Wat is Xi Jinping van plan met zijn China?
Alles gaat te snel in China. De economie lijkt gammel en de mensen lijken bang. Sus van Elzen zocht in China naar het plan van president Xi Jinping.
Veel Chinezen met zoeken naar mogelijkheden om China te verlaten. Ergens een ‘green card’ bemachtigen en vertrekken naar de Verenigde Staten, Canada of Australië is het plan. Of wegtrekken naar de Schengenzone? ‘Moeilijk, dat is moeilijk.’ Ze trachten hun geld het land uit te sluizen en dan te vertrekken, samen met vrouw en kind.
Ze doen het vooral voor de kinderen, zeggen ze, om te vermijden dat die in China naar school moeten. Ze willen hun kinderen een vrijer en beter onderwijs gunnen, ze willen hen een andere nationaliteit geven dan de Chinese, als reserve als het ware, voor wanneer er in de Volksrepubliek iets kwalijks zou gebeuren. Want wat er in China te gebeuren staat, is nooit te voorzien. Deze exodus is al een tijd bezig. Zakenlieden die ik kende in Peking of Shanghai zijn in stilte verdwenen, zoals zoveel dingen in China in stilte verdwenen zijn.
De meeste mensen zijn bang om economische redenen, meer dan om politieke redenen.
Een Chinese vriend, een academicus met een Amerikaans paspoort, hoeft niet te vrezen, maar zegt – vers van het vliegtuig uit Los Angeles – dat dit de eerste reis terug naar China was die hij niet wou maken. Hij had geen zin om naar huis terug te keren. ‘Het gaat te snel’, zegt hij. ‘De mensen zijn bang. Niet zozeer van de regering, maar omdat de economie slecht draait. Veel middenklassers hebben geld verloren op de beurs. Veel geld. President Xi Jinping reist nu wel internationale bijeenkomsten af om te benadrukken dat private ondernemingen belangrijk en onmisbaar zijn – misschien om de beurs te doen stijgen? – maar niemand krijgt toch geld uit het land. De meeste mensen zijn bang om economische redenen, meer dan om politieke redenen.’
De alomtegenwoordige controle helpt ook niet. Chinezen gaan er steeds van uit dat alle mobiele telefoons afgeluisterd worden. De enige manier om dat te beletten is de telefoon uitschakelen en de batterij verwijderen, maar bij de meest recente smartphones kan je de batterij helemaal niet meer verwijderen. Wil je met zo’n toestel in de buurt praten over serieuze zaken, dan ga je naar de keuken en praat je bij het stromende water. Mensen praten dus minder openlijk onder elkaar. Ze weten ook dat alles wat ze kopen, waar ze voor betalen met hun app op de smartphone, en overal waar ze gaan en staan wordt opgeslagen in de grote databank die ieders sociaal krediet beheert.
Xi Jinping wil volledige controle en aangezien ze er niks tegen kunnen beginnen, leggen veel Chinezen zich er maar bij neer. Maar vrolijk worden ze er niet van.
Wat is de bedoeling? Xi Jinping, die nu in de Chinese Volksrepubliek quasi alle macht in handen heeft, die soms meer geciteerd wordt in de krant dan Mao Zedong zelf, en die na veertig jaar hervormingen klaarblijkelijk wil terugkeren naar een dictatuur naar maoïstisch model, geeft regelmatig tekens dat hij een groot plan heeft, en dat al wie in de weg staat bij de uitvoering daarvan, riskeert als ‘collateral damage’ te eindigen. Maar wat voor plan kan dat zijn?
Er worden weer spandoeken opgehangen in China, en grote karakters op muren geschilderd in de goede ouwe maoïstische propagandastijl. Een relatief recente is een reeks van twaalf begrippen: ‘Welvaart; Vrijheid; Patriottisme; Democratie; Gelijkheid; Toewijding; Beschaving; Gerechtigheid; Integriteit; Harmonie; Vriendschap; Rechtsorde’.
Maar zeker die rechtsorde ligt niet eenvoudig. Die is er namelijk niet in China. Professor Liu Peng (Academie voor Sociale Wetenschappen) is gespecialiseerd in de relatie tussen religies in China en de rechtsorde. Hij breekt er zich al een hele tijd het hoofd over: Waarom kan China geen wetgeving gebruiken in plaats van steevast te rekenen op bureaucratie? ‘De reden is dat de Communistische Partij van China een dictatuur wilde. Toen Xi Jinping aan de macht kwam had China al veel geld, en vond hij het net als de Partij niet nodig verder te hervormen op politiek vlak. In plaats daarvan pakte hij dus de corruptie aan. Maar dat bevorderde de rechtsorde niet, enkel de macht van Xi Jinping nam toe. Wij hebben nog heel veel hervormingen nodig, ook op politiek vlak. En verkiezingen. Want als de leider geen achterban heeft, hoeft hij geen rekening te houden met het volk.’
Om deze evolutie te begrijpen, moet je de generatiewisseling in China begrijpen. Vandaag is de ‘Tweede Rode Generatie’ aan de macht, de kinderen van de stichters van het maoïstisch regime. Deze ‘princelings’ verwijzen veel naar Mao Zedong. Xi citeert Mao bijvoorbeeld om de haverklap. Zij doen dat, schrijft Li Weidong in een veelbesproken essay, niet uit nostalgie naar de Culturele Revolutie, maar omdat zij zichzelf zien als de erfgenamen van een Chinees rijk, een hele wereld die hun vaders veroverden onder leiding van Mao Zedong. ‘Hun ouders kwamen uit arme plattelandsdorpen en eindigden als heersers over een rijk. De tweede generatie heeft het privilege te kunnen leven in een land “dat is rechtgestaan” en dat in heel de wereld gerespecteerd en gevreesd wordt. Zij hebben niet het voornemen de generatie te worden die “het rijk verliest”.’
De mogelijkheid van een dergelijk verval was er wel degelijk. De Partij die Xi Jinping erfde, was corrupt en verrot van de basis tot de hoogste regionen. Het was voor Xi een absolute prioriteit om een einde te maken aan die corruptie. Dat was nodig wilde de partij overleven. Dat verklaart de campagne tegen corruptie die nu al jaren duurt.
Naast de Partij is er ook nog het leger. Het Volksbevrijdingsleger van China is historisch onafhankelijk: het deed zaken, investeerde in horeca en immobiliën, zat in het bankwezen en was intern geheel corrupt. Vóór Xi Jinping hadden Deng Xiaoping, Jiang Zemin en Hu Jintao al geprobeerd er vat op te krijgen en het te hervormen, maar niemand krijg het gedaan.
Xi probeerde het op zijn eigen manier en ging de militaristische toer op. De strijdkrachten kregen veel geld en materieel, een tweede vliegdekschip en stealth-bommenwerpers, een half miljoen soldaten mochten hun biezen pakken in het kader van een brede modernisering, en de corruptie werd stevig aangepakt. Maar met ‘zijn’ leger, waarvan hij zich nu als opperbevelhebber opwerpt, wil hij de wereld in, van de Zuid-Chinese Zee tot Afrika en het Midden-Oosten. Bij een middelgrote wereldmacht als China hoort een middelgroot en paraat leger, met Xi Jinping aan het hoofd.
Maar de Partij en strijdkrachten in orde brengen was slechts voorbereidend werk voor zijn echte plan: One Belt One Road, de nieuwe Zijderoute die China uit de isolatie moet helpen. One Belt One Road heeft in de eerste plaats te maken met de aanvoer van grondstoffen en energie die China nodig heeft voor zijn industrie. Daarom begon het land tien jaar geleden al aan een corridor naar het westen: spoorlijnen, wegen en pijpleidingen door Centraal-Azië werden aangelegd voor de aanvoer van olie en gas uit Turkmenistan. Het was de geboorte van een corridor die in de toekomst moet doorlopen tot in Syrië, naar de Middellandse Zee.
Socialisme, communisme en zelfs marxisme zijn voor de Communistische Partij lege termen geworden waarmee men tot in het oneindige kan goochelen zonder aan de realiteit te raken.
Daarnaast wil Peking een snoer van havens in handen krijgen van de Chinese Zee langs de Indische Oceaan en de Arabische Golf tot in Afrika en Europa. In Djibouti heeft het al havenfaciliteiten in handen — ook voor de marine — en in de Middellandse Zee kan het rekenen op de haven van Piraeus. Onlangs was Xi op bezoek in Lissabon, waar men hoorde zeggen dat hij nadacht over de aankoop van de haven van Sines.
Men moet wel van héél goede wil zijn om niet te zien dat dit gigantische plan naast een zeer belangrijke opening op de wereld van de Chinese invloed en cultuur, ook een geostrategische operatie is. Wil Xi de wereld koloniseren? Men zal natuurlijk moeten uitkijken aan wie men de kroonjuwelen verkoopt: aan een Chinese kapitalistenbank of aan de Communistische Partij? Maar eigenlijk is dit voor Peking geen ideologisch punt meer: socialisme, communisme en zelfs marxisme zijn voor hen lege termen geworden waarmee men tot in het oneindige kan goochelen zonder aan de realiteit te raken.
Een groot, sterk en rijk China, dat is het plan van Xi Jinping. Wie een ander idee heeft, loopt een groot risico. Het China van Xi is een nationalistisch China dat de Han-cultuur wil promoten en upgraden. Grote plannen uitvoeren, maar tezelfdertijd beknibbelen op de kleintjes. Die kleintjes, dat zijn de Chinezen die het allemaal moeten gaan uitvoeren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier