Heidi Degerickx
‘”Zorgen voor mama” legt vinger op wonde van schuldindustrie’
‘Het verhaal van dit gezin is spijtig genoeg geen alleenstaand geval’, schrijft Heidi Degerickx van Netwerk Tegen Armoede naar aanleiding van een getuigenis in het programma Zorgen voor Mama . ‘Openbare verkoop leidt zelden tot aflossing van schulden. De financiële opbrengst is zo laag en weegt absoluut niet op tegen de emotionele impact op mensen die al in zak en as zitten.’
In aflevering 3 van het VRT-programma ‘Zorgen voor mama’ kregen kijkers deze week een inkijk in de mistoestanden in de schuldindustrie. De inboedel van een gezin in schulden wordt in beslag genomen om daarna twee jaar te verkommeren in een vochtige loods. Vervolgens wordt deze verkocht om een schuld af te lossen van 3.500 euro. De verkoop brengt een schamele 310 euro op, ver onder de werkelijke waarde. Wat voor zin heeft het om mensen met financiële problemen nog verder in de put te duwen door hun spullen in beslag te nemen en die vervolgens voor een habbekrats te verkopen? Het enige wat je hiermee bereikt is dat mensen met een lege bankrekening ook nog eens achterblijven met een lege woning, en heel veel schaamte.
Openbare verkoop leidt zelden tot aflossing van schulden
De openbare verkoop van inbeslagnames leidt zelden tot een aflossing van de schuld, net omdat gerechtsdeurwaarders toelaten dat deze voor een enorm lage prijs verkocht kunnen worden. Het Netwerk tegen Armoede pleit er dan ook voor om te stoppen met het in beslag nemen van spullen van mensen. De financiële opbrengst is zo laag en weegt absoluut niet op tegen de emotionele impact op mensen die al in zak en as zitten.
Gebrek aan informatie en torenhoge drempels
Het is schokkend dat een gezin twee jaar moet leven met het feit dat hun spullen in een vochtige loods staan te wachten op verkoop. Maar het is nog schokkender dat ze te maken hebben met een absoluut gebrek aan informatie en torenhoge drempels die deurwaarders inbouwen opdat mensen in schulden hen amper kunnen bereiken. In ‘Zorgen voor mama’ zagen we hoe het gezin van Lucinda enkel via tussenkomst van straathoekwerker Joost aan informatie geraakt, terwijl het hier gaat over hun eigen spullen. En zelfs die hulpverlener moet enorm veel moeite doen om de gerechtsdeurwaarder te bereiken. Wanneer hij belt, komt hij automatisch op een voicemail die meldt dat hij een e-mail moet sturen waarna de deurwaarder hem zal terugbellen. Dat is hallucinant. Intussen tikt de rekening verder aan met verwijlintresten. De moed zou je voor minder in de schoenen zakken.
Totaal gebrek aan controle op werking deurwaarders
Een complex hindernissenparcours, zeker voor mensen met digitale, mentale en/of taaldrempels. Bovendien is er geen enkele controle op de werking van deurwaarders. Het Netwerk tegen Armoede vraagt dan ook al langer om gerechtsdeurwaarders een opleiding te laten volgen tot schuldbemiddelaar, hen onder toezicht van de FOD Economie te plaatsen om mistoestanden te voorkomen en een duidelijke klachten- en beroepsprocedure in te richten voor wanneer het misloopt. We pleiten ook voor een plafonnering van de interesten, die nu vaak een veelvoud van de oorspronkelijke schuld bedragen.
2.000 euro voor 5 verloren boeken uit de bib door uithuiszetting
Een stuitend verhaal komt uit één van onze verenigingen. Daar liep een schuld op tot 2.000 euro voor 5 boeken van een openbare bib die verloren gingen door een uithuiszetting. De alleenstaande moeder van 4 kinderen betaalde de schuld uiteindelijk tot de laatste cent terug via een collectieve schuldenregeling en door jarenlange armoede terwijl ze voltijds werkte.
Het programma toont hoe de schuldindustrie vandaag nog steeds niet aan banden is gelegd. Door al deze extra kosten komen veel mensen zelfs niet toe aan het betalen van de feitelijke schuld. Het resultaat is dat de schuldenaar met zijn schuld blijft zitten, die alleen maar oploopt. Hij of zij betaalt hoogstens een deel van de intresten. De schuldeiser krijgt zijn schuld niet terugbetaald en de deurwaarder blijft maar extra kosten aanrekenen. Dan hebben we het nog niet over mensen met overlevingsschulden, de ‘onbemiddelbare cliënten’. Dit zijn mensen met een te laag inkomen die schulden moeten maken om in hun basisbehoeften te voorzien. Voor hen is de situatie helemaal uitzichtloos, zeker met de bestaande schuldindustrie die elke hoop op een leven zonder schulden de kop in drukt.
Kwaliteit van schuldhulpverlening laat vaak te wensen over
Het verhaal van Lucinda is spijtig genoeg geen alleenstaand geval. Onlangs organiseerde het Netwerk tegen Armoede een Forumdag met als thema ‘Een leefbaar en menswaardig inkomen, ook als je schulden hebt!’ Eén van de werkgroepen ging over de kwaliteit van de bestaande diensten voor schuldhulpverlening. Ook hieruit bleek dat er vaak veel misloopt, zowel bij de openbare diensten van het OCMW als bij private schuldbemiddelaars. Zo reageerde één van de ervaringsdeskundigen in armoede: “De stap om naar het OCMW te gaan, was heel groot. Ik heb lang zelf naar een oplossing gezocht omdat ik me schaamde. Uiteindelijk moest ik wel de stap zetten omwille van mijn zoontje. Ik ging in budgetbeheer bij het OCMW, waar ik per week 60 euro aan leefgeld kreeg. Het was absoluut niet haalbaar om daarmee rond te komen, maar er was geen begrip voor mijn situatie.”
Slechte ervaringen met diensten schuldhulpverlening zijn schering en inslag
Er zijn vaak grote verschillen tussen schuldbemiddelaars onderling. Sommigen tonen begrip voor de situatie van mensen en geven een menswaardig leefgeld, anderen totaal niet. Die zijn ontoegankelijk en vormen een obstakel voor mensen die hulp zoeken.”Binnen de collectieve schuldenregeling kreeg ik meer leefgeld dan toen ik in budgetbeheer bij het OCMW was. Dit had enkel en alleen te maken met het feit dat de maatschappelijke werker van het OCMW een andere visie had, waardoor ik het gevoel kreeg dat er niet naar mij geluisterd werd. In de collectieve schuldenregeling werd er wel rekening gehouden met het feit dat ik af en toe eens een cadeautje voor mijn kind wilde kopen en wat geld wilde sparen voor noodgevallen,” getuigt een ervaringsdeskundige van het Netwerk tegen Armoede.
Toegang tot schuldhulpverlening is vaak heel moeilijk
Er zijn vaak lange wachtlijsten en bovendien zijn de bestaande diensten voor schuldbemiddeling enkel bereid hulp te verlenen aan mensen die al volledig financieel aan de grond zitten. Een ervaringsdeskundige getuigde: “Ik werk deeltijds omdat ik door mijn ziekte niet voltijds kan werken. Hierdoor heb ik een te laag inkomen. Toen ik bij het OCMW aanklopte, kreeg ik te horen dat ze mij niet konden helpen omdat ik nog voldoende spaargeld heb. Dat spaargeld heb ik enkel omdat ik mijn woning moest verkopen om te kunnen rondkomen. Ik moet dus eerst al mijn spaargeld opdoen, voordat ik recht heb op hulp. Nu zie ik zo de miserie al aankomen, maar kan op geen hulp of begeleiding rekenen.”
Help mensen uit uitzichtloze situatie te geraken
De mistoestanden in de schuldindustrie zijn een enorm zorgwekkende tendens. Snel hulp zoeken voordat je wegzakt in een uitzichtloze schuldenspiraal is dé beste manier om armoede te vermijden. Diensten zouden mensen terug moeten helpen rechtveren in plaats van extra drempels in te bouwen. Ook de wet- en regelgeving kan beter. Het Netwerk vraagt intresten een halt toe te roepen, extra (aanmanings)kosten verder wettelijk te beperken, steunnormen voor een menswaardig minimum leefgeld in te voeren … We vragen aan de verschillende overheden en beleidsniveaus om hier hun verantwoordelijkheid in te nemen. Dat er binnen de federale regering een voorstel op tafel ligt om gerechtsdeurwaarders effectief onder toezicht van de FOD Economie te plaatsen en (nog veel belangrijker!) om de intresten te plafonneren, komt dan ook niets te vroeg.
Niet alleen persoon met schulden verliest, ook de samenleving
Als de bestaande diensten voor schuldhulpverlening mensen pas gaan helpen wanneer ze al helemaal in die schuldenspiraal beland zijn, wordt het niet alleen heel moeilijk voor de betrokken personen, ook de samenleving verliest. De schulden eisen een zware tol aan menselijk leed en op termijn groeien kinderen op in jarenlange armoede en is er een langere en veel intensievere hulpverlening nodig. Er is dus ook een serieus maatschappelijk kostenplaatje. Snel ingrijpen zorgt voor minder complexe dossiers waardoor de wachttijden bij de diensten verminderen. Het zou er ook voor zorgen dat bijkomende interesten minder snel oplopen en de deurwaarder dus minder snel aan de deur moet komen kloppen. En last but not least: het zorgt voor veel minder stress en schaamte bij de gezinnen met financiële problemen omdat de schulden beheersbaar blijven.
Heidi Degerickx is algemeen coördinator van Vlaams Netwerk tegen Armoede.
– De middenklasse kreunt: armoede dreigt voor 1 op de 3 Belgen
– Kristel Verbeke (ex-K3) en Marleen Vanpoecke: ‘Ik schaam mij niet voor mijn armoede’
– Netwerk tegen Armoede: ‘Ook na de coronapandemie blijft de situatie precair voor velen’
– Mythes over economie en fabels over armoede: ‘Armoedebestrijding belangt iedereen aan’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier