Wouter Van Bellingen
‘Wie als anders wordt bekeken, zal zich ook anders gedragen’
‘Marokkaanse en Turkse Belgen hebben vergelijkbare democratische waarden als andere Belgen. Pas bij discriminatie, haken ze af.’ Voor Wouter Van Bellingen is dat de dubbele vaststelling uit een onderzoek aan de VUB en de ULB, in opdracht van de Koning Boudewijnstichting. Hij ziet hoe een opkomende, gekleurde middenklasse wordt afgeremd.
Onder de Marokkaanse en Turkse Belgen groeit stilaan een middenklasse met voldoende inkomen en een hoge scholingsgraad. Vier op tien Marokkaanse en Turkse Belgen stellen het met een inkomen tussen 1500 en 3000 euro, vier op tien Marokkaanse en één op vier Turkse Belgen hebben minimaal een hogeschooldiploma op zak (en die cijfers liggen nog hoger bij wie in België geboren is). De armoede onder deze nieuwe en al wat oudere Belgen ligt wel nog significant hoger dan bij andere Belgen, maar een kentering lijkt ingezet.
Geremd talent
Dat is het goede nieuws uit de studie Marokkaanse en Turkse Belgen: een (zelf)portret van onze medeburgers. Blij ook om nog eens zwart op wit het bewijs te zien van wat ik al lang weet: dat zij er dezelfde democratische waarden op nahouden als wie de onderzoekers ‘Belgo-Belgen’ noemen.
Wie als anders wordt bekeken, zal zich ook anders gedragen
Het is doodjammer dat 6 op 10 van de ‘nieuwe’ Belgen met Marokkaanse en Turkse roots ooit met discriminatie hebben te maken gehad. Telkens 8 op 10 van deze respondenten noemen afzonderlijk armoede, werkloosheid en racisme heel belangrijke problemen in ons land. Slechts de helft van de respondenten vindt dat de buitenwereld hen als Belgen beschouwd, zelfs al heeft meer dan 90 procent de Belgische nationaliteit. Ik overstijg even de cijfers en besluit: er zitten veel mensen met potentieel die zich buiten de samenleving voelen gezet, die tegen een muur botsen. Hoe kan het dat een groep die socio-economisch steeds steviger in de schoenen staat en duidelijk participeert, nog altijd moet afrekenen met discriminatie? De vraag is retorisch.
Geloof doet er niet toe
Kennelijk waren de onderzoekers zelf verrast door de bevinding dat ‘de graad van religieus praktiseren’ geen impact had op ‘integratie-indicatoren’. Anders gezegd: ook wie diep moslimgelovig is, houdt er democratische waarden op na zoals de scheiding van kerk en staat of de gelijke rol van man en vrouw in het huishouden, hij of zij heeft ook evenveel of even weinig kans op een diploma of werk dan een Belg met Marokkaanse of Turkse roots die niet of weinig gelovig is en hij of zij is even vaak in politiek geïnteresseerd. Het beeld van de radicale moslim die niets met de Belgische samenleving wil te maken hebben, bestaat slechts ver in de marge. Dat is nu ook met cijfers aangetoond. Blij dat ik het eens niet moet zeggen.
Ook stellen de onderzoekers vast dat de (fierheid op de) moslimidentiteit wel ruim verspreid is en bij de helft van de respondenten in de afgelopen tien jaar ook is versterkt, maar dat de moslims hun geloof onderling sterk verschillend beleven. Er zijn er die consequent en rigoureus praktiseren, maar ook zijn er die helemaal niet praktiseren of uit de islam zelf hun pakket bij elkaar ‘knutselen’ en dus kiezen welke geloofsbelijdenissen ze volgen en welke ze links laten liggen. In die zin verschillen moslims niet zozeer van andere gelovigen. De studie wijst met de vinger naar de media en het ruime Vlaamse publiek: “Er wordt veeleer gepolariseerd dan dat de overeenkomsten worden benadrukt.” De komende jaren moet er dan ook sterk ingezet worden op de verbondenheid in de samenleving. Het geplande integratiepact van de Vlaamse Regering zal dan ook beter een participatiepact worden.
Belgen met Marokkaanse en Turkse roots hebben wel meer moeite met euthanasie en seks voor het huwelijk, maar dat is hun goed recht, hun mening. Conservatief is niet per se slechter dan progressief. Problematischer kan wel de afwijzende houding zijn ten aanzien van homoseksualiteit, omdat daarbij uitsluiting van mensen om de hoek loert. Het werk van Merhaba, een lidorganisatie van het Minderhedenforum die homoseksualiteit binnen de gemeenschappen met migratieachtergrond bespreekbaar maakt, is in zake erg belangrijk. Met Roots & Wings een documentaire over vier holebi’s met Marokkaanse roots, toerde Merhaba de afgelopen maanden door Vlaanderen.
Uitsluiting leidt tot afkering
Maar hoe dan ook delen Belgen met Marokkaanse en Turkse roots dezelfde democratische waarden, weten zich op dezelfde economische trein te zetten en hun religie of overtuigingen staan hun integratie niet in de weg. Waarom blijven we hen dan als anders benaderen? Ook die vraag is retorisch.
Het is niet het geloof, maar wel het gevoel van uitsluiting waardoor mensen zich afkeren van de samenleving. Wie zich al het slachtoffer heeft gevoeld van discriminatie, is volgens deze studie minder geïnteresseerd in politiek, heeft niet het voornemen om te gaan stemmen, is minder uitgesproken voor democratische waarden en heeft zijn geloof versterkt. Lees: hij of zij trekt zich meer op zichzelf terug.
En het zijn vooral de jongere Belgen met Marokkaanse roots die zich gediscrimineerd voelen (bij Belgen met Turkse roots is er geen generatieverschil). Zij die in België geboren zijn, ervaren een grotere sociale afstand ten aanzien van andere Belgen, voelen zich vaker Marokkaan dan Belg dan hun ouders of grootouders, zijn iets minder overtuigd van democratische waarden, hebben een meerderheid van vrienden met islamitische geloofsovertuiging en hebben minder interesse in politiek.
Dat de strijd tegen discriminatie voor de verschillende regeringen nu een speerpunt wordt, is alvast hoopvol.
“De Marokkaanse en Turkse Belgen ontwikkelen een reactieve etniciteit in reactie op discriminatie”, besluiten verstandige onderzoekers. “De teleurstelling bij deze hier geboren Belgische burgers is, zeer aannemelijk, des te groter in reactie op hun ongelijke behandeling.” Ziedaar het effect van een jarenlang discriminatiediscours betaald door de belastingbetaler via de partijfinanciering. Dat de strijd tegen discriminatie voor de verschillende regeringen nu een speerpunt wordt, is daarom alvast hoopvol. Maar het wordt tijd voor een antigif. Geen anti-discriminatiecampagne. Maar een BOB-campagne van verbondenheid, hoop, perspectieven en een gezamenlijke toekomst. En in retorische termen: dit is een statement.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier