Jeremie Vaneeckhout
‘Als kiezers in 2024 de urgentie van de klimaatcrisis niet inzien, dan hebben we gefaald in onze missie’
‘Er ontstaan nu al spontane klimaatcoalities tussen burgers, bedrijven en organisaties. Zij zijn er klaar voor, nu de politiek nog’, schrijven Jeremie Vaneeckhout en Nadia Naji aan de vooravond van de voorzittersverkiezingen bij Groen.
2024 wordt een sleuteljaar. Wie nog bewijs zoekt dat ons beleid dringend anders moet: vorige week nog kende de gemeente Landen de grootste wateroverlast en modderstromen in 20 jaar. Er is nood aan een ecologische, links-progressieve partij die werk maakt van een sociaal klimaatbeleid. Daar staan wij voor als kandidaat-partijvoorzitters van Groen.
De getroffen burgers in Landen wachten machteloos op oplossingen van hun overheid. De huidige traagheid is asociaal en onbetaalbaar, onverantwoord zelfs. We gaan dit non-beleid nog generaties lang voelen. Intussen betaalt Vlaanderen jaarlijks al minstens zes keer meer uit via het Vlaams Rampenfonds dan zeven jaar geleden.
Tegelijkertijd woedt er een oorlog in Oost-Europa die voor globale energie- en voedselcrisissen zorgt. De klimaatverandering hoeft niet alleen een bedreiging te zijn. We kunnen niet alleen de ergste gevolgen van de opwarming voorkomen, dankzij lokale wind en zon zullen we ook onafhankelijker worden van de grillen van gewelddadige dictators en onze burgers betaalbare energiefacturen kunnen garanderen. Ambitieus klimaatbeleid is de uitweg uit deze crisis.
Hoewel het Vlaamse beleid de urgentie nog niet inziet, barst de samenleving van links-progressieve stemmen die de klimaatcrisis wél willen aanpakken. Er ontstaan nu al spontane klimaatcoalities tussen burgers, bedrijven en organisaties. Zij zijn er klaar voor, nu de politiek nog.
Helaas is Groen er niet altijd in geslaagd de jongeren uit de klimaatbeweging te betrekken in ons verhaal. We moeten hen een helder verhaal bieden, want uiteraard lezen ze onze amendementen op te slappe wetteksten niet. Ze willen resultaten zien. We hebben nog acht jaar om te voldoen aan het akkoord van Parijs, een ondergrens van de nodige wereldwijde klimaatinspanning. Wij zijn hun bondgenoot en moeten hun stem luid doen weerklinken.
Het is te gemakkelijk om de burger te wijzen op hun ‘individuele schuld’. Het is niet jouw schuld als je geen 15.000 euro over hebt om een warmtepomp te installeren of als je geen 44.000 euro hebt voor een elektrische Volkswagen. Het is wel de verpletterende verantwoordelijkheid van de overheid, want duurzame oplossingen mogen geen statussymbool zijn. Het beleid moet moet zorgen dat ze voor iedereen toegankelijk zijn. De klimaattransitie moet sociaal rechtvaardig zijn. Daar staat Groen al sinds haar ontstaan voor.
Gelukkig zien we Groene lokale besturen sterke stappen vooruit zetten. Er zijn veel hoopvolle lokale projecten, maar dat alleen zal niet voldoende zijn. Terwijl de klimaatcrisis verder woekert, willen sommigen het defensiebudget verhogen met 2,8 miljard euro per jaar, want ‘we moeten onze internationale afspraken voor de NAVO naleven’. Hoezo houden we ons wel aan internationale akkoorden rond defensie-uitgaven, maar niet aan even bindende akkoorden over klimaatbeleid? Die urgentie is duidelijk nog niet binnengeslopen bij de andere partijen, die verbaasd toekijken als wij stellen dat klimaatbeleid ook een kwestie van nationale veiligheid is. En we dus ook daar budgettaire garanties voor nodig hebben.
Als de Vlaamse en Brusselse kiezers in 2024 de urgentie van de klimaatcrisis niet inzien, dan hebben we gefaald in onze missie. Wij dragen een grote verantwoordelijkheid. Een sterke groene partij is nodig. Want we hebben nood aan politiek leiderschap dat perspectief biedt om de uitdaging aan te gaan. Daarom moeten we complexloos onszelf durven zijn.
Jermie Vaneeckhout en Nadia Naji zijn samen kandidaat voor het voorzitterschap van Groen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier