Lieven Scheire: ‘Wij zijn de eerste generatie voor wie sleutelen aan het eigen lichaam via DNA mogelijk lijkt’
De voorbije maanden dook Lieven Scheire onder in de wondere wereld van het DNA-onderzoek. Dat mondde uit in een theatershow en een boek. ‘Mensen klonen? Dat duurt nog wel even.’
‘Er zijn op dit moment ontzettend veel biotechnologische mogelijkheden’, zegt Lieven Scheire. ‘Maar er is nog geen grens getrokken tussen nuttige toepassingen en dingen die we liever niet zien gebeuren. Misschien zal later blijken dat we nu in de DNA-technologie te veel spoken zien. Maar het zou ook kunnen dat we ze veel te optimistisch inschatten. Net zoals indertijd radioactiviteit: toen Marie Curie in 1902 voor het eerst puur radium isoleerde, leek dat een wondermiddel. De stof werd verwerkt in antirimpelcrème en tandpasta. Nu wil niemand daarmee nog zijn tanden poetsen.’
Klopt de indruk dat Azië zich minder zorgen maakt over foute gevolgen van ingrijpen in het DNA?
Lieven Scheire: In Azië gelden ook regels, maar er is inderdaad meer mogelijk dan bij ons. In november 2018 maakte de Chinese biofysicus He Jiankui bekend dat hij de genen van een tweeling aangepast had zodat ze niet met hiv geïnfecteerd kunnen worden. Hij is de allereerste wetenschapper die de mens genetisch aanpaste, al werd hij meteen teruggefloten door de Chinese overheid.
Ook in de Verenigde Staten kan er meer dan in Europa. Het zou kunnen dat we door strenger te zijn het onderzoek vertragen, maar misschien zijn we met onze voorzichtige benadering net een voorbeeld.
Europa is ook strenger voor genetische aanpassingen van plantaardige organismen, de zogenaamde ggo’s.
Scheire: Zo goed als de hele wetenschappelijke wereld vindt de Europese regelgeving over ggo’s te streng. De emotionele ecologische bekommernis dat ggo’s onveilig zijn, is inmiddels grotendeels ontkracht.
Voor ggo’s voor voeding moet Europa dus dringend toleranter worden?
Scheire: Ja, en zeker als het gaat over CRISPR-genbewerkingstechnieken voor planten. Met CRISPR kunnen precieze wijzigingen in het DNA van planten aangebracht worden, waardoor ze nieuwe, nuttige eigenschappen krijgen.
Verwacht u veel heil van verder DNA-onderzoek?
Scheire: Het zal ons helpen genetische ziektes te vermijden. Dankzij pre-implantatiediagnostiek kunnen pre-embryo’s op genetische ziekten gescreend worden, voor ze geplaatst worden. Zo voorkomen we zowel voor ouders als voor kinderen miserie.
De volgende stap is actief ingrijpen en via CRISPR genetisch materiaal bij de mens wegknippen. Bijna alle wetenschappers zijn het erover eens dat het daar te vroeg voor is. Ooit zullen we dat waarschijnlijk wel doen. Eerst moeten er nog belangrijke ethische kwesties uitgeklaard worden, zoals: wat knippen we weg en wat niet? Over zware genetische ziektes is er consensus, maar wat met familiale aanleg voor zware depressie? Knippen we die ook weg om de volgende generaties geestelijk lijden te besparen?
Wat vindt u?
Scheire: Als dat op een veilige manier kan, ben ik er voorstander van. Maar zover zijn we nog niet. De eerste kankerbehandelingen via CRISPR worden nu uitgetest. Enkele kankers die vroeger bijna onbehandelbaar waren, zijn nu wel te genezen. De eerstvolgende jaren zal dat nog verbeteren.
De ethische vragen worden pas echt nijpend als we de focus van zware ziektes verleggen naar morrelen aan menselijke eigenschappen. Want dan komen we op het gladde terrein van de eugenetica, het via genetische weg ‘verbeteren’ van de mens.
Omdat er dan een supermens kan worden gekweekt?
Scheire: Zodra er niet meer geknipt wordt in ziekten maar in menselijke eigenschappen, wordt de allesoverheersende vraag: wie willen we zijn? Daar is geen algemeen geldend antwoord voor. Geven we ouders toestemming om hun toekomstige kinderen te selecteren op talenten? Maak je zo gelukkigere, verstandigere, tolerantere mensen? Of creëer je een fundamenteel verdeelde maatschappij?
Wij zijn de eerste generatie voor wie sleutelen aan het eigen lichaam via DNA of technologie mogelijk lijkt te worden. Sinds de ingreep van He Jiankui is gentechnologie zelfs een feit: er ís al geknipt en geplakt in menselijk DNA. Er wordt geprobeerd om dat met internationale regelgeving tegen te houden. Ik vrees dat verborgen privélaboratoria zich daar nu al niets van aantrekken.
Na het gekloonde schaap Dolly werden er gruwelscenario’s de wereld in gestuurd over klonen. Ruim twintig jaar later lijkt het nogal mee te vallen.
Scheire: Het valt mee omdat de mens voorlopig niet te klonen is. Paarden, honden, katten en schapen kunnen vrij makkelijk gekloond worden, een mens klonen is technisch veel ingewikkelder. Dat duurt nog wel even. Eens dat op peil staat, mag je er zeker van zijn dat een paar ijdele gekken zich zullen laten kopiëren. Ethisch gezien kan ik dat eigenlijk nog wel behappen. Want uiteindelijk maak je dan gewoon een tweeling van jezelf. Ethisch lastiger is het als de mens niet alleen zijn lichaam, maar ook zijn emoties wil aanpassen. ‘Ik vind het vervelend dat ik soms medelijden heb met anderen. Dat staat mijn carrière in de weg. Laat ik mijn kloon maar wat meedogenlozer maken.’
Vroeger mepten we onze vijand met een knots tegen de grond, nu met onze mond en ons klavier.
Agressiviteit, competitiviteit en bazigheid komen van pas in de evolutie. Maar ik houd mijn hart vast voor de dag waarop die eigenschappen via genetische of technologische ingrepen opgepompt worden. De in 1996 overleden Amerikaanse wetenschapscommunicator en kosmoloog Carl Sagan noemde dat de gevaarlijke cocktail van onze technologie en onze instincten. We zijn een diersoort die intelligent genoeg is om technologie en biotechnologie te ontwikkelen, maar tezelfdertijd hebben we nog steeds oeroude instincten zoals agressie en ijdelheid. Sagan maakte zich zorgen over de atoombom. Een agressieve mens die met een knuppel zwaait: dat overleeft de planeet wel. Maar een agressieve mens met de vinger op de kernknop is andere koek.
Toch is de wereld nog niet vergaan.
Scheire: Dat lijkt erop te wijzen dat we de nucleaire dreiging ondanks onze instincten onder controle hebben. Ik hoop alleen dat het geen wishful thinking is. Ten tijde van Sagan was de kernwapenwedloop volop bezig en hing er veel dreiging in de lucht. Denk maar aan de Cubacrisis in 1962. De angst leefde dat we onszelf met onze technologie zouden uitroeien. Dat is tot hiertoe inderdaad niet gebeurd. Hopelijk houden we dat vol.
Als de klimaatverandering geen roet in het eten komt gooien, natuurlijk.
Scheire: Daar sprak Sagan in de jaren zeventig al over. Wetenschappers zoals hij wezen toen al op de link tussen CO2 en het broeikaseffect. ‘Volgens sommige modellen zal dat invloed hebben op de opwarming van het klimaat.’ Veel tijdgenoten hoonden dat weg. Tot niet veel later het klimaat effectief begon op te warmen. ‘Onze voorspellingen lijken uit te komen’, zeiden die wetenschappers. Ze werden opnieuw belachelijk gemaakt. Intussen weten we dat de aarde wel degelijk opwarmt en dat CO2 en de mens daar een grote rol in spelen. Dat zal ernstige gevolgen hebben. Maar ‘het einde van de mensheid’ lijkt me onwaarschijnlijk. Het klimaat was ooit veel warmer dan nu en toen was er ook leven. De klimaatverandering zal de mens als diersoort niet uitroeien.
We hoeven ons dus geen zorgen te maken?
Scheire: Nee, het wil niet zeggen dat we achterover mogen leunen. Want wat wel op het spel staat, is de wereldvrede en onze welvaart. Op dit moment leven we hier in het Westen in een op het eerste gezicht vrij stabiele omgeving, met voldoende voedsel en veiligheid. In werkelijkheid is die zogenaamde stabiliteit heel labiel. De klimaatverandering zet de landbouw onder druk op een moment dat we in levensstijl en bevolkingsaantal al flink boven onze stand leven. De échte bedreigingen zijn internationale oorlogen, welvaartsverlies en grote volksverhuizingen. Niet het einde van de mensheid.
We moeten dus wel degelijk ingrijpende maatregelen nemen. Er is nog geen totaaloplossing, maar er worden heel wat inspanningen geleverd. Alleen: zolang een vliegtuigticket goedkoper is dan een treinbiljet, kunnen we ons afvragen of we het allemaal wel zo ernstig nemen. Want het is toch bizar dat onze citytrips met het vliegtuig belangrijker geacht worden dan de vermoedelijk rampzalige gevolgen voor de internationale welvaart en voedselvoorziening?
Het klimaatdebat is gepolariseerd, met aan de ene kant de doemdenkers en aan de andere kant de negationisten. Ofwel moet je beweren dat de aarde binnen twaalf jaar kapot is, ofwel dat er niets aan de hand is. Alle nuances worden door de beide uitersten meteen verketterd.
Is die polarisering niet hét probleem van onze tijd?
Scheire: Soms lijkt polarisering inderdaad een groter probleem te zijn dan klimaatverandering. Al weet ik niet of dat uniek is voor onze tijd. In de jaren dertig hing er ook polarisering in de lucht.
Emotie is vaak de vijand van de rede. Zodra er een conflict dreigt en we de andere als vijand beschouwen, gaat ons instinct in strijdmodus. Vanuit biologisch-evolutionair standpunt is de rede niet erg nuttig tijdens de strijd. Want dan telt enkel zo hard mogelijk slaan. Vroeger mepten we onze vijand met een knots tegen de grond, nu met onze mond en ons klavier. Bij conflict en strijd is de ratio het eerste slachtoffer. Dat merk je in zowat alle discussies, of ze nu over migratie, religie of het klimaat gaan. De emotie regeert.
Komt het nog goed?
Scheire: Ik ben een optimist met een fascinatie voor alles wat fout loopt. Ik denk dus van wel.
DNA, Hoe de menselijke genetica ook jouw leven zal veranderen, Lieve Scheire, ISBN 9789463931069, verschenen bij Borgerhoff & Lamberigts, 22,99 euro
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier