Prehistorie: waren wij oorspronkelijk Afrikanen, Aziaten of een beetje van alles?
De stelling dat de moderne mens in Afrika ontstond en van daaruit de wereld veroverde, komt onder druk te staan. Recente ontdekkingen in Azië passen niet in het aloude plaatje.
Het leek allemaal zo klaar als een klontje. De moderne mens zag zo’n 200.000 jaar geleden het levenslicht in Oost-Afrika, zo heette het. Van daaruit veroverde hij zo’n 60.000 jaar geleden het Afrikaanse continent en de rest van de wereld. Daar kwam hij in contact met neanderthalers, denisovans en mogelijk nog andere nazaten van zijn voorganger, homo erectus, die zo’n 2,8 miljoen jaar geleden ook in Afrika ontstond en ook al snel Eurazië koloniseerde. Finaal werd iedereen weggeconcurreerd of opgeslorpt door nazaten en nakomelingen, zodat wij vandaag de enige mensensoort op aarde zijn. Lang was daar geen speld tussen te krijgen.
Tot nu. Bijna maandelijks beschrijven topvakbladen als (vooral) Nature en Science nieuwe ontwikkelingen die niet in dat eenvoudige scenario passen. Om te beginnen breken wetenschappers zich het hoofd over deze vaststelling: de prehistorische mensheid vertoonde veel meer diversiteit dan wij vandaag. Je zou denken dat een dubbele en ongetwijfeld kleine bronpopulatie van eerst homo erectus en vervolgens homo sapiens uit Afrika weinig variatie in kenmerken zou opleveren. Dat wij nu op veel plaatsen in de wereld terechtgekomen zijn, die allemaal een specifieke aanpassing vereisen, wil niet zeggen dat ons voorkomen rijker is geworden. De mensheid heeft in de loop van haar geschiedenis zwaar ingeleverd aan diversiteit – zoveel wordt duidelijk.
Als er moderne mensen konden ontstaan in alle hoeken van het Afrikaanse continent, waarom dan ook niet elders in de wereld?
Zo vonden wetenschappers in Congo fossiele mensenresten van amper 22.000 jaar oud met archaïsche trekken: moderne mensen met een paleontologisch stokoud voorkomen. In Marokko werden dan weer meer dan 300.000 jaar oude resten gevonden van wat onweerlegbaar moderne mensen waren. Wij zijn al een stuk langer op de aarde dan algemeen werd aangenomen.
De conclusie uit die nieuwe informatie kon alleen deze zijn: de mensheid is het resultaat van verschillende – mogelijk zelfs vele – kleine bronpopulaties die zijn opgedoken in verschillende hoeken en leefmilieus van Afrika, die op diverse manieren met elkaar vermengd zijn geraakt en één grote mensensoort hebben opgeleverd. Homo sapiens had meer dan één bron.
Peanuts
Voorts zijn er aanwijzingen dat onze soort níét pas zo’n 60.000 jaar geleden Afrika heeft verlaten. Zo’n 100.000 jaar geleden zou ze al aanwezig geweest zijn in wat vandaag China is. Sommige paleontologen beweren dat een in China gevonden schedel (de zogenoemde Dali-schedel) 260.00 jaar oud zou zijn en afkomstig van een moderne mens, maar dat gelooft bijna niemand. Onderzoek heeft wel ‘moderne’ werktuigen van tussen 385.000 en 172.000 jaar oud opgeleverd in het huidige India. In Israël zijn sporen gevonden van moderne mensen van zo’n 177.000 jaar oud. Genetisch onderzoek heeft uitgewezen dat er tussen 460.000 en 219.000 jaar geleden al kruisingen tussen neanderthalers en moderne mensen moeten zijn geweest, en voorlopig gaat (bijna) niemand ervan uit dat er ooit neanderthalers Afrika zijn binnengetrokken.
Misschien zijn wij wel op twee heel verschillende plekken in de wereld ontstaan
Chinese paleontologen laten de kans niet liggen: ze verdedigen met vuur de stelling dat de moderne mens in Azië ontstaan is, als een nazaat van de succesvolle homo erectus. Van daaruit zou hij de omgekeerde weg gevolgd hebben, onder meer naar Afrika. Voorlopig hechten de meeste wetenschappers daar geen geloof aan, maar het is duidelijk: in ons verre verleden zijn wij wispelturiger geweest dan velen willen aannemen. Misschien zijn wij wel op twee heel verschillende plekken in de wereld ontstaan. Als er moderne mensen konden ontstaan in alle hoeken van het Afrikaanse continent, waarom dan ook niet elders in de wereld?
Ook het laatste nieuws uit de sector van de menselijke prehistorie verzet de bakens: in China zijn onlangs menselijke werktuigen ontdekt die zo’n 2,1 miljoen jaar oud zouden zijn. Dat impliceert dat de eerste menselijke migratie uit Afrika, die van homo erectus, een stuk vroeger moet zijn begonnen dan tot voor kort aangenomen werd. De allereerste menselijke werktuigen, gevonden in Afrika, zouden zo’n 3,3 miljoen jaar oud zijn. Tot dusver waren de oudste buiten Afrika (in het huidige Georgië) gevonden werktuigen 1,8 miljoen jaar oud. De nieuwe ontdekking bevestigt dat wij vanaf het prille begin een geslacht van grote migraties geweest zijn.
Overigens hoeft zo’n grootschalige migratie niet geweldig veel tijd in beslag te hebben genomen. Wetenschappers rekenden in Nature voor dat eenvoudige jagers-verzamelaars per jaar zo’n 5 tot 15 kilometer konden verplaatsen. Om de 14.000 kilometer tussen de plek van menselijke oorsprong in Oost-Afrika en de site met de gevonden oude werktuigen in China te overbruggen, hadden ze in principe, als ze zich continu hadden verplaatst, maximaal 3000 jaar nodig gehad. Dat is peanuts vergeleken met de tijdschalen waarover paleontologen spreken. Er zullen ongetwijfeld nog spectaculaire ontdekkingen volgen.
NEANDERTHALERS KONDEN AL VUUR MAKEN p>
p>
p>
Alsof het nog niet genoeg is dat wij een substantieel aantal genen delen met de uitgestorven neanderthalers, duiken er almaar meer aanwijzingen op dat culturele kenmerken die tot voor kort exclusief aan de moderne mens werden gelinkt, ook al in zwang waren in neanderthalergemeenschappen. Zo zijn er indicaties dat neanderthalers, die zo’n 38.000 jaar geleden in Europa uitstierven (of door kruisingen opgingen in de wat succesvollere moderne mens), sieraden droegen. Misschien op eigen initiatief, misschien omdat ze nabootsten wat ze tijdens ontmoetingen met moderne mensen te zien kregen. p>
p>
Spectaculairder zijn aanwijzingen dat neanderthalers zo’n 50.000 jaar geleden in wat nu Frankrijk is al vuur konden maken: een verslag daarover verscheen in Scientific Reports. Toen waren er – in principe, want je weet nooit met de nieuwe ontwikkelingen – nog geen moderne mensen in onze contreien. De neanderthalers moeten het uit eigen ervaring geleerd hebben. Ze zouden een ijzerrijk mineraal (pyriet) tegen dunne vuistbijlen geslagen hebben om vonken te geven op een mengsel met onder meer een gemakkelijk ontvlambare schimmel. Ze waren toen niet meer afhankelijk van het vergaren van natuurlijk vuur (na bijvoorbeeld een blikseminslag) om zich te verwarmen en (eventueel) eten te koken of te braden. p>
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier