Waarom Oekraïne nog niet over vrede kan praten
Er is een ding waarover Vladimir Poetin en Volodymyr Zelensky het eens zijn: vredesonderhandelingen zijn niet aan de orde.
Voor Oekraïne zijn de vooruitzichten momenteel niet rooskleurig. Het groots aangekondigde zomeroffensief is mislukt en heeft tot grote onenigheid met de Amerikaanse legerleiding geleid. Hoewel het Oekraïense leger niet communiceert over zijn verliezen, is het duidelijk dat de oorlog aan vele tienduizenden militairen het leven heeft gekost. Rusland heeft meer munitie in voorraad, terwijl de wapenleveringen uit het Westen stokken. De Russische oorlogseconomie draait op volle toeren, terwijl westerse landen hun productie niet opgeschaald krijgen. Door het conflict in Israël en Gaza gaat de aandacht niet langer onverdeeld naar Oekraïne. En ook de gesprekken over Europees lidmaatschap dreigen vast te lopen.
Toch lijkt geen van beide kanten momenteel geïnteresseerd in vredesonderhandelingen. Hoe komt dat?
Rusland wil niet echt vrede
In veel westerse landen bestaat het vrij absurde idee dat het vooral Oekraïne is dat tot vredesonderhandelingen moet worden aangezet. Het idee is op weinig gebaseerd. Het is duidelijk dat de oorlog morgen ophoudt wanneer Rusland beslist ermee te kappen. Van beide partijen heeft Oekraïne het meest te winnen bij vrede. Naarmate de oorlog langer duurt, groeit de kans dat een groot deel van de Oekraïense bevolking niet meer terugkeert. De nu al grootschalige vernietiging bemoeilijk toekomstig EU-lidmaatschap.
Officieel houdt het Kremlin uiteraard de schijn op. Geregeld vermelden buitenlandminister Sergej Lavrov of president Vladimir Poetin dat Rusland openstaat voor vredesgesprekken. Alleen is het onduidelijk wat vrede in de Russische interpretatie dan wel betekent. Er is geen reden om aan te nemen dat Rusland hierin enige vorm van oprechtheid aan de dag legt. Volgens de officiële Russische lijn moet Oekraïne de annexatie van de vier door Rusland veroverde gebieden en de Krim aanvaarden voordat Rusland aan tafel wil komen. Dat staat ongeveer gelijk aan capitulatie. Gelijk welke Oekraïense leider die zo’n deal aanvaardt, wordt dezelfde dag per revolutie afgezet.
Ook op middellange termijn heeft Poetin momenteel goede vooruitzichten. Als Donald Trump volgend jaar aan de macht komt in de Verenigde Staten, zal Rusland met meer comfort kunnen onderhandelen dan Oekraïne, dat dan zijn voornaamste bondgenoot dreigt te verliezen. Zelfs als Trumps onberekenbaarheid ook Rusland de nodige koppijn zou bezorgen, zullen de VS onder Trump vooral met zichzelf bezig zijn, en minder geneigd zijn om zich in te zetten voor de Oekraïense zaak. Als Rusland en Oekraïne bij een eventueel presidentschap van Trump aan tafel gaan zitten, is Poetins onderhandelingspositie een stuk beter.
Oekraïne heeft geen reden om Rusland te vertrouwen
Oekraïne heeft bovendien onaangename ervaringen met de manier waarop Rusland onderhandelingen aanpakt en akkoorden honoreert. In het Boedapestmemorandum van 1994 beloofde Rusland Oekraïne niet aan te vallen als het zijn kernwapenarsenaal zou afstaan. In de NATO Russia Founding Act van 1997 ging Rusland ermee akkoord dat het geen beslissingsrecht had om een veto te stellen tegen nieuwe leden.
Ook de Minskakkoorden van 2015, opgetuigd om de door Rusland opgevoerde oorlog in Oost-Oekraïne te ontmijnen, bleven dode letter. Rusland erkende nooit dat het betrokken partij was en trok nooit zijn troepen terug, terwijl Oekraïne evenmin aanstalten maakte om Donetsk en Loehansk te herintegreren in zijn staatsstructuur. In Kiev leeft nog steeds de bezorgdheid dat die regio’s als een soort Trojaans paard zouden fungeren, waarbij Rusland elke vorm van toenadering tot het Westen en Europa kan blokkeren.
Heel even, in maart 2022, waren er wel degelijk vredesgesprekken, maar ze leidden tot niets. In aanloop naar die gesprekken had Zelensky gesuggereerd dat Oekraïne bereid was om af te zien van NAVO-lidmaatschap en wilde hij praten over een mogelijk ‘compromis’ over de door Rusland bezette Krim en Donbas. Alleen stelden de Oekraïners aan de onderhandelingstafel vast dat hun Russische tegenhangers geen ernstige voorstellen formuleerden en geen mandaat van hogerhand hadden om echt te onderhandelen.
Bovendien bleef het Russische leger tijdens de gesprekken onverminderd aanvallen. De ontdekking van de Russische slachting in de stad Boetsja bezegelde elke hoop op vredesgesprekken. Dat Poetin de Russische soldaten die in Boetsja moordden en plunderden kort daarop onderscheidde voor hun dienst, zag Oekraïne – niet onterecht – als een goedkeuring.
Bovendien heeft Rusland Donetsk, Loehansk, Zaporizja en Cherson in september 2022 geannexeerd, waardoor ze volgens de Russische wet tot Rusland behoren. Volgens de Russische grondwet mag de Russische president onder geen beding Russische grondgebied afstaan. Los van de vaststelling dat niet elk deel van de Russische grondwet even religieus wordt nageleefd, is het een duidelijk statement: Rusland geeft zijn veroveringen niet op zonder strijd.
Een staakt-het-vuren helpt Rusland
Aan een staakt-het-vuren heeft Oekraïne weinig tot niets. Een tijdelijk bestand zou Rusland de mogelijkheid geven te herbewapenen, extra soldaten te trainen en met hernieuwde krachten aan te vallen. Het geeft Rusland bovendien de mogelijkheid om zijn grip op de bezette gebieden te versterken en de plaatselijke bevolking verder te russificeren.
De gevolgen werden in de beginmaanden pijnlijk duidelijk. Toen werden tienduizenden inwoners van de door Rusland bezette gebieden Loehansk en Donetsk onder dwang gemobiliseerd om nauwelijks bewapend en zonder enige vorm van training tegen het Oekraïense leger te vechten. De gebeurtenissen laten diepe trauma’s na en zullen decennia vergen om te helen.
Er is geen reden om aan te nemen dat Rusland genoegen zal nemen met de vier extra regio’s. Sowieso heeft Rusland geen van de vier regio’s volledig onder controle. Officieel heeft het het doel geformuleerd om het volledige grondgebied van die oblasten te heroveren. Maar ook dan is het onduidelijk of Rusland daarmee voldoende zal hebben. Toen het op 24 februari 2022 de aanval inzette, had Rusland duidelijk de intentie om Kiev te bereiken en de regering uit te schakelen. Er is geen reden om aan te nemen dat Poetin ondertussen van dat doel afstand heeft genomen.
Bovendien neemt vooral Oekraïne risico’s door een gevechtspauze te aanvaarden. Na 2014 werd al duidelijk dat de aandacht voor Oekraïne, dat toen al aangevallen werd door Rusland, snel verdwijnt wanneer er een wapenstilstand wordt uitgeroepen. Zelfs als de oorlog in Oost-Oekraïne sinds 2014 eigenlijk nooit echt gestopt is, vonden veel westerse landen het conflict een onaangename afleiding, waaraan ze liever geen aandacht besteedden. Aan Oekraïense kant leeft de vrees dat een staakt-het-vuren de militaire steun stilaan zou doen opdrogen, waardoor het bij een nieuwe aanval tegen een beter voorbereid Rusland veel kwetsbaarder zou zijn.
Geen veiligheidsgaranties
Maar de voornaamste reden voor het gebrek aan echte vredesonderhandelingen, is de vraag wat er nadien komt. Vanuit Oekraïne klinkt de vraag ongeveer als volgt: hoe krijgt Oekraïne de bindende garantie dat Rusland niet opnieuw zal aanvallen? Vanuit Rusland klinkt de vraag: hoe kan Rusland verhinderen dat Oekraïne een succesvolle, zelfstandige, westersgezinde staat wordt?
Beide vragen tonen meteen het voornaamste probleem aan van de huidige patstelling. Het lijkt vrijwel onmogelijk om beide doelen met elkaar te verzoenen.
Nochtans is de vraag van die veiligheidsgaranties het grote vraagstuk. Het is de harde les die Oekraïne uit het mislukte Boedapestmemorandum van 1994 heeft getrokken: zonder harde garanties is het te kwetsbaar voor Russische agressie. Sinds de Maidanrevolutie van 2014 ziet Oekraïne NAVO-lidmaatschap als de ultieme veiligheidsgarantie. Alleen heeft het daarvoor een lange weg te gaan, is het onduidelijk of NAVO-landen unaniem met de toetreding van Oekraïne zullen instemmen, en is het nagenoeg onmogelijk om toe te treden zolang Oekraïne territoriale geschillen heeft met Rusland. Het is bovendien ook duidelijk dat Rusland weinig zin heeft in zo’n scenario.
Garanties liggen langs aan kanten moeilijk. Er zijn maar weinig landen die staan te springen om harde garanties te geven, zeker wanneer dat betekent dat ze in theorie in direct conflict met Rusland zouden treden.
Er bestaat vaag een idee om een soort minibondgenootschap op te tuigen, waarin enkele landen samen de veiligheid van Oekraïne zouden waarborgen. Landen als de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Turkije worden genoemd als mogelijke beschermstaten.
Maar tegelijk is het onduidelijk of de politieke instabiliteit van die drie landen zo’n oplossing niet in de weg zit. Een realistischer scenario is wat Zelensky vorig jaar al het Israëlscenario noemde, waarbij Oekraïne een vrijwel permanent gemobiliseerde staat wordt die met militaire steun vanuit het Westen zodanig sterk wordt dat Rusland er nog niet aan denkt om opnieuw aan te vallen.
Maar ook hier geldt het probleem dat voor Rusland elke échte veiligheidsgarantie voor Oekraïne onbespreekbaar is. Fundamenteel wil het huidige Russische regime niet dat Oekraïne zijn eigen weg gaat. Het is een trieste realiteit: zolang Vladimir Poetin president is, zullen Rusland en Oekraïne in een of andere vorm van conflict met elkaar verwikkeld zijn.
Oorlog in Oekraïne: alles wat u moet weten
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier