Vrouwen hebben de X-factor: waarom het Y-chromosoom de gezondheid van mannen parten speelt
Uit een nieuwe studie blijkt dat oudere mannen die in hun bloedcellen hun Y-chromosoom beginnen te verliezen, mogelijk meer kanker krijgen dan vrouwen. Die laatsten halen ook nog eens heel wat voordelen uit hun extra X-chromosoom.
Mannen hebben meer spiermassa, ze zijn langer, forser en sterker, maar als het gaat om ziekte, honger, fysieke ontbering, het coronavirus en zelfs kanker blijken vrouwen daar vaak beter tegen bestand dan mannen, zowel aan het begin als aan het einde van het leven, en ook daartussenin.
Enkele feiten: oudere vrouwen overleven hun mannelijke tijdgenoten met minstens vier tot zeven jaar. Hoe ouder, hoe groter het verschil: boven de 85 kunnen er wel twee keer zoveel vrouwen zijn als mannen. Wat honderdjarigen betreft is het levensduurvoordeel van vrouwen nog groter: van iedere honderd honderdjarigen die nu leven, zijn er tachtig vrouw en twintig man.
Deze cijfers fascineerden de Canadese wetenschapper en arts Sharon Moalem zodanig dat hij er tien jaar lang onderzoek naar deed en zijn conclusies neerschreef in het boek Het sterke geslacht.
Hij erkent dat er gedragsverschillen tussen de geslachten zijn die dit fenomeen kunnen verklaren, bijvoorbeeld in levensstijl en het nemen van risico’s. Maar dat is niet het hele verhaal, meent Moalem.
Revolutionaire theorie
De arts ontwikkelde een geheel nieuwe, revolutionaire theorie die voor nogal wat ophef zorgt: vrouwen hebben hun overlevingsvoordeel te danken aan de twee X-chromosomen van hun chromosomaal of genetisch geslacht, wat hen in staat stelt langer dan mannen in leven te blijven, beter te herstellen en het over het algemeen beter te doen, ongeacht waar ze op de wereld geboren zijn en onder welke omstandigheden.
De uitleg luidt als volgt: mensen hebben 23 chromosomenparen in elke lichaamscel. Een van die paren bestaat uit onze twee geslachtschromosomen. De meeste vrouwen hebben twee X-chromosomen, eentje van de vader en eentje van de moeder, mannen hebben meestal een X en een Y. Dat is niet altijd zo: mensen met het syndroom van Turner hebben slechts één X-chromosoom en het syndroom van Klinefelter is een aandoening bij de man waarbij hij minstens één X-chromosom te veel heeft (XXY of XXXY).
Het X-chromosoom is een van de grootste en belangrijkste chromosomen en bevat zo’n 1000 genen die onder meer instaan voor de hersenen en het immuunsysteem, het Y-chromosoom heeft er amper 70, waarvan de meeste een rol spelen in het maken van sperma.
Jarenlang werd aangenomen dat het tweede X-chromosoom van de vrouw grotendeels inactief is, maar dat klopt volgens Moalem niet. In realiteit is zo’n kwart van de cellen op het ‘zwijgende’ X-chromosoom toegankelijk. Vrouwen hebben dankzij hun twee X-chromosomen dus toegang tot meer versies van dezelfde genen om uit te kiezen en te gebruiken.
Een vrouw bouwen is complex
Tijdens hun ontwikkeling in de baarmoeder ontstaat er op cellulair niveau een willekeurig aan- en uitzetten van het een of andere X-chromosoom in elke cel. Wanneer het hartje van de baby in opbouw is, zal het gebruik maken van bijvoorbeeld de X van de vader als dat een beter hartje oplevert. Dat resulteert dan bijvoorbeeld in een hartje dat voor 80 procent uit hartcellen van de X-cellen van de papa bestaat en 20 procent van de moeder. Terwijl dat bijvoorbeeld voor de huidcellen andersom kan zijn. Volgens Sharon Moalem is dat ook de reden waarom er doorgaans minder meisjes dan jongetjes worden geboren. Een vrouw bouwen is immers een immens gecompliceerd proces.
Maar dat willekeurig aan- en afzetten van X-cellen bij vrouwelijke cellen heeft ook een nadeel, namelijk dat vrouwen erg vatbaar zijn voor auto-immuunziektes. Wanneer een immuuncel die voornamelijk is opgebouwd uit materiaal van de X van de vader een niercel ontmoet die X-cellen van de moeder gebruikt, zal die immuuncel de niercel als een vreemde ervaren en bij een eventuele infectie de niercel ook effectief aanvallen.
Covid-19 bevestigt theorie
Het genetisch voordeel van de vrouw op de man kwam duidelijk tot uiting in de coronapandemie, waarbij opvallend veel mannen stierven dan vrouwen. De uitleg van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) dat mannen minder hun handen wassen en meer roken gaat volgens Moalem echt niet op. Ook hier geldt weer dat vrouwen keuze hebben uit twee soorten immuuncellen. Zo kunnen de immuuncellen die de X-cellen van de moeder gebruiken beter in staat zijn om covid-19 te bestrijden dan de immuuncellen die de X-cellen van de vader gebruiken en de overhand nemen.
Conclusie: toegang hebben tot verschillende versies van dezelfde genen in dezelfde cel geeft vrouwen een superieur genetisch overlevingsvoordeel. Omdat mannen maar één X hebben en het Y-chromosoom zo goed als nutteloos is (sorry, heren), zijn ze in het nadeel.
Mannen verliezen Y-chromosoom met ouder worden
En alsof dat nog niet confronterend genoeg is, blijkt nu uit een nieuwe studie in Nature dat wanneer mannen, vooral rokers, met het ouder worden in bepaalde cellen, zoals de bloedcellen, hun Y-chromosoom beginnen te verliezen, ze ook nog eens kwetsbaarder zijn voor agressieve blaaskanker dan vrouwen. Tumorcellen zonder een Y-chromosomen zouden daardoor makkelijker het immuunsysteem van de man kunnen ontwijken.
Minstens 40 procent van de mannen verliezen gedeeltelijk hun Y-chromosoom tegen de leeftijd van 70 jaar. Wanneer cellen zich delen, geven ze immers chromosomen door aan nieuwe cellen, maar soms gaat daarbij in de nieuwe cel het Y-chromosoom verloren. Dit fenomeen, dat dus niet abnormaal is, wordt ook in verband gebracht met hartaandoeningen, de ziekte van Alzheimer en vroegtijdige dood.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier