Elon Musk achterna? ‘Er komt heus geen chip die iedereen intelligent maakt’

© Getty Images
Han Renard

De hersenchip van Elon Musk is een technisch hoogstandje, ‘maar op een chip die gedachten kan lezen is het zeker nog 10 à 15 jaar wachten.’

Anne Vanhoestenberghe komt uit Charleroi en werkt als professor ‘Active ­Implantable Medical Devices’ aan het ­befaamde King’s ­College in Londen, waar ze een onder­zoeks­centrum leidt. De Waalse topwetenschapster wilde aanvankelijk ingenieur worden en ‘aan satellieten werken’. Maar ze kreeg tijdens haar studies steeds meer interesse voor ­medische technologie.

‘Vandaag ontwikkel ik technologieën die het mogelijk ­maken om elektronische circuits, zeg maar chips, in mensen te implanteren. De chip moet in een doosje worden gestopt, zodat hij hopelijk een leven lang meegaat. Die verpakking is mijn onderzoeksgebied.’

Sinds het nieuws vorige week dat Elon Musk, de puissant rijke ondernemer achter Tesla, SpaceX en X (het vroegere Twitter) met zijn bedrijf ­Neuralink voor het eerst succes­vol een hersenimplantaat bij een mens heeft ingebracht, rinkelt de telefoon bij het onderzoekscentrum van Vanhoestenberghe vaker dan tevoren. Wat betekent dat laatste wapenfeit van de visionaire maar excentrieke Musk? En waar eindigt dit? Kunnen hersen­chips binnenkort onze gedachten lezen?

De eerste beoogde ge­­bruikers van het Neuralink-­implantaat, dat de naam ­Telepathy draagt, zijn mensen die bijvoorbeeld na een ­beroerte hun ledematen niet meer kunnen aansturen. Met behulp van Telepathy zouden zij hun brein direct kunnen ­laten communiceren met een computer of telefoon. Hoe dat in zijn werk gaat, valt te zien in een Neuralink-filmpje, dat ­inmiddels miljoenen keren bekeken is, waarin een aap met alleen zijn hersenen het spel­letje Pong speelt.

Is de primeur van Musk echt een mijlpaal?

Anne Vanhoestenberghe: Elektronica implanteren in ­de hersenen gebeurt al veel ­langer. Denk aan een diepe hersenstimulator voor mensen met parkinson, waarbij ook elektroden in de hersenen worden geplaatst. De technologie bestaat dus al. Het is wel een technisch hoogstandje dat de elektrode die Musk gebruikt duizend kanalen heeft om hersensignalen te meten. De elektrode, het deel van het implantaat dat echt in contact staat met de hersenen, lijkt heel geavanceerd, maar omdat niet alle resultaten zijn gepubliceerd, weten we niet exact hoe geavanceerd.

Onze denkactiviteit genereert patronen in de hersenen en het implantaat leert die herkennen.

Technologie die vooral in ­handen was van academici en onderzoekers is nu in handen van een miljardair die op termijn mens en computer wil ­laten samensmelten. Maakt u zich daar zorgen over?

Vanhoestenberghe: Ik kan niet beoordelen hoe ethisch het bedrijf van Elon Musk te werk gaat, maar het is in de VS onderworpen aan dezelfde ­regels als academische onderzoekscentra. De moeilijkste ethische vragen op dit moment gaan niet over de science­fictionscenario’s die nu rondgaan, maar wel over de vrijwilligers die deelnemen aan dit soort onderzoeken. Die mensen moeten de risico’s begrijpen – risico’s die blijven bestaan zolang ze zo’n ­implantaat hebben – en die goed kunnen afwegen tegen de potentiële voordelen.

Die risico’s lijken aanzienlijk. Volgens persbureau Reuters zijn er mogelijk onnodig veel dieren gestorven tijdens de ontwikkeling van de hersenchip door Neuralink. Dierenartsen rapporteerden ook dat de implantaten bij apen zorgden voor complicaties zoals zwellingen van de hersenen en verlamming.

Vanhoestenberghe: Ik reageer alleen op wat openbaar is, op geruchten geef ik liever geen commentaar. De Amerikaanse overheid heeft Neuralink groen licht gegeven voor de test, dus moet het in principe veilig zijn. Maar een hersen­chip aanbrengen is een heel invasieve chirurgische ingreep. Je schedel wordt opengemaakt. Er is altijd een risico, ook al wordt die operatie uitgevoerd door de allerbeste chirurgen. Neuralink is boven­dien een nieuw product, waarover nog veel niet bekend is. Er is niet alleen de ingreep zelf, maar ook: hoe zal het menselijk lichaam reageren op het implantaat? Zal er een afstotingsreactie optreden? Na de operatie is er ook gevaar voor infectie. Deelnemers aan dit soort proeven zijn zeer altruïstische mensen. Dankzij hen kunnen wij als wetenschappers verder.

En ook techreuzen hebben een kader van wetten en regels nodig om het vertrouwen van het publiek te winnen in de technologie die ze op de markt willen brengen. Stel dat een proefpersoon zou overlijden, dan is de reputatie van zo’n technologie onherroepelijk aangetast. Natuurlijk zul je altijd cowboys hebben die een loopje nemen met de wet. Denk aan het enorme schandaal in Frankrijk met de schadelijke PIP-borstimplantaten.

De vraag die u de voorbije ­dagen al vaker is gesteld: moeten we bang zijn dat er straks hersenchips komen die onze gedachten kunnen lezen?

Vanhoestenberghe: (lacht) We krijgen daar geregeld telefoontjes over, ja. Maar zover zijn we nog lang niet, en dat zal de komende 10 à 15 jaar ook niet gebeuren. Wat staat er dan vandaag op zo’n implantaat, als het niet onze gedachten zijn? Het implantaat leest zenuwsignalen in een bepaald gebied in de hersenen maar heeft niet de intelligentie om die signalen te inter­preteren, totdat we het hebben getraind. Ik weet niet hoe Neuralink het heeft gedaan, maar wij vragen deel­nemers dan bijvoorbeeld ­dingen als ‘denk dat je je linker­hand beweegt’. Die denk­activiteit genereert specifieke patronen, en het implantaat leert die pa­tronen in de hersenen herkennen. Het implantaat leert dus af te lezen wat wij het hebben geleerd. En de patiënt traint zelf ook om die signalen helder en steeds op dezelfde ­manier te reproduceren.

Gedachten lezen kan op z’n vroegst over 10 à 15 jaar, zegt u, maar dat is toch eigenlijk ­morgen?

Vanhoestenberghe: Als het gaat om iemands gedachten lezen, moet je altijd voor ogen houden dat het inbrengen van een hersenchip extreem in­vasief is. Het is niet iets wat je injecteert, het is geen pilletje dat je slikt, het is niet The ­Matrix. Bovendien richt zo’n hersenchip zich, op dit moment in elk geval, op een heel klein deel van de hersenen. De ­Neuralink-chip, met de grootte van een muntstuk, is heel ­precies getraind in het interpreteren van gedachten in een piepklein hersengebied, dat de intentie om te bewegen ­beheerst. Via ultrafijne draden in de implantaten worden vervolgens signalen vanuit de hersenen doorgegeven, aan bijvoorbeeld een toetsenbord. Andere implantaten richten zich op een groter gebied van de hersenen, maar gaan dan hersensignalen op een oppervlakkige manier interpreteren. Maar we hebben nog lang niet de capaciteit om alle hersenactiviteit te interpreteren, laat staan te lezen.

Maar hersenchips stellen ­mensen wel in staat om alleen met hun gedachten computers of telefoons te besturen?

Vanhoestenberghe: In zekere zin kan dat nu al, ja. Nathan Copeland, die verlamd raakte na een auto-ongeluk, was een van de allereerste patiënten bij wie een breincomputer-­interface ingeplant werd. Hij maakt deel uit van een grote studie in de Verenigde ­Staten, waaraan veel onderzoeks­centra hebben deel­genomen. Het implantaat dat hij kreeg is gemaakt door het bedrijf BlackRock. Nathan ­Copeland kan met zijn gedachten de cursor van een computer besturen: denk aan op en neer bewegen, klikken. Hij heeft ook al tekeningen ­gemaakt met zijn gedachten. Maar dat gebeurde altijd met mensen om hem heen. Een computer gebruiken vergt ­immers veel meer interacties dan alleen een cursor verplaatsen. Maar met het verder ontwikkelen van die besturingskant in de chips zijn we als wetenschappers nu veel bezig. Meer patronen herkennen in de hersenen, en ervoor zorgen dat de chip die goed ­interpreteert, zodat de computer of de telefoon het zal ­begrijpen en uitvoeren. Taken als: wil ­iemand op een bepaalde app klikken?

© Getty Images

U werkt aan de beschermende huls van hersenchips. Er wordt gezegd dat de hersenen zelf vaak de grootste vijand zijn van hersenimplantaten, en dat het hersenvocht bijvoorbeeld de chip kan vernietigen.

Vanhoestenberghe: Precies. Daarom kun je het succes van Neuralink ook alleen afmeten op de langere termijn. Laten we over twee jaar kijken of de chip nog werkt. We weten van eerdere onderzoeken op menselijke deelnemers, maar ook van alle dierproeven daarvoor, dat de kwaliteit van de signalen in de chip vrij snel afneemt. Naarmate de weken en maanden verstrijken, verliest het implantaat stelselmatig aan precisie bij het interpreteren van signalen. Nathan ­Copeland is uitzonderlijk omdat zijn implantaat nog steeds werkt. Ook al neemt ook bij hem de kwaliteit af, waardoor wat hij ermee kan doen steeds beperkter is.

Zullen we dankzij hersenchips ooit mens en computer ­kunnen samensmelten tot een soort cyborgs, die zo kunnen wedijveren met kunstmatige intelligentie?

Vanhoestenberghe: Dat is sciencefiction. Het brein is zó gecompliceerd en het menselijk lichaam zó goed in het afstoten, isoleren en vernietigen van alles wat invasief is. Boven­dien zouden we dan, om zogenaamd te kunnen concurreren met kunstmatige intelligentie, onze eigen intellectuele capaciteiten gaan vergroten met kunstmatige intelligentie. Dat heeft geen enkele zin. We ­lopen straks niet allemaal met hersenimplantaten rond en er komt heus geen chip die iedereen intelligent maakt. Of die de verzamelde wereldliteratuur in onze hersenen implanteert. Nogmaals: wat voor zin zou dat ook hebben? Een boek implanteren om de kennis paraat te hebben, zonder het gelezen te hebben. Wat betekent dat dan? Je leest een boek toch voor je plezier? Anders is het nutteloos om het in je hoofd te hebben.

© Inspire Foundation

Hoe kijkt u als wetenschapper naar iemand als Elon Musk? Is hij een genie? Een super­getalenteerd zakenman? Een gevaarlijke gek?

Vanhoestenberghe: (lacht) Ik ben er niet uit. Hij is in elk geval een bovenmatig getalenteerd mediafiguur – iedereen kent Neuralink nu. En hij heeft grote teams wetenschappers ingehuurd, waardoor het Neuralink-project heel snel tot resultaat heeft geleid. Of hij een genie is, weet ik niet. Maar hij is in elk geval iemand met enorme financiële armslag en met visie.

Onze eigen intellectuele capaciteiten vergroten met kunstmatige intelligentie heeft geen enkele zin.

Musk wil onder meer mensen die verlamd zijn weer leren 
lopen en mensen die blind zijn 
te weer leren zien. Is dat 
mo­gelijk? Het klinkt als een Bijbelparabel 2.0?

Vanhoestenberghe: Met ‘lopen’ bedoelen we dan dat een verlamde persoon, steunend op krukken of iets anders, dankzij het implantaat zijn benen kan bewegen. Die mensen beschikken niet over het evenwicht om te blijven staan. Want de manier waarop we rechtop blijven en vervolgens kunnen lopen, heeft te maken met het voelen van ons evenwicht, de positie van ons lichaam. We denken daar niet over na, maar kijk naar een kind dat leert lopen: het aarzelt, het valt. Tot het uiteindelijk zichzelf vindt. Leren fietsen gaat net zo. Het gaat allemaal over sensaties. Een verlamde persoon heeft niets van dat alles en het implantaat vervangt dat ook niet. Maar het stelt het been wel in staat om mechanische bewegingen uit te voeren, wat op zich al briljant is. De eerste implantaten om benen te besturen, zijn gemaakt door mijn doctoraatsbegeleider in Londen in de jaren 1990. Dat waren implantaten voor de ruggengraat. Dus ook dat is niet helemaal nieuw.

Wat winnen verlamde patiënten als ze hun benen weer kunnen bewegen?

Vanhoestenberghe: Bewegen levert cardiovasculaire winst op en heeft ook veel voordelen voor de blaas- en darmfuncties. Over het algemeen functies die verloren gaan na verlamming en waarover zelden wordt gesproken. Maar als je het patiënten zelf vraagt, hechten ze daar groot belang aan: niet incontinent zijn, geen problemen met urinaire reflux hebben. Ook voor de gezondheid van de spieren, en voor een betere mentale en seksuele gezondheid, zijn implantaten die helpen om te bewegen heel belangrijk. Ze stellen mensen in een rolstoel veel meer in staat om deel te nemen aan de samenleving.

Anne 
Vanhoestenberghe
– Geboren in Charleroi.
– Studeerde voor 
ingenieur aan de ULB.
– Behaalde een PhD aan de Implanted Devices Group van het University College (Londen).
– Deed onderzoek in Duitsland en Australië.
– Sinds 2022 aan de slag bij de School of Biomedical Engineering and Imaging van King’s College 
(Londen), waar ze ook de onderzoeksgroep MAISI leidt, die onderzoek doet naar actieve implantaten en
chirurgische instrumenten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content