Ilse Ceulemans
‘Verantwoordelijkheid, Vertrouwen, Solidariteit: het Agreekment heeft de betekenis ervan verschoven’
Toen het ‘Agreekment’ bereikt was, rolden de woorden ‘verantwoordelijkheid, ‘vertrouwen’ en ‘solidariteit’ over het scherm. Maar de betekenis ervan bleek verschoven, en dus ook de wereld, schrijft vertaalster Ilse Ceulemans.
Eindelijk. Een akkoord. En niet zomaar een. Een grakkoord, zei de een. Een agreekment, zei iemand anders. Ik keek, luisterde, en was verbaasd.
Niet alleen over de verbale mogelijkheden van dit akkoord, maar ook over de nieuwe invulling van eeuwenoude, bestaande woorden die ik ineens hoorde.
Neem nu het woord ‘verantwoordelijkheid‘. Ik denk dat ik het nog vaker hoorde dan ‘grakkoord’. Ook Marianne Thyssen zei dat Griekenland haar verantwoordelijkheid moet opnemen. Om dit te illustreren, zei ze: ‘Er gaan hervormingen komen. De Grieken gaan dat voelen. En dat gaat niet leuk zijn.’
Hé! Raar. Ik heb altijd iets anders geleerd over verantwoordelijkheid. Ik leg dat even uit. Ik heb twee broers. Een oudere en een jongere. Toen ik klein was, zei mijn moeder altijd tegen de oudste: ‘Jij moet je verantwoordelijkheid opnemen. Je moet voor je zusje en broertje zorgen, als wij er niet zijn. Zorg dat hen niks overkomt. Zorg dat ze op tijd iets eten. Wees de lieve, grote broer.’
Dat is zoals ik het geleerd heb, over verantwoordelijkheid: zorgen dat de ander niks overkomt. Omdat jij de oudste bent. Of omdat je simpelweg meer weet.
Maar wat ik op televisie hoorde, was toch iets anders. Om even in de kindertijd te blijven: dit deed me denken aan een kindje dat een ander kind pest: ‘Ik ga je pijn doen. Jij gaat dat voelen. En het gaat niet leuk zijn.’
Foei, Marianne, mijn mama zou boos zijn als ze terugkwam van haar werk en je zo bezig hoorde.
Toen kwam het woord ‘vertrouwen‘ over het scherm rollen. Eerst uit de mond van Angela Merkel. Ze had een lichte tremolo in haar stem toen de term weergalmde. Maar opnieuw was ik vooral verbaasd. Opnieuw dacht ik: dit woord wordt hier toch vreemd gebruikt.
Want laten we weer even naar de kindertijd verhuizen. Stel, we staan op de speelplaats. Wat je dan, als kind, vooral wilt, is erop vertrouwen dat je mag meespelen met de andere kindjes. Maar dan ineens is er dat Duitse kind dat zegt: ‘Néé, jij mag niet meer meedoen. Jij krijgt de Grexit.’ En even later: ‘Of ja, je mag tóch meedoen, als ik je pijn mag doen.’
Je verliest dubbel, want de andere kinderen zien jou nu als iemand die de Grexit verdient en zullen wel eens twee keer nadenken voor ze je aanduiden voor trefbal. En bovendien heb je nog die nijdige klap van de Duitse te verwachten.
Ik stel het simplistisch voor, het is veel ingewikkelder dan dat, maar de term ‘vertrouwen’ impliceert een engagement dat van twee kanten komt. Zo heb ik het geleerd, en zo staat het in het woordenboek. Echt.
Tenslotte hoorde ik ook nog, ietwat stiller, geluiden die samen het woord ‘solidariteit‘ vormden. De eurolanden willen solidair blijven met Griekenland. Zeggen ze.
Ik geef even mee hoe, pakweg, Wikipedia solidariteit omschrijft: ‘Solidariteit betekent dat de leden van een groep een gemeenschappelijk belang onderschrijven, ten gunste van de groepsleden, maar soms ten koste van zichzelf. Het kan daarmee bijdragen aan de sociale cohesie.’
‘Verantwoordelijkheid, Vertrouwen, Solidariteit: het Agreekment heeft de betekenis ervan verschoven’
Soms ook ten koste van zichzelf. Zo staat het er dus. Echt.
Verantwoordelijkheid. Vertrouwen. Solidariteit.
Het zijn drie woorden die ik op één avond letterlijk zag ‘verschuiven’ qua betekenis. Met het verschuiven van die betekenis, verschuift ook mijn wereld.
Ik dacht terug aan hoe ik, 13 jaar geleden, op een nieuwjaarsochtend met een brak feesthoofd de koffiekoeken betaalde met spiksplinternieuwe euro’s. Hoe ik de blinkende stukken bewonderde in mijn portemonnee.
Nu, jaren later, weet ik dat diezelfde munt een héél scherp randje heeft.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier