Jan de Zutter

‘Zoals alle narrenkoningen zal ook Trump onttroond worden’

Jan de Zutter Kunsthistoricus, auteur en plastisch kunstenaar

‘Trump fascineert omdat hij zich als een soort speling van de natuur buiten de gekende classificaties van de politieke en maatschappelijke wereld stelt’, schrijft Jan De Zutter, die met door een antropologische bril naar het fenomeen kijkt.

De verkiezing van Donald Trump als president van de Verenigde Staten is wellicht een van de meest bizarre gebeurtenissen in de Amerikaanse politieke geschiedenis. Ondanks zijn gebrek aan beleidservaring, zijn ogenschijnlijk koppige weigering om zich te informeren over essentiële politieke en economische feiten, de hoogmoedige trots waarmee hij zijn voeten veegt aan bestaande politieke structuren en de brutaliteit waarmee hij sociale en politieke normen overtreedt, kan hij toch bij grote delen van de bevolking op applaus rekenen. Politicologen, sociale en economische wetenschappers hebben getracht het fenomeen te verklaren, maar ook de cultuurwetenschappen kunnen een bijdrage leveren.

‘Zoals alle narrenkoningen zal ook Trump onttroond worden’

Trump fascineert omdat hij zich als een soort politieke lusus naturae – een speling van de natuur – buiten de gekende classificaties van de politieke en maatschappelijke wereld stelt. Daardoor komt hij op velen over als een archetypische bedrieger, de trickster uit de mythes, zoals Reinaert de Vos, Loki of de demonische clown uit de populaire cultuur zoals The Joker. De blond gekuifde zakenman wordt op die manier een figuur die door list, bedrog en diefstal de sociale orde uitdaagt, een abnormaliteit die – net omdat zijn doel er in bestaat chaos te creëren – de orde der dingen in vraag stelt. Antropologen noemen dit soort figuren liminale persoonlijkheden, naar het Latijnse woord limen of drempel, omdat ze zich buiten de grenzen van de normaliteit begeven.

Ritueel proces op weg naar volwassenheid

Het begrip liminaliteit werd aanvankelijk gebruikt om een passage te beschrijven in overgangsrituelen in tribale culturen, de zogenaamde Rites de Passage, waarbij jongelingen via een ritueel proces op weg geholpen werden naar de volwassenheid. Ze moesten de narcistische zelfgerichtheid van de kindertijd afleggen om als zelfbewuste volwassenen opgenomen te kunnen worden in de gemeenschap en daar hun verantwoordelijkheden op te nemen.

In die transitie van de oude conditie of sociale status naar de nieuwe, moesten ze doorheen een liminale fase, een wereld die noch tot de oude, noch tot de nieuwe orde behoort, een grensgebied waar de waanzin heerst, niets normaal is en waar alles letterlijk op z’n kop wordt gezet. Het grensgebied daagt de werkelijkheid uit en bestaat als het ware volledig uit ‘alternative facts’. Jongens moesten zich soms als vrouwen kleden en gedragen, zich in lompen hullen of konden het zich permitteren om totaal onaangepast gedrag te vertonen. De liminale fase moest een contrast creëren met de gevestigde sociale orde in de gemeenschap, precies om die gemeenschappelijkheid te bekrachtigen en te verstevigen.

Carnaval

Het begrip liminaliteit is niet beperkt tot het overgangsritueel. Het kan gebruikt worden voor elke toestand die tegen de gevestigde orde of structuren ingaat. Een gekend voorbeeld is de carnavalstraditie, die de algemeen aanvaarde regels en normen van de samenleving uitdaagt. Deelnemers dragen maskers, verkleden zich of, zoals in Aalst, worden vrouwen terwijl ze in de ‘normale wereld’ mannen zijn. Tijdens carnaval wordt ook een liminale leider gekozen, in Vlaanderen en Nederland een Prins Carnaval of in de 17de eeuwse Franse carnavalstraditie een Abbé de Maugouvert, een leider van Wanbeheer of een Price des Sots.

Het gaat om de narrenkoning die het reguliere leiderschap uitdaagt en onder zijn gezag een tijdelijke chaos organiseert. De traditie is vergelijkbaar met de Romeinse Saturnalia-feesten tijdens dewelke een nep-koning werd gekozen, die alles geoorloofd was. Het vraagt niet zoveel verbeeldingskracht om ook in Trump deze narrenkoning te zien of zelfs citaten te vinden waarin Trump zichzelf tot koning kroont, zoals deze passage uit zijn biografie uit 2005: “They all kiss my ass. They leave and say: ‘Isn’t he horrible’. But I’m the king.”

Het moet gezegd, Koning Trump zou niet mogelijk zijn, zonder een breed gedragen gevoel van inferioriteit, vereenzaming en isolement dat leeft bij grote groepen van de bevolking die zich afgesneden voelen van de samenleving.

‘Is het niet ook de samenleving zelf die in een liminale fase is terecht gekomen, in een chaotisch grensgebied tussen een oude en een radicaal nieuwe orde?’

Veel heeft te maken met het tijdsgewricht waarin we leven en dat gekenmerkt wordt door de transitie van een oude naar een nieuwe, maar helaas totaal ongekende samenleving. Is het niet ook de samenleving zelf die in een liminale fase is terecht gekomen, in een chaotisch grensgebied tussen een oude en een radicaal nieuwe orde? Dat zorgt voor grote onzekerheid en maatschappelijke spanningen.

Afbrokkelende structuren

De samenleving beleeft een periode van diepe ambiguïteit waarbij de bestaande structuren langzaam afbrokkelen en de maatschappelijke posities van mensen onduidelijk zijn geworden. Traditionele structurerende instituten zoals het klassieke gezin of het huwelijk zijn niet langer mainstream. Superdiversiteit in de steden maakt het voor steeds meer mensen moeilijk om nog een duidelijk beeld te krijgen van de culturele gemeenschap waarin ze leven.

Dat geldt zeker voor blanke arbeiders in de VS, die hun identiteit bedreigd zagen door de burgerrechten-, vrouwen- en holebi-bewegingen en daar bovenop geconfronteerd werden met de gevolgen van vrijhandel, globalisering en technologische ontwikkelingen zoals robotica, artificiële intelligentie en digitalisering. Ze hebben zelfs de indruk helemaal niet meer opgenomen te zijn in een gemeenschap, maar in een vijandige omgeving te leven waarin ze zich voortdurend bedreigd voelen.

‘Die zucht naar het verleden zie je niet enkel in de VS, maar net zozeer bij de angstprofeten van de terreur die zich beroepen op patriarchale boekgodsdiensten, als bij hun opponenten in Europa die populistische antwoorden zoeken in een mythisch nostalgische identiteitspolitiek.’

Deze blanke mannen, die het Amerika van het verleden als zand door hun vingers zien glijden, grijpen daarom terug naar een discours dat hen de veiligheid van het verleden belooft, naar een patriarchale vorst die belooft orde op zaken te stellen. Die zucht naar het verleden zie je niet enkel in de VS, maar net zozeer bij de angstprofeten van de terreur die zich beroepen op patriarchale boekgodsdiensten, als bij hun opponenten in Europa die populistische antwoorden zoeken in een mythisch nostalgische identiteitspolitiek. Het is alsof ze smeken om een omgekeerde Rite de Passage, een terugkeer naar een onbezorgde kindertijd onder voogdij van een patriarch.

Figuren zoals Donald Trump stappen in het machtsvacuüm dat door het gebrek aan antwoorden op die angst en verwarring gecreëerd werd. Hij positioneert zichzelf daarbij als de ‘outsider’ die lak heeft aan wat binnen een zelfbewuste, volwassen gemeenschap normaal is. Zijn leiderschap doet daarbij denken datgene wat in jeugdbendes en kindergroepjes gebruikelijk is. Trump vertoont met zijn narcistische gerichtheid op het Zelf, nogal wat psychologische kenmerken van de pre-puber, het stadium in overgangsrituelen van waaruit de inwijding naar de status van zelfbewuste volwassene in een gemeenschap moet gebeuren. Zijn voor velen clowneske maniërisme, pesterige gedrag, zijn beledigingen en pornografische kleedkamergrollen, zijn angst voor menstruerende vrouwen en zijn kinderlijk zwart-witdenken (alles is ofwel great ofwel horrible) kan hij uitleven in zijn liminale koninkrijk.

Oplossing in tijden van verwarring

Trump mag zichzelf dan zien als de oplossing in tijden van verwarring, hij is er in werkelijkheid slechts het symptoom van en zal, zoals alle narrenkoningen, onttroond worden. Dat is echter slechts mogelijk als in de grote maatschappelijke transitie mensen begeleid kunnen worden naar wat antropologen de laatste fase van de Rite de Passage noemen, die van incorporatie in de nieuwe samenleving.

Precies daar ligt het kalf gebonden. Zoals gezegd weet niemand hoe die samenleving van morgen er zal uitzien. Dat is de grote uitdaging voor verantwoordelijke politieke en economische leiders. Zij moeten niet alleen de transitie in goede banen leiden, maar er vooral voor zorgen dat niemand achter gelaten wordt, dat iedereen zich veilig en aanvaard weet in de samenleving die we volop aan het smeden zijn. Dat kan enkel als we de sociale vangnetten verstevigen, er de mazen kleiner van maken en als iedereen volop kansen krijgt om volwaardig deel uit te maken van die samenleving. Doen we dat niet, dan blijven we nog lang hangen in de liminale waanzin.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content