Vlaming in Odessa ziet raket inslaan op 300 meter van zijn flat: ‘Nauwelijks twee minuten om een schuilkelder te bereiken’

Odessa werd de afgelopen week meermaals onder vuur genomen. © AFP via Getty Images
Jeroen Zuallaert

Guy De Smet, Vlaming in Odessa, ziet hoe de situatie in de Oekraïense havenstad verslechtert. ‘Vanaf mijn terras zie ik hoe drones worden neergehaald.’

‘Onze jongens zijn aan het terugschieten’, zegt Guy De Smet terwijl hij de glazen wand van zijn appartementsterras vasthoudt. ‘Je voelt het glas trillen. Ik vermoed dat ze drones hebben gespot en die nu neerhalen.’

Op het eerste gezicht lijkt de ochtend in Odessa zich vredig te voltrekken, toont De Smet wanneer we elkaar spreken via videoverbinding. De zon schijnt, de temperatuur is aangenaam, op de Zwarte Zee lopen graanschepen de haven binnen. Schijn bedriegt, weet De Smet, een Vlaming die ondanks de oorlog nog altijd in Odessa woont. De voorbije weken wordt de cruciale Oekraïense havenstad geregeld onder vuur genomen door het Russische leger. Deze week alleen al waren er drie raketaanvallen, waarbij in totaal negen Oekraïners om het leven kwamen.

Op maandag sloeg een ballistische raket in op een park aan de kuststad, nauwelijks 300 meter van het appartement waar De Smet met vrouw en kind woont. Daarbij vloog een opleidingsinstituut, in Odessa genoegzaam bekend als het ‘Harry Potterkasteel’, in brand. ‘Het was een geluid zoals we dat in meer dan twee jaar oorlog nog niet gehoord hadden,’ vertelt De Smet. ‘Dit is een residentiële wijk vol appartementsblokken. De bombardementen hadden echt slechter kunnen aflopen.’

Wanneer Rusland Shahed-drones naar Odessa stuurt, nemen we nauwelijks nog de moeite om dekking te zoeken.

Het is ondertussen bijna vaste routine geworden, vertelt hij. ‘Eerst krijgen we via de gsm door dat er een alarm is. Daarna wordt doorgaans gespecificeerd: is het een ballistische raket of een drone? Als het een ballistische raket is, sta je eigenlijk machteloos. Er is geen luchtafweer die de raketten kan onderscheppen. Als een raket vanaf de Krim wordt afgevuurd, duurt het een minuut vooraleer die Odessa bereikt. Bij de raket die hier om de hoek insloeg, zaten amper twee minuten tussen het alarm en de impact. Als je op de 22e verdieping woont zoals wij, raak je nooit in de schuilkelder.’

‘Het is vreemd hoe snel je gewend raakt aan de voortdurende dreiging. Wanneer Rusland Shahed-drones naar Odessa stuurt, nemen we nauwelijks nog de moeite om dekking te zoeken. Vanaf mijn terras zie ik dan hoe ze neergehaald worden. De Oekraïners noemen ze spottend mopeds, omdat ze een beetje als een brommer klinken wanneer ze voorblijvliegen.’

Nu er met toenemende regelmaat raketten worden afgevuurd, neemt De Smet wel voorzorgsmaatregelen. ‘Als het overdag is, zoeken we toch de schuilkelder op. We passen ons aan de situatie aan. We hebben de kamer tussen de gang en de keuken ingericht zodat onze dochter ’s nachts toch een beetje kan slapen. Het is de enige kamer die drie volle muren heeft en toch ver genoeg van de ramen ligt.’

De aanvallen hebben impact, weet De Smet. ‘Tot drie dagen geleden bleven supermarkten gewoon open tijdens luchtaanvallen. Dit keer werd alles onmiddellijk gesloten. Odessieten zijn voorzichtiger geworden.’

Mijn tienjarige dochter krijgt les vanuit de schuilkelder. Het is verre van ideaal.

Het is moeilijk om niet de hele tijd met de oorlog bezig te zijn, geeft De Smet toe. ‘Ik probeer mijn tienjarige dochter van sociale media weg te houden. Ook zij schuimt voortdurend Telegramkanalen af om te lezen wat er gebeurt. Zoals alle Oekraïense kinderen heeft ze ondertussen al vier jaar gebrekkig onderwijs. Tijdens covid was er online les, wat echt niet vanzelfsprekend was. Tegenwoordig krijgt ze voortdurend les vanuit de schuilkelder. Het is verre van ideaal.’

Een van de weinige gebeurtenissen die de Oekraïners hoop geven, zijn de grootschalige straatprotesten in de Georgische hoofdstad Tblisi, waar duizenden burgers op straat komen om te protesteren tegen de nieuwe wet die ngo’s aan banden wil leggen. ‘Het is enorm bemoedigend dat zo veel Georgiërs het aandurven om in opstand te komen’, aldus De Smet. ‘Ook zij vechten tegen Russische invloed. Het geeft ons het gevoel dat we er toch niet alleen voor staan. Iedereen supportert hier voor de Georgiërs.’

De Russische president Vladimir Poetin benadrukte in het verleden al dat Odessa een ‘Russische stad’ is. Het is een uitspraak die De Smet, net als andere Odessieten, uiterst wantrouwig maakt. ‘Op 7 mei is er Poetins inauguratie als president. Op 9 mei is het Dag van de Overwinning, de parade waarmee Rusland de overwinning op nazi-Duitsland herdenkt. Dat maakt me ongerust. Poetin is bijzonder gevoelig aan zulke datums. Ik vrees dat er ons nog het een en ander te wachten staat.’

Partner Content