Zeg niet vaccinatiepas tegen de coronapas: hoe spraakverwarring een heikel debat verstoort
Niet alleen welzijnsminister Wouter Beke (CD&V), maar de hele Vlaamse regering is voorstander van een coronapas onder voorwaarden. Het prille debat wordt voorlopig nog geplaagd door spraakverwarring en onduidelijkheid.
‘Hij is niet de beste communicator. Hij zegt dat heel onduidelijk.’ Een halve dag nadat Vlaams minister van Volksgezondheid Wouter Beke (CD&V) opriep tot een debat over een coronapas, zette Valerie Van Peel dinsdagavond de puntjes op de i.
Voor de N-VA’ster kan er geen sprake zijn van een vaccinatiepas. Met zo’n pas zouden mensen met een vaccin bijvoorbeeld naar de fitness of bioscoop kunnen gaan. ‘We gaan mensen geen aparte rechten toekennen’, aldus Van Peel.
De N-VA-ondervoorzitter reageerde zo op een citaat van Beke in het VRT-journaal dat werd opgevist door het tv-programma De Afspraak. De woorden van Van Peel deden uitschijnen dat de coronapas de Vlaamse regeringspartijen N-VA en CD&V verdeelt.
Dat is niet het geval. Geen enkele politicus heeft zich tot nu toe positief uitgelaten over een vaccinatiepas. De afgelopen dagen liepen de termen ‘vaccinatiepas’ en ‘coronapas’ door elkaar.
Vlaamse feestdag
Wat had Wouter Beke dan precies gezegd? Op maandag werd hij in eerste instantie geciteerd door persagentschap Belga. Daar klonk het dat hij een coronapas ziet zitten, maar enkel onder voorwaarden.
Beke gaf er vier: iedereen moet de kans hebben gehad om zich te vaccineren, het kader moet juridisch sterk onderbouwd zijn, de pas moet enkel gelden voor meerderjarigen en de vaccinatiegraad moet hoog genoeg zijn.
Zoals bekend mikt de Vlaamse regering op 11 juli, de Vlaamse feestdag, als streefdatum waarop elke Vlaming potentieel minstens één keer geprikt zou worden. Vooralsnog is de vaccinatie niet verplicht.
Tegelijkertijd zei Beke op het VRT-journaal dat ‘we moeten durven nadenken aan het teruggeven van vrijheden vanaf iedereen de kans heeft gekregen om zich te laten vaccineren’. Door dat citaat op zich uit te zenden, leek het alsof Beke louter openstond voor vrijheden voor gevaccineerde burgers.
In diezelfde reportage zei hij evenwel dat een negatieve test evenveel waard zou zijn als een vaccin. Ook het aantonen van immuniteit zou een optie moeten zijn. En laat dat nu net het punt zijn waarop Van Peel hamerde. Zij trok een parallel met de Europese ‘coronapas’ – officieel het EU covid-19-certificaat.
Die pas zullen EU-burgers op drie manieren kunnen bekomen: een vaccinatiebewijs, een negatieve test, of het bewijs dat het lichaam al genoeg antistoffen heeft aangemaakt. De pas zal schriftelijk of via een QR-code op de smartphone beschikbaar zijn. Volgens het Europees Parlement mag de pas slechts twaalf maanden gelden.
Niet onbelangrijk: het certificaat mag geen voorwaarde worden om naar het buitenland te reizen. Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen wil eind juni van start gaan met de coronapas.
Als ik parlementslid zou zijn, zou ik erop staan dat er een tijdslimiet staat op de coronapas.
Professor discriminatierecht Stefan Sottiaux (KUL)
Een pasje voor elke pint
Het is exact dat format waarover Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS) en Wouter Beke zich gunstig uitspreken voor de binnenlandse context. Op geen enkel moment ging het om een zogenaamd vaccinatiepaspoort.
De discussie werd nog wat vertroebeld door een advies van Unia. Daarin kantte het gelijkekansencentrum zich tegen een vaccinatiepaspoort omdat men de private sector zo zou vragen om ’te controleren of iemand al dan niet gevaccineerd is’.
In dezelfde uitzending van De Afspraak gaf Unia-directeur Els Keytsman aan dat een equivalente negatieve test (zoals Vervoort en Beke vragen) wél bespreekbaar is indien tests vrij beschikbaar en gratis zijn. Zo is het coronapas-systeem in Denemarken grotendeels gestoeld op een massale testcapaciteit.
Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) onthoudt zich tot op heden van alle commentaar. Binnen de Vlaamse regering zou het echter al een tijdje duidelijk zijn dat de coronapas er sowieso komt.
De regeringen van dit land wachten in eerste instantie op het advies van de experten van de GEMS, dat eerstdaags in de bus zou vallen. De experten belichten niet alleen de epidemiologische, maar ook de ethische en juridische kant.
Zoals steeds moet de politiek de knoop doorhakken. De precieze invulling van de details zullen wellicht tot stevige debatten leiden. Dat festivals een coronapas kunnen eisen, daar lijkt consensus over te bestaan. Maar wat met kappers, theaters of de horeca? ‘Ik kan me niet inbeelden dat een dorpscafé een pasje moet vragen voor elke pint die het schenkt’, zegt een regeringsbron.
Hoe dan ook zal het debat naar alle waarschijnlijkheid via het parlement moeten. Juridische experten zijn het erover eens dat een nieuw wettelijk kader nodig is. ‘Een privaat persoon kan niet op eigen houtje beslissen om mensen te weigeren’, zegt professor discriminatierecht Stefan Sottiaux (KU Leuven).
Van acute naar chronische fase
Volgens professor Sottiaux is een opsplitsing tussen sectoren zelfs wenselijk. ‘Een coronapas vormt een inbreuk op twee grondrechten: het gelijkheidsbeginsel en het recht op eerbiediging van het privéleven. Het lijkt me goed als we de pas zouden beperken tot sectoren waar het strikt noodzakelijk is. Het parlement kan perfect beslissen om restaurants anders te behandelen dan discotheken of concertzalen.’
In elk geval is er consensus dat de proportionaliteit en privacy absolute prioriteiten zijn. Zo mag een coronapas nooit aangeven of iemand gevaccineerd, dan wel getest is. Meerdere Vlaamse ministeriële kabinetten maken zich zorgen om de vergelijking met de ‘Jodenster’, die her en der op sociale media circuleert.
Bovendien is de tijdelijkheid van de coronapas een heikele zaak. Een vaccinatiegraad van 70 procent of zelfs hoger betekent niet dat alles weer zonder meer open kan.
Coronacommissaris Pedro Facon, zelf voorstander van een ‘vaccinatie- en testpaspoort’, gaf dinsdag op sociale media aan dat we op weg zijn van ‘een acute naar een chronische fase die nog een tijd zal aanhouden’. Een coronapas kan dan helpen als een veilige voorwaarde in het risicobeheer.
Wanneer die chronische fase zal ophouden, is voorlopig koffiedik kijken. ‘Maar zodra de medische noodzaak wegvalt, moet je het systeem afbouwen’, vindt Sottiaux. ‘Als ik parlementslid zou zijn, zou ik erop staan dat er een tijdslimiet staat op de coronapas, die enkel verlengd zou kunnen worden als er bijvoorbeeld een nieuwe variant opduikt.’
Ook is de politiek het erover eens dat algemene versoepelingen voor iedereen nodig zijn zodra de vaccinatie van 65-plussers en mensen met onderliggende aandoeningen achter de rug is. Dat zou tussen eind mei en half juni moeten gebeuren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier