Dirk Draulans’ Beestenboel: waarom de tanden van de beverrat roesten in contact met water
![](https://img.static-rmg.be/a/view/q75/w962/h503/f50.00,50.00/7016099/gettyimages-1381080007-jpg.jpg)
In Argentinië maken natuurbeschermers zich wat zorgen over de toekomst van hun inheemse beverrat.
Die inheemste beverrat is een reuzenrat van een halve meter lang. Ze lijkt sterk op onze bever, vandaar haar naam. Beide soorten leven in en naast water. Ze hebben allebei opvallende oranje tanden. Dat heeft te maken met de aanwezigheid van ijzer in hun tandglazuur, om onverdroten knaagwerk te vergemakkelijken zonder tandschade te veroorzaken. In contact met water gaat ijzer roesten, waarbij het oranje verkleurt.
Het belangrijkste verschil tussen rat en bever is de staart. De beverrat heeft een echte ronde rattenstaart, terwijl die van de bever afgeplat is.
De beverrat heeft in Zuid-Amerika te kampen gehad met zware bejaging voor haar dichte pels, die begeerd was in de bontindustrie. Ze moet er ook op haar hoede zijn voor roofdieren, zoals kaaimannen en jaguars. Tegenwoordig heeft ze er vooral last van de aantasting van haar moerassige lievelingsbiotoop, die kreunt onder drooglegging door mensen en uitdroging door de klimaatopwarming.
Sommige zoogdieren die als invasieve soort overlast berokkenen, zijn bedreigd in hun oorspronkelijke leefgebied.
De problemen op haar geboortecontinent staan in schril contrast met haar wedervaren elders. Als compensatie voor de overbejaging begon men beverratten te kweken voor hun bont, niet alleen in Zuid-Amerika, maar ook elders in de wereld. Niet alle kwekerijen waren rendabel, waardoor dieren soms losgelaten werden. Andere werden uitgezet als jachtwild – het vlees is lekker – en als ‘onkruidbestrijder’: beverratten zijn vegetariërs met een grote appetijt, waardoor ze de begroeiing van waterpartijen en oevers onder controle kunnen houden.
Zo breidde de soort zich sterk uit in Europa, waar de volwassen ratten zo goed als geen natuurlijke vijanden hebben. In Nederland dook ze vanaf 1934 in het wild op. In Vlaanderen werd ze pas vanaf de jaren 1970 algemener, door migratie vanuit Duitsland en Wallonië. Sinds 2018 is de Vlaamse populatie aan het toenemen, getuige de stijging van het aantal meldingen op de waarnemingenwebsite van Natuurpunt.
Niet iedereen is enthousiast over de beverrat, want ze heeft de gewoonte om gangen en burchten te maken in dijken en oevers, waardoor ze schade kan berokkenen. De ‘onkruidverdelging’ waarvoor ze ooit werd ingeschakeld, kan bedreigde moerasvegetaties in gevaar brengen. Bijgevolg belandde de soort in Europa in 2016 op de lijst van te bestrijden invasieve exoten. Met ‘diervriendelijke’ vallen probeert men haar populatie onder controle te houden.
Het vakblad Conservation Letters presenteerde onlangs een ‘beschermingsparadox’ die tot nadenken stemt: van de 230 zoogdieren die ergens als invasieve soort overlast berokkenen, zijn er 36 met uitsterven bedreigd in hun oorspronkelijke leefgebied. Opvallende voorbeelden zijn de bruine rat en de Amerikaanse nerts. De beverrat is nog niet zo ver, maar de alarmsignalen uit Zuid-Amerika voorspellen niet veel goeds.
Beestenboel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier