Dirk Draulans’ Beestenboel: buizerds paren liever met soortgenoten die er hetzelfde uitzien als zij
Als er één soort in onze contreien de voordelen van variabiliteit en opportunisme ruim etaleert, is het wel de buizerd. Hij is onze algemeenste roofvogel en waarschijnlijk de talrijkste roofvogel in Europa. Het Europese broedbestand wordt op meer dan driekwart miljoen koppels geraamd.
Tegenwoordig kun je bij ons overal buizerds zien, maar een halve eeuw geleden was hij vrij zeldzaam. Als roofvogel kreeg hij eeuwenlang te kampen met meedogenloze verdelging. Later kwamen daar de noodlottige effecten van massaal pesticidegebruik bovenop. De chemische stoffen drongen de voedselketen binnen en gaven roofdieren de genadeslag. Efficiënte beschermingsmaatregelen en een verbod op het gebruik van de schadelijkste pesticiden werkten een kentering in de hand.
Oorspronkelijk was de buizerd vooral een vogel van bosranden, maar vandaag heeft hij een veel bredere biotoopkeuze. Hij zit graag op weidepalen en langs autowegen. Als kadavereter profiteert hij van verkeersslachtoffers. Hij kan rondwandelen of zelfs rondspringen in het gras van weilanden, op zoek naar alles wat eetbaar is, van muizen en mollen tot slakken en grote insecten. Een buizerd is totaal niet kieskeurig in zijn voeding, wat een groot voordeel is.
Onze buizerds zijn overwegend standvogels, maar in de trekperiodes kunnen grote aantallen dieren uit noordelijke regionen overvliegen op zoek naar een geschikte plek om te overwinteren. Zodra hij een winterplekje heeft veroverd, keert een buizerd er niet zelden jaar na jaar naar terug. Ook in het broedseizoen zijn de dieren honkvast. Als standvogels kunnen koppels gemakkelijk jarenlang samenblijven.
Koppels die op elkaar lijken, hebben meer jongen dan andere en blijven langer samen.
Tijdens de baltsperiode in de vroege lente vliegen buizerds geregeld hoog in de lucht om met elkaar te dansen. Naburige paren komen soms samen om gezamenlijk een luchtballet op te voeren – in het luchtruim zijn buizerds minder territoriaal. Maar hun grondterritorium verdedigen ze fanatiek. Vooral mannelijke buizerds kunnen zelfs joggers en wielertoeristen aanvallen als ze te dicht in de buurt van een nest met jongen passeren. Meestal komen de slachtoffers er met de schrik vanaf.
Buizerds zijn heel variabel gekleurd. Hun verenkleed kan alle schakeringen tussen opvallend wit en volledig donkerbruin hebben. Op basis van onderzoek van een broedpopulatie in het Nederlandse Friesland konden biologen aantonen dat de dieren een voorkeur hebben voor partners met min of meer hetzelfde kleurenpatroon als zijzelf – de resultaten van het speurwerk verschenen in The Journal of Evolutionary Biology. Koppels die op elkaar lijken, hebben meer jongen dan andere en blijven langer samen.
De meeste roofvogels doen het goed in ons landschap, de kiekendief ziet af
Buizerds met een ‘intermediair’ kleurenpatroon hebben een lichtjes hoger broedsucces dan witte of donkere koppels. Er lijkt een tendens te bestaan dat er steeds meer gemiddeld gekleurde buizerds in een populatie komen – het leeuwendeel van de kleurverschillen is erfelijk. Maar er wordt her en der toch voldoende geëxperimenteerd met nieuwe, afwijkende patronen om de variabiliteit in het verenkleed van de soort niet helemaal verloren te laten gaan. Het is onduidelijk wat er het voordeel van zou kunnen zijn.
Beestenboel: de ruigpootbuizerd blijft alsmaar vaker weg uit onze contreien