Donderdag vertrok de eerste onafhankelijke missie van China naar Mars. Exact een week geleden lanceerde de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) een ruimtetuig naar de rode planeet. Er vertrekken deze zomer maar liefst drie ruimtemissies naar Mars. Nancy Vermeulen legt uit waarom.
Het is geen toeval dat drie ruimtemissies deze zomer plaatsvinden. Er is nu namelijk een lanceervenster. Eén keer om de twee jaar staan de Aarde en Mars in een optimale positie. Voor een korte periode is de afstand tussen beide planeten klein genoeg om te overbruggen met een minimum aan energie. Wie deze kans mist, moet twee jaar wachten tot de stand van de planeten weer gunstig genoeg is. Het huidige venster doet zich voor van half juli tot half augustus. Missies die dan vertrekken, komen aan op Mars in februari 2021.
De VAE onderzoeken het klimaat
De eerste lancering, die van de Verenigde Arabische Emiraten, vond plaats op 19 juli. Deze “Al Amal” of “Hoop”-missie komt aan in februari 2021, het jaar waarin de VAE vijftig jaar onafhankelijkheid vieren. De Arabische beschaving, die vroeger een voortrekkersrol speelde in de menselijke kennis, moet terug op de kaart worden gezet. De focus ligt op het leveren van unieke nieuwe inzichten in de atmosfeer en het klimaat op Mars aan de hand van een Mars-weersatelliet.
De Verenigde Staten: bodemstalen en een helikopter
En dan zijn er natuurlijk de Verenigde Staten, die tussen 30 juli en 15 augustus een rijdend laboratorium zo groot als een terreinwagen willen neerzetten. De missie heet “Perseverance” (volharding), zit vol nieuwe spitstechnologie en heeft een erg druk programma: op zoek naar sporen van micro-organismen en meer leren over geologie en klimaat. Hij moet ook bodemstalen nemen, die in cilindrische blikjes bewaard zullen worden totdat een gecombineerde NASA-ESA-missie ze binnen enkele jaren komt ophalen. Voor het eerst in de geschiedenis gaat er ook een helikopter mee op verkenning.
Waarom Mars deze zomer zo’n populaire bestemming is.
China probeert voor het eerst te landen
China stuurde op 23 juli een orbiter, een lander en een rover, die de samenstelling van de bodem in kaart moeten brengen, kijken waar er ijs ligt, de ionosfeer van Mars bestuderen en zoeken naar tekenen van leven. Als deze “Tianwen-1” of “Vragen aan de hemel”-missie lukt, zal China het derde land worden (na de Verenigde Staten en Rusland) dat niet alleen een orbiter in een baan rond Mars brengt, maar ook effectief wielen op de bodem zet.
Waarom is landen op Mars zo moeilijk?
Landen op Mars is aartsmoeilijk. Als een ruimteschip terugkeert naar de Aarde kan het gebruik maken van de wrijving van de atmosfeer om energie en snelheid kwijt te raken. Maar omdat de atmosfeer van Mars zo ijl is, kun je niet zoveel overtollige snelheid kwijt en moet je andere landingstechnieken gaan combineren. En bij dat combineren gaat het vaak mis. De Perseverance-missie bijvoorbeeld zal deels afremmen door middel van wrijving in de atmosfeer, deels met parachutes en het laatste stuk met een soort hijskraan op Mars worden gezet.
Wat Mars ons kan leren over ons eigen klimaat
Als we kijken naar de buurplaneten van de Aarde: Venus en Mars, dan zien we twee extremen. Op Venus heb je een op hol geslagen broeikaseffect als gevolg van een heel dikke atmosfeer. Op Mars heb je net het tegenovergestelde: een zeer ijle atmosfeer, waardoor de temperatuur en de druk zo laag zijn dat water bevriest of verdampt, maar niet meer vloeit. Ooit was dat anders. In een ver verleden leken de omstandigheden op zowel Venus als op Mars waarschijnlijk op die van de Aarde en was het misschien aangenaam vertoeven. Door deze twee extreme klimaatgeschiedenissen te bestuderen, leren we meer over het verleden, heden en toekomst van het klimaat op aarde.
Is er nu wel of geen leven op Mars?
De huidige en toekomstige robotmissies focussen sterk op de vraag of leven op Mars mogelijk is. Tot hiertoe is er op Mars geen direct bewijs van leven gevonden. En de kans is klein dat het er momenteel is. Het magneetveld is zwak en er is nauwelijks een atmosfeer, waardoor schadelijke zonnestralen organische moleculen aan het oppervlak in stukken breken. Maar vroeger was er een dikkere atmosfeer, die bescherming bood tegen dat zonnegeweld. Er was ook water in vloeibare vorm, wat het landschap mee vormde. Het is niet voor niets dat Marsrovers landen op afzettingsgebieden van oude meren of rivierdeltas op zoek naar moleculen en mineralen, die gevormd kunnen zijn via biologische processen. Tijdens deze missie hopen we meer inzicht te krijgen in onze eigen evolutie. Door te gaan kijken op andere planeten en ijsmanen en te zoeken naar tekenen van leven daar, vallen er weer extra puzzelstukjes in elkaar in onze zoektocht naar het ontstaan van het leven zelf.
En bemande missies?
Vooraleer we bemande missies naar Mars sturen, willen we zeker zijn dat we de planeet niet besmetten met onze eigen bacteriën. Daarom moeten we eerst uitsluiten dat er nu al “natuurlijk” leven op Mars aanwezig is. Momenteel focussen alle grootmachten zich op het verzamelen van meer kennis over de rode planeet zodat we in de toekomst de meest optimale landingsplek kunnen kiezen. Ook op menselijk vlak zijn er best nog wat uitdagingen die we eerst beter moeten leren beheersen zoals straling en het psychologische aspect van een lange reis zijn in afzondering.
Maar er is “hoop”, stapje voor stapje gaan we vooruit, verleggen we onze grenzen en leggen we weer enkele puzzelstukjes in onze eeuwenoude zoektocht naar het leven zelf. En om deze “eeuwenoude vragen aan de hemel” te beantwoorden is veel “Perseverence” of doorzettingsvermogen nodig.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier