Gelukkig zijn: waarom een praatje met de ober goed voor u is

© Illustratie ANNA URU
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

De mens is een hypersociale soort, maar de complexiteit van onze samenleving zet onze sociale vaardigheden onder druk. Een wandeling in het bos kan helpen.

Waarom overleefde de moderne mens de wispelturigheden van zijn leefomgeving wel en andere mensensoorten, zoals de neanderthaler, niet? Het is voer voor een wetenschappelijk debat dat, bij gebrek aan solide concrete gegevens, mee gestuurd wordt door hypes in het hedendaagse denken. Zo is het bon ton om ter verklaring meer gewicht te geven aan emoties en andere ‘zachte’ eigenschappen.

In die visie werd de moderne mens een medelevende en sociaalvoelende soort, waardoor hij gemakkelijker netwerken kon vormen. Die boden een extra buffer tegen negatieve ontwikkelingen in zijn leefomgeving. In grotere groepen brachten onze voorouders het er beter af. Ze deelden niet alleen voedsel, maar ook inzichten en innovaties. Bovendien werden ze steeds bedrevener in het contact met groepen en individuen die ze niet kenden – vreemdelingen dus – waardoor er minder conflicten waren. Het droeg allemaal bij tot ons succes.

Een studie in Science Advances identificeerde zelfs een gen (BAZ1B in het wetenschappelijk jargon) dat een rol speelde in die ‘verzachting van de zeden’. Het gen is mee verantwoordelijk voor het uitlokken van het syndroom van Williams, dat zich onder meer manifesteert in gedrag dat zo hypersociaal is dat het contraproductief wordt – mensen die te sociaal zijn, komen gemakkelijk in de problemen. In vergelijking met de versie bij de neanderthaler heeft het gen in onze soort een aantal wijzigingen ondergaan, die mogelijk bevorderlijk zijn geweest voor onze sociale vaardigheden. De ontwikkeling van complexe taal zal daar ongetwijfeld bij geholpen hebben.

In de VN-lijst van ‘gelukkigste landen’ staat België op de 20e plaats.

Veilig gevoel

Toch zijn er mensen die moeilijk in het sociale weefsel ingebed raken en ten prooi vallen aan eenzaamheid en depressie. In onze hedendaagse maatschappij, waarin je veel mensen ontmoet die je niet kent en sociale netwerken aan belang verliezen, vergroot die problematiek. Sociologen en andere wetenschappers zoeken daarom naarstig naar wat mensen ‘gelukkig’ maakt.

De resultaten sporen niet altijd – en steeds minder – met het klassieke idee-fixe dat economische voorspoed mensen gelukkig maakt. Volgens The World Happiness Report van de Verenigde Naties wordt de top drie van gelukkigste landen in de wereld gevormd door Finland, Denemarken en Zwitserland. Landen als het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten bungelen onderaan in de top twintig. België staat op een trieste twintigste plaats. De basis van menselijk geluk ligt niet in economisch succes, maar in een beperking van economische ongelijkheid. Het geluk van mensen hangt niet in de eerste plaats af van hun inkomen, wel van het gevoel dat ze het er niet slechter afbrengen dan anderen in hun omgeving.

Het vakblad New Scientist besloot na een lange analyse dat een veilig gevoel, het gevoel dat de overheid voor je zorgt en de kans om te leven in een niet te sterk vervuilde omgeving, belangrijke factoren zijn die geluk in de hand werken. Samenlevingen zoals de VS, waarin gehamerd wordt op het feit dat je zelf verantwoordelijk bent voor je succes, werken het geluksgevoel tegen. In een land als India daalt het geluksgevoel van de mensen, ondanks het feit dat het gemiddeld inkomen er in de lift zit. Het ongelijkheidsgevoel wordt er te groot.

Een studie in Scientific Reports concludeerde dat het geluksgevoel van mensen voor een derde het gevolg is van genetische factoren, zoals persoonlijkheidskenmerken die je bij de geboorte meekreeg. Het belangrijkst zijn omgevingsfactoren, zoals het gevoel dat je het niet slechter doet dan anderen in je netwerk. Het succes van je huwelijk of het aantal dagen ouderschapsverlof hebben eveneens een sterke invloed op het individuele geluksgevoel – Scandinavische landen scoren goed op dat laatste element.

Een verslag in het vakblad World Development meldde dat mensen ongelukkiger worden als ze in een competitieve omgeving te veel moeten werken en te weinig tijd hebben voor vrienden en familie, zelfs als ze veel verdienen. Als mensen vooral werken om telkens opnieuw de laatste snufjes of hypes te kunnen kopen, verwaarlozen ze hun sociale omgeving en worden ze ongelukkiger. Een tot boutade uitgegroeide wetenschappelijke bevinding stelt dat een gebrek aan sociale interacties even schadelijk voor de gezondheid kan zijn als vijftien sigaretten per dag roken.

Stress tot in het stemhokje

Altijd en overal duikt hetzelfde basiselement uit de analysen op: de mens is inherent een sociaal wezen en moet zijn sociale aard kunnen manifesteren. Dat blijkt ook uit de evaluatie van het belang van migratie in ons welbevinden. In de top tien van gelukkigste landen ter wereld vormen migranten gemiddeld 17 procent van de bevolking, wat dubbel zoveel is als het wereldgemiddelde. Dat wil niet zeggen dat migranten het geluksgevoel stimuleren, maar ze remmen het zeker niet. Een praatje slaan met iemand die je niet kent, zoals een ober in een café, wordt trouwens geregeld aanbevolen als eenvoudige manier om je geluksgevoel te bevorderen.

Zoals alles in het mens-zijn heeft het streven naar geluk een schaduwkant. Het kan een obsessie worden. De aftakeling van de verzorgingsstaat, zoals ze zich ook in ons land voordoet, kan mensen collectief een slecht gevoel geven. Een studie van Europese verkiezingen van de jongste halve eeuw, verschenen in The American Journal of Political Science, besloot dat de belangrijkste factor die bepaalde of mensen in het stemhokje voor een andere partij kozen dan de vorige keer, een afname van hun subjectieve welzijn was.

Spreek uzelf toe

Wetenschappers onderzoeken ook hoe stressgevoelig mensen zijn. Meer dan driekwart van de Europeanen wordt soms zo overweldigd door stress dat ze het gevoel hebben de controle te verliezen. Stress zeulen we als soort al lang mee, omdat hij een belangrijke rol speelt bij onze kansen op overleving. Als ons lichaam het gevoel heeft dat het gevaar loopt of een situatie niet aankan, schakelt het automatisch over op een stressmodus. Sommige mensen gaan daar veel beter mee om dan andere. De verschillen hebben te maken met genetische eigenschappen en persoonlijke ervaringen, niet zelden in de eerste levensfase.

Tegenwoordig worden er overal workshops aangeboden om stress te leren beheersen en gelukkiger te worden. Er gaat veel aandacht naar het onder controle krijgen van je gevoelens. Jezelf regelmatig toespreken zou een goede manier zijn om wat greep op jezelf te krijgen. Volgens een al wat oudere studie in The Journal of Personality and Social Psychology is het nuttig om jezelf af en toe in de derde persoon toe te spreken, alsof je iemand anders bent. Afstandelijke zelfreflectie, waarbij je probeert je emoties eventjes opzij te schuiven, kan nuttig zijn.

Er gaat ook aandacht naar pogingen om je persoonlijkheid actief bij te sturen. Er is lang gedacht dat die min of meer vastligt voor het leven, maar die visie wordt niet langer algemeen gevolgd. Ongeveer de helft van je persoonlijkheid zou genetisch bepaald zijn, de andere helft wordt gestuurd door leerprocessen en ervaringen. Persoonlijkheidsveranderingen zouden nuttig kunnen zijn om mentale beslommeringen te bestrijden. Als je overwegend negatief in het leven staat, kan het helpen dat je jezelf traint in het zoeken naar positieve dingen in wat je ervaart, zoals toch iets aantrekkelijks vinden in een liedje op de radio dat je niet graag hoort.

Een experiment in Zwitserland, waarvan de resultaten gepubliceerd werden in Proceedings of the National Academy of Sciences, concludeerde dat het mogelijk is om een basispersoonlijkheidskenmerk in drie maanden tijd substantieel aan te passen. De studie steunde op het dagelijks gebruik van een specifiek voor dat doel gemaakte app op je smartphone. Het ding houdt je alert voor wat je wilt bereiken, zoals extroverter of medelevender worden. Het komt erop neer dat je hoofd zo actief met je betrachting bezig is, dat het uitmondt in een persoonlijkheidsverandering. Je jarenlang intensief inzetten voor je studie omdat je per se iets wilt worden, kan leiden tot een blijvende persoonlijkheidsverandering.

Een gebrek aan sociale interacties kan even schadelijk voor de gezondheid zijn als vijftien sigaretten per dag roken.

Dagdromen

Je kunt dus werken aan het je beter voelen. Maar je kunt ook terugvallen op mogelijkheden om eventjes los te koppelen van de hectiek. Een verslag in New Scientist wees op het nut van dagdromen: afdwalen naar een imaginaire wereld waarin alles leuk is, waarin je dingen doet die je in het echte leven niet aan zou kunnen of durven. Twee derde van de kinderen heeft ingebeelde vriendjes. Volwassenen kunnen de helft van hun wakkere uren doorbrengen met dagdromen zonder dat er noodzakelijk een groot verhaal achter zit.

Dagdromen is nuttig om het mentale huishouden op orde te houden, bijvoorbeeld door specifieke herinneringen op te slaan of te verwijderen. Helaas, opnieuw kan het fout gaan. Mensen kunnen zo vastraken in hun fantasiewereld dat ze de connectie met de echte wereld verliezen. Ze kunnen verslaafd worden aan hun ingebeelde karakters, waardoor ze niet langer echte mensen gaan opzoeken. Zoals altijd zoekt de natuur de grenzen op van wat nuttig kan zijn in het bevorderen van de overleving.

Ten slotte is er het belang van stilte. In onze rumoerige maatschappij, waarin geluidsoverlast zelden een factor is waarmee actief rekening wordt gehouden, kan echte rust nuttig zijn om los te koppelen. Plotse geluiden worden evolutionair al miljoenen jaren lang gelinkt aan gevaar, waardoor ze ogenblikkelijk stress veroorzaken. Je kunt er wat aan wennen, maar je lichaam blijft er met verhoogde alertheid op reageren. Yoga en andere mentale rustmomenten zijn nuttig om omgevingsstress te verwerken. Zelfs een wandeling in het bos kan helpen. In de pogingen om onze complexe artificiële leefomgeving te verzoenen met onze ware aard, wint de herwaardering van de natuur waarin we gedurende miljoenen jaren geëvolueerd zijn, almaar aan belang.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content