Dirk Draulans’ Beestenboel: ook de schorpioenvlieg houdt van een romantische etentje uit
De naam ‘schorpioenvlieg’ is twee keer biologische nonsens.
De diertjes zien er wel wat uit als vliegen, en de mannetjes hebben een opvallende schorpioenachtige stekel op hun achterlijf, maar het zijn geen vliegen en de schorpioenstekel kan niet steken – het is een structuur die de mannetjes gebruiken om bij een paring een vrouwtje letterlijk in de tang te nemen.
Schorpioenvliegen hebben twee paar vleugels, terwijl vliegen slechts één paar hebben – in de insectenwereld is dat een wezenlijk verschil. Schorpioenvliegen zijn het meest verwant aan vlooien – ze hebben bijvoorbeeld een goed ontwikkelde zuigsnuit. Ze leven vooral van dode insecten, maar rijp fruit – ze zijn gek van bramen – en bloemennectar laten ze niet onbenut. Het zijn langgerekte insecten die tot 3 centimeter groot kunnen worden. Ze zijn overwegend gelig gekleurd, maar de top van de stekel is knalrood.
In onze contreien komen vijf soorten voor, die kenners onder meer onderscheiden aan de hand van het patroon van zwarte strepen op hun doorschijnende vleugels. Ondanks hun grote vleugels vliegen schorpioenvliegen niet veel. Ze gebruiken de vleugels vooral tijdens een doorwrocht paringsritueel, dat uren kan duren.
In dat proces wordt er veel, maar meestal rustig, met de vleugels gewapperd – te opvallende vleugelbewegingen zouden de kwetsbaarheid voor vogels en andere insecteneters te veel verhogen. Succesvolle mannetjes vertonen meer vleugelactiviteit dan minder succesvolle, wat zou impliceren dat de vleugelbewegingen een kwaliteitsindicatie geven die vrouwtjes bij hun evaluatie kunnen gebruiken.
Schorpioenvliegmannen mikken op alle vrouwelijke zintuigen om indruk te maken.
Schorpioenvliegmannen halen alles uit de kast om te kunnen paren. Ze mikken op alle vrouwelijke zintuigen om indruk te maken. Trillende bewegingen van hun achterlijf veroorzaken geluidsgolfjes, die vrouwtjes kunnen oppikken. Ze laten feromonen los: geurstoffen met een onweerstaanbare hormonale aantrekkingskracht.
En ze hanteren een concept dat ook in de mensenwereld populair is: voedsel voor seks. In het schorpioenvliegenequivalent van onze romantische etentjes uit, waarbij de man doorgaans de rekening betaalt, bieden mannelijke schorpioenvliegen vrouwtjes een snack aan. Dikwijls is dat een dood insect, dat ze soms uit een spinnenweb gestolen hebben. Schorpioenvliegen hebben de gave dat ze op een spinnenweb kunnen komen zonder dat de maker doorheeft dat ze er zijn. Als ze vastraken aan de kleverige draden, produceren ze een bruine speekselachtige stof die hen weer losweekt.
Dezelfde stof, of een zoete variant ervan, kan als bruidsschat worden ingezet – dubbele functies zijn een courant gegeven in de natuur. Onderzoek heeft uitgewezen dat hoe groter de bruidsschat is die een mannetje een vrouwtje aanbiedt, hoe langer hij kan paren en hoe reëler de kans op een bevruchting.
Schorpioenvliegen behoren tot de oudste insecten in de geschiedenis van het leven met een volledige gedaantewisseling: hun larven lijken op rupsen en krijgen pas na een popfase de volwassen looks. De eerste schorpioenvliegen waren dus evolutionaire pioniers.
Beestenboel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier