Waarom de huidige demonstraties in Iran verschillen van eerdere protesten

De 22-jarige Mahsa Amini kwam om het leven nadat ze was opgepakt door de religieuze politie voor overtreding van de islamitische kledingvoorschriften. © getty images

Iraniërs protesteren al tientallen jaren tegen de keiharde repressie, vrouwenonderdrukking en het wanbeheer van het regime in Teheran. Expert Midden-Oostenpolitiek Naser Ghobadzadeh legt uit waarom de huidige demonstraties anders zijn dan eerdere protesten.

Iran is opnieuw het schouwtoneel van hevige politieke en burgerlijke onrust. De huidige protesten – veroorzaakt door de dood van de 22-jarige Mahsa Amini na haar arrestatie door de zedenpolitie – zijn de laatste in een reeks andere manifestaties die de afgelopen jaren in Iran hebben plaatsgevonden.

Dus wat is er nieuw aan deze burgeropstand? Dit zijn drie belangrijke manieren waarop deze protesten anders zijn.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

1. De publieke steun voor deze protesten lijkt groter en wijder verspreid

Aan de basis van deze laatste demonstraties ligt de Iraanse zedenpolitie, die tot taak heeft strikte codes rond kleding en gedrag af te dwingen.

De zedenpolitie arresteerde Mahsa Amini eerder deze maand omdat ze haar hijab te los droeg. Ze is vervolgens in hechtenis overleden. Haar familie zegt dat ze is geslagen, een bewering die de overheid en politie ontkent. 

Wat er ook is gebeurd, de zaak Amini heeft geleid tot een vloedgolf van publieke woede over het gedrag van de zedenpolitie. Horden demonstranten eisen dat vrouwen het recht krijgen om te kiezen wat ze dragen.

De woede die deze diverse groep voelt over de overheidsinmenging in de persoonlijke levenssfeer heeft een passende uitlaatklep gevonden in de huidige protesten.

Sinds het begin van de jaren tachtig, toen de heersende clerus de macht consolideerde door oppositiegroepen uit te schakelen, vormen sociale controle en strikte regels rond levensstijl de kern van hun beleid.

De bemoeienis van de overheid met het privéleven van haar burgers was ooit nóg veel doordringender, omvangrijker en strenger. Zo vonden er bijvoorbeeld willekeurige huiszoekingen plaats om videorecorders en schotelantennes op te sporen. 

Na verloop van tijd werden dergelijke beperkingen (tot op zekere hoogte) versoepeld. Voor vrouwen blijven de regels echter zeer discriminerend. De do’s-en-don’ts opgelegd door de overheid worden nog steeds streng gehandhaafd. De Iraanse overheid blijft vrouwen fundamentele rechten ontzeggen. Het debat over de hoofddoek en vrouwenkleding is daar slechts een zichtbare uiting van.

Behalve dat ze neerbuigend en vernederend zijn, maken deze voorschriften het dagelijks leven buitengewoon moeilijk voor een groot aantal vrouwen. Vrouwen die het bovendien vaak niet eens zijn met de geestelijkheid.

Tegenwoordig is het moeilijk om iemand in Iran te vinden die niet minstens één keer is lastiggevallen door de mollahs (Iraanse clerici, red.) op een of andere manier. Dat is de reden waarom – in vergelijking met eerdere demonstraties in Iran – het aantal mensen dat de huidige protesten steunt vrij hoog en wijdverbreid lijkt. Mensen komen op straat in grote en kleine steden, in arme en rijke buurten.

2. De protesten worden geleid door vrouwen

In tegenstelling tot eerdere protesten in Iran lopen vrouwen voorop bij deze demonstraties.

Vrouwenrechten staan centraal bij deze protesten, terwijl eerdere opstanden meer gericht waren op economische of bredere politieke kwesties.

De overheidsinmenging in het privéleven van burgers – vooral van vrouwelijke burgers – is deze keer de bron van de volkswoede. Tot nog toe lijkt de overheid het zeer moeilijk te hebben om haar beleid uit te leggen op een manier die voor veel mensen overtuigend is.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

3. De moed van de demonstranten is ongekend

In Iran op straat komen om tegen de overheid te demonstreren, houdt altijd een enorm persoonlijk risico in. Maar de huidige demonstranten hebben al een aantal ongewoon dappere dingen laten zien. Hun onverschrokkenheid is ongezien.

Sommige vrouwen hebben hun hoofddoek afgedaan of in brand gestoken op straat. Anderen hebben hun haar in het openbaar geknipt.

https://twitter.com/AlinejadMasih/status/1571134616974790656/video/1

In veel video’s lijkt de oproerpolitie er niet in te slagen de menigte uiteen te drijven. In sommige gevallen drijven demonstranten de politie zelfs terug.

Ook de omvang van de individuele demonstraties en de mate van woede is ongebruikelijk.

Zullen deze protesten blijvende verandering brengen?

Dat is nog veel te vroeg om te zeggen. De Iraanse leiders hebben de voorbije decennia keer op keer aangetoond dat ze niet geïnteresseerd zijn in het toegeven aan de eisen van de bevolking.

Het regime is daarentegen misschien bang dat toegeven aan demonstranten alleen maar tot verdere eisen zou leiden, en op termijn zelfs haar ondergang zou kunnen veroorzaken.

En hoewel de huidige demonstraties wijdverbreid zijn, zijn ze ook gefragmenteerd. 

Er is geen garantie dat de verschillende demonstraties die in verschillende steden aan de gang zijn, zich zullen kunnen verenigen rond één enkele coherente beweging.

De demonstraties worden eveneens gehinderd door het ontbreken van een samenhangend leiderschap. Ook lijkt elke vorm van doordachte, methodische organisatie te ontbreken.

Of deze protesten nu wel of niet tot betekenisvolle hervormingen leiden, ze hebben de ayatollahs ongetwijfeld schade toegebracht.

Misschien is de belangrijkste prestatie van deze generatie demonstranten de toch al afnemende legitimiteit van de Islamitische Republiek, zowel nationaal als internationaal.

Dit artikel is eerder verschenen bij IPS-partner The Conversation.

Partner Content