borlée als vierde, op slechts drie honderdsten van brons.

Met 2:58.52 deden de Tornados 73 honderdsten af van het Belgische record dat ze vrijdag in de reeksen liepen.

De Belgen lagen bij de laatste wissel op een vijfde plaats, ver achter de medailleplaatsen, maar met een indrukwekkende sprint kwam Kevin Borlée nog bijna op de bronzen stek uit.

De Amerikanen Arman Hall, Tony McQuay, Gil Roberts en Lashawn Merritt wonnen goud in 2:57.30, voor Jamaica (2:58.16) en de Bahama’s (2:58.49).

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

“Een enorm verschil”

“We hebben het Belgisch record, maar we wilden zo graag het podium op en hebben tot het einde geloofd dat het kon”, reageerde Jonathan Borlée. “Drie honderdsten, het lijkt helemaal niets, maar ze maken dus een enorm verschil.”

“Maar de concurrentie was erg snel. Met onze tijd heb je vijf van de zes keer een medaille, deze keer niet”, aldus de atleet. “We hebben alles gegeven. Tot op het laatste heb ik er ook in geloofd”, reageerde Kevin Borlée, die met 43.67 na de Cubaan Yoandys Lescay (43.60) het op één na snelste rondje liep in de finale. “Ik gooi me nog over de lijn in het vertrouwen dat het ging lukken, maar we komen net te kort. Dat is sport.”

“We geloofden echt in onze medaillekansen”, beaamde Dylan Borlée. “We kwamen als strijders de piste op en zijn al strijdend ten onder gegaan. Het bleek niet genoeg voor het podium, maar we kunnen fier zijn op onszelf. Me moeten hier uit leren voor de toekomst. We worden alsmaar sneller en moeten blijven doorgaan.”

“Er werd meteen veel sneller gelopen dan in de reeksen”, verklaarde startloper Julien Watrin. “Ik ging daarin mee en probeerde de favorieten te volgen. Dat heb ik op het laatste moeten bekopen.”

“Alle vier hebben ze fantastisch gelopen. Ik ben heel fier op hen”, wou coach Jacques Borlée kwijt. “Ik dacht dat een tijd van 2:58.50 mogelijk was. Ze zitten er maar twee honderdsten boven. Het wordt hard om te verteren dat dat geen podiumplaats oplevert, maar het zijn grote kampioenen. We komen er wel.”

(Belga/RR/NS)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content