Neurowetenschapper Kris De Meyer: ‘Het algoritme van TikTok wordt beïnvloed door onze acties, maar het traint ook onze hersenen’
Veel wetenschappers vinden dat de strijd tegen de klimaatopwarming te traag gaat. Maar neurowetenschapper Kris De Meyer waarschuwt voor bruuskeren.
Dat een ingenieur zich met de klimaatproblematiek bezighoudt, is niet meer dan normaal. Minder vanzelfsprekend is het als een ingenieur zich toespitst op de vraag wat de rol van onze hersenen is in het al dan niet aanvaarden dat er iets bestaat als een klimaatcrisis. De naar Engeland uitgeweken Vlaamse ingenieur elektronica Kris De Meyer is zo iemand. Aanvankelijk bestudeerde hij de werking van onze hersenen aan de hand van computermodellen. Maar na de opkomst van het internet en de sociale media, en de online commotie die dat met zich meebracht, raakte hij geïntrigeerd door de vraag hoe wij opinies vormen. Hij merkte dat hij daar met zijn simulaties niet veel greep op kreeg.
U ondervond dat onze hersenen te ingewikkeld zijn voor uw modellen?
Kris De Meyer: De hersenen zijn complexe systemen. Je kunt die wel beschrijven, maar dat volstaat niet om te begrijpen wat er gebeurt. Wat écht telt, is hoe je ervaringen koppelt aan je hersenactiviteit. Het verkeer loopt daarbij in twee richtingen, van de activiteit naar de ervaringen en omgekeerd. Als je een keuze maakt, verandert je hersenenactiviteit meteen, vooral om je keuze te verantwoorden.
Onze hersenen zouden erg flexibel zijn, maar het gedrag van veel mensen is rigide. Hoe valt dat te rijmen?
De Meyer: Onze hersenen zijn enerzijds flexibel om te kunnen omgaan met nuances en nieuwe situaties. Anderzijds zijn ze een ‘verwachtingsmachine’, die op basis van eerdere ervaringen een patroon opbouwt. Daar zit een vorm van rigiditeit in. Als je ergens heel erg van overtuigd bent, zal de verwachtingsmachine alles interpreteren op basis van wat ze eerder ervaren heeft.
De beste manier om mensen tot actie te bewegen is ze laten zien dat er al van alles gebeurt.
Is dat vergelijkbaar met de algoritmes van zoekmachines die onthouden wat hun gebruikers doen?
De Meyer: Ja. Het algoritme van TikTok wordt beïnvloed door onze acties, maar het omgekeerde gebeurt ook: het traint onze hersenen. Daardoor kun je verstrikt raken in een beangstigende loop, waaruit je niet meer kunt ontsnappen.
Een rode draad in uw onderzoek is uw zoektocht naar hoe onze hersenen het onderscheid maken tussen waar en vals. Waar zit het verschil?
De Meyer: Dat weten we nog niet goed, maar het hangt zeker niet af van het soort vragen dat je stelt. Het onderscheid tussen waar en vals wordt altijd op vergelijkbare wijze gemaakt, of het nu gaat om wetenschappelijke, religieuze of persoonlijke vragen. Er is wel een verschil in de technieken die je kunt gebruiken om je waarheid binnen te halen. Een advocaat en een wetenschapper zullen dat op een compleet andere manier doen. Maar een wetenschapper heeft hetzelfde gevoel dat iets waar of vals is op basis van zijn gegevens als iemand die zich louter baseert op wat zijn vrienden zeggen.
Er is het Dunning-Krugereffect: hoe minder je ergens over weet, hoe meer je ervan overtuigd bent dat je het bij het rechte eind hebt.
De Meyer: Als je overtuigd bent van je gelijk, maar iemand daagt je uit met informatie die er niet mee strookt, ga je die informatie niet rationeel analyseren. Je zult alles doen om je opinie te beschermen en andere visies weg te redeneren.
Waar komt de sterke polarisatie in de socialemediamaatschappij vandaan?
De Meyer: Dat is nog zo’n mechanisme dat je hebt om in je overtuigingen te kunnen blijven geloven. Het is geïllustreerd door het model van de piramide. Als je ergens geen uitgesproken mening over hebt, sta je op de top van de piramide, samen met anderen zonder uitgesproken mening. Je denkt er na over coronavaccins of de klimaatverandering zonder dat je er een sterke opinie over hebt. Maar als je een standpunt begint in te nemen, daal je langs een bepaalde kant de piramide af. Hoe verder je naar beneden gaat, hoe hardnekkiger je overtuiging wordt. Finaal raak je muurvast in je opinie en beland je aan de voet van de piramide, ver weg van de mensen aan de andere kant. Je bent dan niet meer dezelfde persoon die je aan de top was.
Het is tegenwoordig mode om op de boodschapper te schieten als je de boodschap niet kunt counteren.
De Meyer: Dat past in de psychologie van polarisatie. Je moet een verklaring zoeken voor het feit dat er mensen aan de andere kant van de piramide staan. Als je die niet vindt, is het gemakkelijk om de anderen als dom voor te stellen, of als slecht, als mensen die de waarheid bewust verdraaien om je vrijheid aan banden te leggen of geld te verdienen. Een groot probleem is dat we daarbij terugvallen op ons sociaal brein. Dat zit geworteld in het automatische deel van onze hersenen, dat dingen doet zonder dat we er veel over nadenken. Het is actief bij liefst 95 procent van wat we doen.
Is de impasse op te lossen? Kan polarisatie opgeheven worden?
De Meyer: Zodra je onder aan de piramide zit, is het moeilijk om weer naar boven te klimmen en nog moeilijker om tunneltjes te vinden om aan de andere kant te raken. Gelukkig komen mensen meestal alleen vast te zitten in specifieke deelaspecten van een probleem. Als je twee mensen met een uiteenlopende visie samenbrengt, kun je punten van overeenstemming vinden die je kunt gebruiken om ze nader tot elkaar te brengen.
Dat is een omslachtige methode om fake news te counteren.
De Meyer: We moeten ons ook inspannen om mensen op grote schaal bewust te maken van de gevaren van het piramidemodel. Het gemakkelijkste is proberen de piramide weg te nemen en mensen minder over anderen te laten oordelen. Je geeft ze dan de mentale ruimte om te reflecteren over datgene waarover ze met anderen van mening verschillen.
Crisissen zijn van alle tijden. Leren onze hersenen dan niet hoe ze ermee moeten omgaan?
De Meyer: Crisissen zijn er inderdaad altijd. De generatie die tiener was in de jaren zeventig heeft geleefd met het spookbeeld van een kernoorlog die het einde van de wereld zou betekenen. Als je de psychologische studies daarvan leest, kun je het woord ‘kernoorlog’ vandaag gewoon door ‘klimaatcrisis’ vervangen. Wanneer mensen opgroeien, hebben ze verschillende kritische vensters in de ontwikkeling van hun hersenen. Een van die vensters staat open op een leeftijd tussen tien en vijftien jaar. Dan ben je uiterst gevoelig voor existentiële bedreigingen, zoals vroeger de kernoorlog of nu de klimaatcrisis.
Het is dus normaal dat jongeren het voortouw nemen in klimaatacties?
De Meyer: Inderdaad. Je kunt mensen er ook niet met therapie uit praten, tenzij ze héél zwaar door angst getroffen worden. Maar je kunt ze wel laten zien dat er een alternatief is voor hun doemdenken, dat er mogelijkheden zijn om actief te werken aan een betere wereld.
U citeert in uw werk een man die zich schuldig voelt over het feit dat hij genoot van een leven dat de wereld in gevaar bracht, want hij reisde veel.
De Meyer: Het is een intrigerende quote. Er is een ranking van wat belangrijk is in een mensenleven. Onderaan vind je de basics, zoals eten en drinken. Vervolgens komen veiligheid en het gevoel bij een gemeenschap te horen. Dan is er het streven naar achting, in twee versies: achting in de ogen van anderen of voor jezelf. Mensen die achting willen in de ogen van anderen gaan zichtbare zaken nastreven, zoals als een grote auto, een chic huis en exclusieve vakanties waar ze indruk mee kunnen maken. Voor mensen die achting willen voor zichzelf zijn ervaringen belangrijk, zoals reizen waarmee ze andere culturen kunnen opslorpen. Helemaal boven aan de waardeladder staan mensen die zichzelf kunnen zijn – we noemen ze pioniers. Zij gaan nadenken over de ethische aspecten en consequenties van wat ze doen.
De meeste mensen zullen die fase nooit bereiken?
De Meyer: Toch wel. Ik ken de cijfers voor België niet, maar in Groot-Brittannië is 20 procent van de mensen bezorgd over veiligheid en gemeenschapsgevoel – ze hebben bijvoorbeeld een probleem met migranten. Veertig procent zit in de groep die op zoek is naar achting en nog eens 40 procent zijn mensen die nadenken over hun leven.
Hoe spoort dat met de cijfers die zeggen dat de meeste mensen vastzitten in een ijzeren routine en niet willen veranderen?
De Meyer: Er is een verschil in de evolutie van mensen zelf en de evolutie van hun ideeën. Nieuwe ideeën in de samenleving volgen de omgekeerde weg, van bij de pioniers de ladder af. Het is met zonnepanelen gebeurd. De mensen die ermee zijn begonnen, waren pioniers die het belangrijk vonden om iets goeds te doen. Vervolgens zagen de achtingzoekers dat ze zich ermee konden profileren – er is aangetoond dat de voornaamste motivatie voor het plaatsen van zonnepanelen het feit is dat de buren het gedaan hebben. Finaal komen er mensen aan boord die op zoek zijn naar veiligheid. Zij doen het omdat ze er geld mee kunnen uitsparen.
Veel mensen doen toch bitter weinig om hun impact op de klimaatopwarming te verkleinen?
De Meyer: De erkenning van de klimaatproblematiek blijft al tien tot vijftien jaar steken in de groep van de pioniers. Maar recent zien we dat de achtingzoekers er open voor beginnen te staan. Zij zoeken wel meer naar technologische oplossingen, omdat ze minder bereid zijn hun gedrag aan te passen door bijvoorbeeld minder te consumeren. Maar we hebben die groep nodig, want er zijn veel ondernemers en financiers bij. Zonder hen zullen we de samenleving niet kunnen veranderen.
Wat vindt u van het extreme klimaatactivisme van mensen die zich vastlijmen op drukke kruispunten of aan dure schilderijen?
De Meyer: Ik begrijp dat mensen denken dat het de juiste manier van actievoeren is. Ze zitten enorm in met het klimaat en weten niet wat ze anders kunnen doen. Als ze alternatieven hadden, zouden ze het niet doen. De wetenschappelijke wereld zit wat vast in almaar meer onderzoek, maar het is niet meer nodig om betere beslissingen te kunnen nemen. Wij werken met onze klimaatgroep aan methodes om acties te kanaliseren naar een concrete aanpak, waaraan iedereen zijn steentje kan bijdragen. Als we de samenleving tegen 2030 of 2040 klimaatneutraal willen hebben, zal alles moeten veranderen. Er zijn dus veel mogelijkheden om actie te ondernemen.
U wilt geen kant-en-klaarmenu in de strijd tegen de klimaatopwarming, maar persoonlijke receptenboekjes voor iedereen?
De Meyer: Precies. We spelen allemaal onze rol in de samenleving. In die rol kan iedereen zoeken naar hoe hij of zij zich nuttig kan maken in de transformatie die nodig is. Zodra mensen op zo’n pad komen, kunnen ze ver raken.
98 procent van de berichten in de media over het klimaat is negatief. U stelt dat dat contraproductief werkt.
De Meyer: Je moet er voorzichtig mee zijn. Als je blijft hameren op de dreiging van een zeespiegelstijging of een instroom van klimaatvluchtelingen, schrik je mensen af. Je moet altijd perspectief bieden. Het kan sommige mensen tot actie bewegen, maar anderen vinden het zo beangstigend dat ze het probleem negeren of ontkennen.
Mensen zeggen gemakkelijk: wat ik doe, maakt toch geen verschil. En doen vervolgens niets.
De Meyer: Je kunt mensen op alle niveaus doen nadenken. Ik werk samen met een groot pensioenfonds, dat ik probeer te overtuigen zijn geld zo te investeren dat het de transitie in de hand werkt of versterkt. Individuele mensen kunnen in hun lokale gemeenschap contact zoeken met anderen en samen plannen maken, zodat ze niet het gevoel hebben dat ze er alleen voor staan. Je kunt dat stimuleren door positieve verhalen te vertellen van mensen die door hun activiteiten een verschil hebben gemaakt, hoewel ze aanvankelijk gek werden verklaard. Mensen die met een voedselbos begonnen, bijvoorbeeld, of alleen nog met de trein reizen. Omdat onze hersenen zo geëvolueerd zijn dat ze vooral rekening houden met wat andere mensen doen, is het belangrijk verhalen rond mensen te bouwen en niet rond vage concepten. Zo gaan mensen zien dat er al van alles gebeurt. Dat is de beste manier om ze tot actie te bewegen.
Bio Kris De Meyer
1972: geboren in Brasschaat
1997: studeert af als ingenieur elektronica aan de KU Leuven
2003: doctoraat in de cybernetica aan de University of Reading
Sinds 2004: neurowetenschappelijk onderzoek aan King’s College, Londen
Sinds 2021: onderzoeker en directeur van de Climate Action Unit aan UCL, Londen
2011: documentaire Right between Your Ears
2021: coauteur van het handboek Communicating Climate Risk