Astrofysicus Sir Martin Rees: ‘We moeten ook opnieuw naar kernenergie durven te kijken’
Heel veel toekomst rest de inmiddels 77 jaar oude Britse astrofysicus en koninklijk astronoom Sir Martin Rees niet. Toch blijft hij vechten voor de toekomst van onze planeet. ‘We moeten snel en krachtig ingrijpen.’
In zijn in 2003 verschenen boek Onze laatste eeuw schetste Sir Martin Rees een apocalyptisch beeld van de 21e eeuw, met zwermen dodelijke virussen, dolgedraaide robots, verdwaalde kernraketten en tot de tanden gewapende fanatici en terroristen. ‘We hebben 50 procent kans dat de dag des oordeels zich in de loop van de volgende honderd jaar zal afspelen’, voorspelde hij toen. In zijn eerder dit jaar verschenen boek Over de toekomst klinkt hij nog steeds pessimistisch, maar spreekt hij ook zijn hoop in ons wetenschappelijke vernuft uit.
Rees voerde jarenlang baanbrekend kosmologisch onderzoek aan de universiteit van Cambridge. In 1995 werd hij voor zijn wetenschappelijk werk door de Britse koningin beloond met de prestigieuze titel Astronomer Royal. Hij is de vijftiende koninklijke sterrenkundige sinds astronoom John Flamsteed zich in 1675 als eerste met die eretitel mocht tooien.
‘In 2003 was nog niet helemaal duidelijk wat de effecten van de klimaatverandering op langere termijn zouden zijn’, zegt hij. ‘Vandaag hebben we daar veel beter zicht op. En het ziet er niet goed uit.’
U stelde toen al dat het nog erger zou worden dan in onze afschuwelijkste nachtmerries.
Martin Rees: Daar neem ik geen woord van terug. Het vijfde rapport van het VN-klimaatpanel IPCC uit 2013 is glashelder: als de jaarlijkse CO2-uitstoot ongehinderd blijft stijgen, riskeren we een klimaatverandering met rampzalige gevolgen voor de komende eeuwen. Het smelten van het landijs op Groenland en Antarctica zal de zeespiegel met vele meters doen stijgen. Onze toekomst wordt dus sowieso een risicovolle tocht vol zware hindernissen. Want naast die steeds tastbaarder wordende klimaatverandering is er de overbevolking en kampt onze planeet met nog andere ernstige milieuproblemen. Daar komt bij dat sommige ietwat labiele individuen toegang hebben tot bijzonder krachtige technologieën. Als zij die misbruiken, kunnen ze ernstige rampen veroorzaken.
We zijn op een punt aanbeland waarop een globale mentaliteitswijziging niet volstaat. Er moet ook massaal geïnvesteerd worden in onderzoek naar en ontwikkeling van duurzame, CO2-neutrale energievormen.
We zijn dus gedoemd?
Rees: Ik vrees van wel als we zo verder blijven aanmodderen. Om de klimaatverandering weerwerk te bieden, moet er snel en krachtig ingegrepen worden. We moeten er alles aan doen om de publieke opinie gemotiveerd te krijgen om die strijd te voeren. Dat wordt een zware dobber.
Hoe motiveren we burgers die maatregelen tegen klimaatverandering ervaren als een vorm van pesterij of verdoken belastingverhoging?
Rees: Met charisma. We hebben dringend charismatische politieke leiders nodig. Want effectieve actie wordt enkel mogelijk als hun kiezers dat zelf ook willen.
In juni 2015 riep paus Franciscus in zijn encycliek Laudato Si’ iedereen op om in actie te komen om de aarde te redden. Hij liet er geen twijfel over bestaan dat de klimaatverandering een feit is en dat de mens daar met de uitstoot van broeikasgassen verantwoordelijkheid voor draagt. Franciscus heeft 1,3 miljard volgelingen wereldwijd, waardoor zijn impact niet te onderschatten is. Ik ben er zeker van dat die encycliek een steun in de rug was voor het klimaatakkoord van Parijs in december 2015.
Wat onze huidige generatie politici vanwege totale desinteresse niet voor elkaar kreeg, lukte David Attenborough wel: de bevolking bewustmaken van het probleem van zwerfplastic.
Weet u wie hier in Groot-Brittannië misschien wel de grootste bijdrage geleverd heeft aan de ban op niet-herbruikbaar plastic? Sir David Attenborough met zijn BBC-reeks Blue Planet. Zeven miljoen Britten zagen de iconische beelden van die prachtige albatros die op zijn nest landde en plastic ophoestte als voedsel voor de kuikens. Wat onze huidige generatie politici vanwege totale desinteresse niet voor elkaar kreeg, lukte Attenborough wel: de bevolking bewustmaken van het probleem van zwerfplastic. Om onze planeet te redden, hebben we nóg meer charismatische figuren als Franciscus en Sir David nodig. De Amerikaanse antropologe Margaret Mead zei het al: ‘Een kleine groep vastberaden, geëngageerde burgers kan de wereld veranderen. Zo is het altijd geweest.’
Ondanks alles bent u dus toch optimistisch?
Rees: Nee, u mag me gerust een pessimist noemen. Wat niet wil zeggen dat ik de handdoek in de ring gooi. We zijn op een punt aanbeland waarop een globale mentaliteitswijziging niet volstaat. Er moet ook massaal geïnvesteerd worden in onderzoek naar en ontwikkeling van duurzame, CO2-neutrale energievormen.
Ecorealisten geloven dat technologische innovaties de huidige milieuproblemen zullen helpen oplossen.
Rees: Natuurlijk kan de technologie ons een flink eind op weg helpen. Zodra schone energie even goedkoop als of goedkoper is dan kolen, zal zelfs India grote energiecentrales op kolen stilleggen. We moeten ook opnieuw naar kernenergie durven te kijken en zelfs overwegen om onze huidige centrales te vervangen door nieuwe. Doordat nucleaire energie al een paar decennia in het verdomhoekje zit, staat het onderzoek naar veiliger centrales op een laag pitje. Mij lijkt het heel zinvol om nu geld te investeren in research naar kleine, modulaire reactoren die in fabrieken geassembleerd kunnen worden. In de jaren zestig werd geëxperimenteerd met de thoriumreactor. Waarom halen we die niet van onder het stof? De aardkorst bevat veel meer thorium dan uranium en bij de energieopwekking wordt veel minder gevaarlijk afval geproduceerd. Een thoriumreactor produceert ook minder bruikbaar materiaal voor kernwapens, wat toch een voordeel is, nee?
We moeten ook opnieuw naar kernenergie durven te kijken en zelfs overwegen om onze huidige centrales te vervangen door nieuwe.
De Noord-Koreaanse dictator Kim Jong-un vindt dat waarschijnlijk geen goed nieuws, maar voor hem en zijn collega-dictators heb ik nog een uitstekend idee: sluit ze allemaal samen op in een superbeveiligd rusthuis.
Een soort van Guantánamo voor dictators?
Rees: Geen gevangenis, maar een echt rusthuis. Saddam Hoessein en Moammar Khadaffi zwaaiden decennialang de plak (in Irak en Libië, nvdr) tot ze op een uiterst gewelddadige manier aan hun einde kwamen. Dat is het lot van veel dictators. Het zou me niet verwonderen dat de Syrische dictator Bashar al-Assad soms piekert over zijn levenseinde. De kans dat hij ooit wordt afgezet en afgemaakt, is zeer reëel. Ouder wordende dictators kiezen misschien eieren voor hun geld als ze het voorstel krijgen van levenslange opname in een beveiligd luxueus rusthuis op het eiland Sint-Helena.
Dan geeft u hun toch een vrijgeleide?
Rees: Ja, maar dan wordt in hun land misschien ook de geweldloze overgang van dictatuur naar democratie mogelijk.
Dit interview vindt u ook in de special “100 ideeën voor een betere wereld”, waarin toekomstdenkers, wetenschappers en filosofen uitleggen hoe de mensheid er radicaal op zou kunnen vooruitgaan. De special kwam tot stand in samenwerking met Theater aan Zee en is te verkrijgen tijdens het festival (vanaf 31 juli), online of in de krantenkiosk (vanaf 11 juli). Het nummer telt 100 blz. en kost 9,95 euro.
100 ideeën voor een betere wereld
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier