‘Dat een voormalig wereldrijk ervoor kiest om een dwerg te worden, is rationeel niet echt verklaarbaar’, schrijft europarlementslid Kathleen Van Brempt naar aanleiding van de nakende brexit. ‘Iedereen heeft er alle belang dat we niet te ver van elkaar afdrijven.’
Op 31 januari verlaat het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie. Uiteraard stemt me dat bijzonder triest, maar dat kan aan mijn Anglofiele ingesteldheid liggen. Ik kan het niet helpen, soms droom ik zelfs in het Engels. Ik zal mijn Britse Labour-collega’s in het Europees parlement missen, een bijzonder sterke ploeg die met de gekende cocktail van Britse flegmatiek, volharding en fair play een absolute aanwinst was voor de parlementaire werkzaamheden. Een van mijn collega’s zag ik de laatste weken – uiterst un-British – af en toe in huilen uitbarsten omwille van het nakende afscheid. Zo moeten straks heel wat Remainers zich voelen, denk ik dan, als op Downing Street 10 een geprojecteerde klok aftelt. Dat zijn er niet eens een handvol maar zowat de helft van alle Britten die liever in de EU wilden blijven.
Wat op 1 februari achterblijft, is sowieso een verdeeld land, waar – zo zei de premier zelf – wonden moeten geheeld en gemeenschappen herenigd worden. Het begrip ‘verenigd’ in Verenigd Koninkrijk heeft wel een erg bittere nasmaak gekregen. Ondertussen azen de Schotten op een nieuw onafhankelijkheidsreferendum, merkwaardig genoeg om ‘minder onafhankelijk’ te worden en deel te kunnen uitmaken van de Europese Unie.
Welcome back: binnen één of twee generaties zien we jullie terug.
Van ons eigenste land wordt wel eens gezegd dat het een eerbetoon is aan het surrealisme; de hele Brexitsaga mag zich de overtreffende trap van Monty Python’s Flying Circus noemen, een absurd theaterstuk waarin de held beweert een marathon te zullen winnen en zichzelf voortdurend pootje lap zet. Maar waar het bij Monty Python uiteindelijk gaat om zelfrelativering middels humor is het voor de Brexiteers bittere ernst. Ze lijken oprecht te geloven dat je in een steeds verder globaliserende wereld beter af bent als je de grote geopolitieke uitdagingen op je eentje te lijf gaat.
De Europese Unie is zowat het eerste – vanzelfsprekend onvolmaakte – post-nationale antwoord op de globalisering. Hoe moeilijk het soms ook is, in onze hoofdsteden leeft wel degelijk het besef dat Europese landen op het wereldtoneel enkel nog invloed hebben als ze samenwerken. Gedeelde invloed en dus ook gedeelde soevereiniteit zorgen ervoor dat we nog een rol van enig belang te spelen hebben. In 1900 maakte de Europese bevolking nog 25 pct van de wereldbevolking uit, vandaag nog 6 procent, in 2060 nog 4 procent. Geen enkele lidstaat zal dan nog meer dan 1 procent van de wereldbevolking hebben. Dwergen tussen reuzen. Dat een voormalig wereldrijk ervoor kiest om een dwerg te worden, is rationeel niet echt verklaarbaar.
Over ratio ging het in het Brexitreferendum dan ook niet, hoewel er met harde cijfers werd gegoocheld, als zou de Britse gezondheidszorg NHS bijvoorbeeld in een klap wekelijks 350 miljoen pond extra kunnen krijgen, een bedrag equivalent aan wat de Britten wekelijks betalen als bijdrage aan de EU. Dat bleek nadien slechte Britse humor te zijn. In werkelijkheid heeft de Brexit – zo berekende Bloomberg – het VK al meer gekost dan 47 jaar aan bijdragen aan de Europese Unie. De academische denktank UK in a Changing World berekende dat in zowat elk scenario de Britse economie het slechter zal doen dan wanneer de Britten in de Unie waren gebleven.
Op 31 januari kunnen de Brexiteers misschien juichen en hopen dat het ‘eindelijk’ achter de rug is, in werkelijkheid begint dan pas het lastige gedeelte, met name het bereiken van een handelsakkoord met de EU. Voor Johnson en de hardliners bij de conservatieven moet dat afgerond zijn tegen het einde van het jaar. Drieënhalf jaar heeft het geduurd alvorens de Britten konden beslissen wat ze al beslist hadden, namelijk dat ze uit de Unie zouden stappen. Een handelsakkoord zou op 11 maanden moeten beklonken zijn. Het terugtrekkingsakkoord uit de EU voorziet dat die periode verlengd kan worden, maar daar wil Johnson niet van weten.
Die halsstarrigheid doet een verborgen agenda vermoeden, namelijk dat het de bedoeling is de handelsdeal met de EU zo beperkt mogelijk te houden of zelfs doelbewust te laten mislukken. Een hard Brexit is dus lang niet uitgesloten. Mocht een handelsovereenkomst met de EU mislukken, zo liet Johnson al doorschemeren, dan maakt hij toch gewoon een deal met de Amerikanen. Zo’n Angelsaksische neo-liberale deal met afgezwakte regels en standaarden die van het VK een Singapore aan de Noordzee zou maken, heeft een hoog sprookjesgehalte. De Britse export naar de EU was in 2018 goed voor 291 miljard pond, die naar de VS 50 miljard pond, wat betekent dat Johnson de export naar de VS met 500 procent moet laten toenemen om een deal met Europa te kunnen vervangen. Begin er maar aan.
De Unie zal er de komende maanden alvast nauwlettend op toezien dat oneerlijke concurrentie tussen Britse en Europese bedrijven uitgesloten wordt. Dat betekent dat de Britten de hoge Europese standaarden inzake milieu, arbeidsvoorwaarden, consumentenbescherming of belastingen moeten naleven. Hoe verder de Britten willen afwijken van de Europese standaarden, hoe moeilijker een deal zal worden en hoe langer de onderhandelingen zullen duren. De onderhandelingen zullen heftig en complex worden.
Het is vandaag echt koffiedik kijken waar een handelsovereenkomst met Groot-Brittannië zal landen, als ze al landt. Het ideaal is een overeenkomst waarin het VK zo dicht mogelijk aansluit bij de Europese regelgeving, niet alleen omdat dat voor de economieën van beide partners het meest gunstig zou zijn. We weten immers dat Brexit veel meer over emotie en identitaire politiek ging dan over harde cijfers. Met zowat de helft van de bevolking – vooral de jongste generaties – die ongelukkig is met de Brexit, is het niet uitgesloten dat binnen een of twee generaties de Britten terug willen aansluiten bij de Unie. Het is alvast mijn vaste overtuiging dat dat op termijn zal gebeuren. Dan heeft iedereen er alle belang bij dat we niet te ver van elkaar zijn afgedreven.
Nu al tekenen zich de eerste signalen af van een Rejoin campagne, die sterk leeft bij basisgroepen en Britse NGO’s. De rejoiners beseffen dat het een proces van lange adem zal worden, maar zijn er van overtuigd dat de publieke opinie in het VK zal kantelen als de Britten geconfronteerd worden met de moeilijkheden die een hard-Brexit met zich meebrengt. The Fabian Society, de oudste Britse en progressieve denktank verklaarde al eerder dat het “hoogst waarschijnlijk” is dat het VK terug zal aansluiten bij de EU en vorige week nog riep de onafhankelijke denktank The Federal Trust op om een brede rejoin burgerbeweging op te starten die Johnson gedurende de volgende maanden al het vuur aan de schenen kan leggen.
Rejoin is echter nog niet voor morgen, maar het komt er. En dan zijn de Britten meer dan welkom.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier