De quarantaineparadox: hoe corona ons tijdsbesef verandert
Veel mensen ervaren in hun coronaquarantaine dat de dagen lang duren, maar de weken voorbijvliegen. Die ogenschijnlijke paradox valt psychologisch te verklaren: ‘Hoe minder informatie je binnenkrijgt, hoe langer de tijd lijkt te duren. Maar als je er achteraf op terugblikt, lijkt hij te zijn gevlogen.’
Het was mooi én confronterend, wat een oude vrouw in een woonzorgcentrum op de radio zei: ‘De jaren vliegen voorbij, maar de dagen duren zo lang.’ Mensen in een woonzorgcentrum leven ook in normale omstandigheden in een soort quarantaine, zeker als ze erg zorgbehoevend zijn. Nu wij door de coronalockdown met velen in quarantaine zitten, spreken sommigen van een gevangenisstraf: ‘Het coronavirus heeft alle belangrijke ijkpunten in ons leven weggenomen en laat ons achter als gevangenen, die de dagen aftellen tot ze weer vrij kunnen zijn.’
De coronalockdown haalt ons tijdsbesef overhoop. De dagen vloeien ongemerkt in elkaar over omdat we bijna geen activiteiten buitenshuis meer hebben. Week of weekend: het maakt geen verschil. Dag of nacht: je zit altijd thuis. Klassieke referentiepunten in de tijd vervagen en worden vervangen door de dagelijkse klokvaste analyse van het aantal ziekenhuisopnames en coronadoden. De persconferentie van viroloog Steven Van Gucht en het zorgapplaus om acht uur ’s avonds zijn de nieuwe ijkpunten, in plaats van het ophalen van de kinderen na school of de wekelijkse tennispartij.
Als je je in een wachtrij voor de winkel ergert aan het gedrag van anderen, kan de tijd aanzienlijk vertragen.
Vicky Franssen, psychologe
‘Tijd is erg volatiel, want we hebben er geen echt zintuig voor’, zegt psychologe Vicky Franssen, docente aan de Arteveldehogeschool in Gent. Ze maakte een doctoraat over onze tijdservaring en welke rol ons geheugen en onze aandacht daarbij spelen. ‘We hebben in ons lichaam wel een soort inwendige klok, maar die kun je niet zomaar aflezen. Ze wordt beïnvloed door onze verwachtingen en herinneringen. Daardoor kan de tijd in ons hoofd rare sprongen maken, en dat is wat veel mensen vandaag ervaren.’
Verminkte lichamen
Tijd is een elastisch begrip, zo blijkt uit psychologische experimenten. Voor mensen die naar beelden van verminkte lichamen kijken, duurt een minuut veel langer dan voor mensen die naar beelden van spelende katjes kijken. Als je je ergens op focust, verengt je belevingsveld tot je specifieke taak, waardoor je minder geprikkeld wordt door je omgeving en de tijd lijkt te vliegen. Hoe meer leuke dingen je in een bepaalde periode doet, hoe minder je op de tijd let en hoe sneller hij gaat.
Dat komt tot uiting in de zogenoemde vakantieparadox: als je op reis bent en van alles beleeft, lijkt de tijd te vliegen, maar als je vervolgens weer thuis bent en terugblikt op je reis, lijkt het alsof je lang bent weggeweest. Kinderen ervaren vakanties als eeuwigdurend, omdat ze veel nieuwe prikkels te verwerken krijgen, waardoor de tijd snel vooruitgaat. Maar als ze er eind augustus op terugblikken, lijkt begin juli héél ver weg. Dat heb je zelden als je tijdens je vakantie thuis blijft: dan gaat de tijd traag, maar lijkt hij voorbijgevlogen als je erop terugblikt. Hetzelfde gebeurt als je als senior elk jaar vakantie houdt in hetzelfde tweede verblijf aan zee. Oudere mensen beleven doorgaans veel minder nieuwe dingen dan jonge, waardoor hun tijdsbesef versnelt: minder nieuwe informatie, dus vliegen weken en maanden voorbij.
Goed gevulde dag
‘Onze ervaring van de tijd is deels gebaseerd op dingen die niets met tijd te maken hebben’, legt Vicky Franssen uit. ‘In het algemeen gaat de tijd snel als je geconcentreerd bezig bent met een activiteit of als er veel nieuwe niet-tijdgebonden zaken gebeuren, zoals een nieuwe route verkennen of nieuwe mensen ontmoeten. Als je dag goed gevuld is, let je niet op de tijd, want er zijn te veel andere zaken die je aandacht vragen. Maar als je een saaie dag hebt waarin niets speciaals gebeurt, ga je meer op de tijd letten, omdat je minder wordt afgeleid door niet-tijdgebonden elementen. Je kijkt meer naar de klok, je denkt meer aan de tijd, waardoor een dag tergend traag vordert. Als er weinig of niets verandert in ons bestaan, kan het lijken alsof de tijd kruipt.’ Een tweede belangrijk aspect van onze tijdservaring is de herinnering. Daarbij geldt de regel dat hoe meer activiteiten er in een periode zijn geweest, hoe langer geleden ze lijkt als je erop terugblikt. ‘Een leuke, overvolle dag weegt zo zwaar op ons tijdsbesef dat hij kort daarna weken geleden lijkt te zijn gebeurd’, vertelt Franssen. ‘Je hebt zoveel niet-tijdgebonden ervaringen gehad dat de tijd trager lijkt te zijn gegaan. Zo kan een avontuurlijke citytrip van vorige week in je perceptie weken geleden hebben plaatsgevonden. Daarom zeggen oudjes wier dagen allemaal dezelfde zijn met nieuwjaar dikwijls dat het jaar weer omgevlogen is. Bijna niets in hun leven is nog nieuw en hip, dus passeren de dagen alsof het niets is, hoewel elke afzonderlijke dag ellendig lang kan duren.’
Zo kom je met betrekking tot de coronalockdown uit bij wat wetenschappers de ‘quarantaineparadox’ noemen: de dagen lijken lang, maar omdat de routine van opstaan, eten, krant lezen, uit het raam kijken, tv aanzetten, eten, uit het raam kijken, eten en naar De Afspraak kijken nauwelijks wordt doorbroken, lijken de weken voorbij te vliegen. Je hebt geen andere ijkpunten meer, geen activiteiten buitenshuis, geen weekenduitjes, geen concrete vakantieplannen. Integendeel, je worstelt met tijdgebonden vragen zoals: wanneer zullen de restaurants weer openen of wanneer zal er een vaccin tegen het coronavirus zijn? De coronacrisis wist de normale tijdmarkeringen in ons hoofd, waardoor onze innerlijke tijd in de war raakt. Als je elke dag hetzelfde doet, heeft het geen zin afzonderlijke dagen te onthouden.
Het stressniveau speelt ook een rol in tijdservaringen. ‘Onze interne klok heeft een zeker ritme, waarvan men veronderstelt dat het onderhevig is aan bepaalde cycli in ons lichaam, zoals hartslag en ademhaling’, vertelt psychologe Vicky Franssen. ‘Ze speelt ook een rol bij onze waarneming van de tijd. Iedereen heeft daarbij een innerlijk basisritme, bijvoorbeeld zestig “tikjes” per minuut. Maar als je stress ervaart, drugs neemt of ziek bent, zal dat aantal tikjes versnellen. Die zestig tikjes duren dan geen minuut meer maar slechts 45 seconden. Je inwendige klok tikt sneller dan de officiële, waardoor de reële tijd trager verstrijkt dan je denkt. Daarom duurt een dag voor mensen die koorts hebben langer dan gewoonlijk. Bij skydivers die boordevol adrenaline zitten, kunnen enkele minuten een eeuwigheid duren. Koorts, spanning en stress kunnen de tijd echt rekken.’
Stressniveau
Als je in deze coronatijd op de tippen van je tenen loopt, lijkt de tijd dus trager te gaan dan anders. ‘Té traag misschien wel, waardoor je je nog meer enerveert’, zegt Franssen. ‘Dan kan deze coronaperiode een marteling van eindeloos lange dagen zijn. Maar als je deze periode als rustig ervaart en minder stress hebt omdat je je niet meer hoeft te haasten, maak je minder inwendige tikjes per minuut dan in je gewone doen. Je interne klok gaat dan minder snel, waardoor je iets wat anderhalve minuut geduurd heeft ervaart als iets van een minuut. De echte tijd gaat dus sneller dan wat je aanvoelt. De dagen vliegen voorbij. Naar rustgevende muziek luisteren of van vogels genieten maken ook dat de tijd sneller gaat dan je verwacht. Maar als je in de wachtrij van een winkel naar irritante muziek moet luisteren of je ergert aan het gedrag van andere wachtenden, gaat je stressniveau omhoog en lijkt de tijd te vertragen. Perceptie speelt dus een grote rol in ons tijdsbesef.’
Emotionele rollercoaster
Niet iedereen zit vandaag in quarantaine. Er zijn mensen die moeten blijven werken, vaak in moeilijke omstandigheden, zoals in de zorgsector. Door de intensiteit van hun ervaringen kunnen hun dagen voorbijvliegen, maar de emotionele stress kan ertoe leiden dat hun weken zich voortslepen. Hun normale leven van voor de crisis lijkt eindeloos ver weg. Hetzelfde kan opgaan voor mensen die op een emotionele rollercoaster terechtkomen door ziektes of sterfgevallen in hun omgeving. Of voor mensen die de combinatie kinderen en thuiswerken niet onder controle krijgen.
Er zijn nog maar weinig onderzoeksgegevens over hoe mensen de coronacrisis ervaren (zie kaderstuk). Uit een preliminair Brits experiment bleek dat voor de helft van de ondervraagden de tijd in quarantaine sneller lijkt te lopen, de andere helft vond dat hij trager ging. Een enquête in de Verenigde Staten klokte af op 48 procent van de mensen voor wie de tijd trager lijkt te gaan en 25 procent voor wie hij versnelt.
Een rondvraag bij academici die in Vlaanderen het gedrag van mensen in lockdown onderzoeken, leerde dat er nog geen specifieke vragen over tijdsbesef zijn gesteld. Het is voorlopig ook moeilijk in te schatten hoeveel mensen de crisis als problematisch ervaren. ‘Ik vind dat er nogal sterk gefocust wordt op hoe slecht het gaat’, stelt Vicky Franssen. ‘Het gaat over kinderen die thuis met geweld te maken krijgen, over studenten die het niet meer zien zitten, over mensen die kampen met een burn-out. Terwijl het omgekeerde ook gebeurt. Er zijn kinderen die nu rustig thuis zitten, terwijl ze anders op school gepest zouden worden, er zijn studenten die de tijd van hun leven hebben, mensen die nieuwe hobby’s ontdekken en gezinnen die een grotere verbondenheid met elkaar krijgen. Ik ben nu al benieuwd naar de resultaten van onderzoek waarin ook dat wetenschappelijk wordt geëvalueerd.’
Focussen op jezelf
De tijd vliegt wanneer je plezier hebt, maar voor depressieve mensen lijkt hij veel trager te lopen. In een negatieve modus gaan mensen meer op zichzelf focussen en minder op gebeurtenissen om hen heen, waardoor hun tijdsbesef vertraagt. Mensen die zich vervelen, zitten de hele tijd te kniezen, waardoor hun tijd trager loopt, terwijl hij versnelt als je druk met iets bezig bent. Er is altijd de verhouding tussen de tijdservaring op het moment zelf en diezelfde tijd als je er later op terugblikt. Het is dus mogelijk dat je ervaart dat de tijd tergend traag verstrijkt, maar als je erop terugblikt kan hij voorbij zijn gevlogen, net omdat er niets noemenswaardigs is gebeurd.
Reclameblok
Psychologe Franssen vermeldt nog een belangrijk element voor onze waarneming van de tijd: het verwachtingspatroon. ‘Van veel gebeurtenissen hebben we een soort script in ons hoofd, inbegrepen hoelang iets duurt. We voelen aan hoelang een muzieknummer, een applaus of een reclameblok mag duren. Als het langer duurt dan verwacht, lijkt het ineens véél langer te duren. De anomalie wordt uitvergroot. Omgekeerd kan iets dat korter duurde dan verwacht ook als véél korter ervaren en herinnerd worden.’
Dat verwachtingspatroon speelt ook een rol in de coronacrisis: ‘Als we in ons hoofd een eindpunt hebben voor de coronalockdown – ik heb dat voor mezelf gefixeerd op 1 augustus – zullen we maatregelen die langer duren echt erg gaan vinden. Als een sporter denkt dat hij aan de eindstreep is en opeens beseft dat hij nog een ronde moet, zal die superlang duren. Je krijgt dan ook stress, waardoor de tijd nog meer vertraagt. Vandaar dat je voorzichtig moet zijn met het creëren van verwachtingspatronen. Anders gaan de dagen nog trager vooruitkruipen.’
Her en der worden aanbevelingen gedaan om de routine van dag-in-dag-uit hetzelfde te beleven te doorbreken. Maak tijd voor aparte ervaringen, leer een nieuwe hobby, varieer je kook- en eetgewoontes. Doe iets anders in het weekend dan in de week, hoe bescheiden ook, zoals een virtueel feestje met vrienden of een filmavond met het gezin. Puzzelen is perfect: je concentreert je op een taak, waardoor je de rest van je omgeving vergeet en de tijd vliegt. Want als je geen nieuwe ervaringen opdoet of nieuwe herinneringen maakt, zullen de dagen zich eindeloos blijven voortslepen en de weken zich razendsnel aan elkaar rijgen. Dan glipt het leven je door de vingers alsof het niets is.
Verveling in coronatijden
In het kader van hun ‘motivatiebarometerstudie’ peilden psycholoog Joachim Waterschoot (UGent) en zijn collega’s naar ons welzijn in deze quarantainetijd.
Van de meer dan drieduizend deelnemers (driekwart vrouwen, gemiddelde leeftijd 54 jaar) aan het onderzoek gaf bijna de helft aan zich de voorbije week te hebben verveeld. ‘We vroegen ook hoe ze omgingen met de verveling’, vertelt Joachim Waterschoot, die voor zijn doctoraat onderzoekt hoe mensen zichzelf kunnen motiveren. ‘Meer dan de helft (56 procent) lijkt de situatie te aanvaarden en blijft passief. Maar je kunt ook proberen de verveling te verdrijven. Er zijn verschillende strategieën om jezelf te motiveren. Mensen kunnen op zoek gaan naar een activiteit die hen pleziert of boeit. Dat is het meest voor de hand liggend, maar slechts 26 procent van de mensen in onze enquête verklaarde dat te zullen doen. Je kunt ook in actie schieten om kritiek van anderen te vermijden en zo jezelf externe druk opleggen: dat is wat 21 procent van de ondervraagden doet. Jezelf interne druk opleggen bleek de meest gebruikte strategie: 35 procent van de ondervraagden deed dat. Daarbij gebruiken ze gedachten als “alleen luieriken doen niets” om zichzelf op te laden. Maar eerder onderzoek toont aan dat dit geen goede strategie is. Zo deden we experimenten tijdens de Dodentocht van Bornem waaruit bleek dat mensen die de 100 kilometer wandelen voor hun plezier veel meer kans hebben om de eindstreep te halen dan mensen die zichzelf druk opleggen. In dat laatste geval ervaren ze onderweg net meer verveling en pijn.’
Het leven in een thuisroutine kan extra lastig zijn, omdat veel mensen de huishoudelijke taken (afwassen, wieden in de tuin, boodschappen doen) als erg vervelend ervaren, waardoor ze langer lijken te duren. ‘Omgekeerd’, zegt Waterschoot, ‘kan mindfulness verveling tegengaan. Als je je meer bewust bent van wat er hier en nu gebeurt, in plaats van op automatische piloot te leven, ervaar je minder verveling.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier