Turkse tanks hebben in noorden van Syrië een Koerdische stad gebombardeerd. Intussen heeft Buitenlandse Zaken het reisadvies naar Turkije verstrengd.
Turkse tanks hebben het dorp Zur Maghar in de provincie Aleppo in het noorden van Syrië gebombardeerd, dat in handen is van de Koerden. Zeker vier ‘met de Koerden geallieerde Arabische rebellenstrijders’ werden gewond. Dat meldden de Beschermingseenheden van het Koerdische Volk (YPG). De voorbije dagen had het Turkse leger al Koerdische stellingen (van de verboden partij PKK) in Iraaks Koerdistan en stellingen van de terreurbeweging Islamitische Staat (IS) in Syrië bestookt.
‘In plaats van plaatsen in handen van IS aan te vallen, vallen ze onze verdedigingslijnen aan’, reageerde YPG in een communiqué. De beweging eist dat het Turkse leger zich ‘houdt aan de internationale richtlijnen.’
Reisadvies verscherpt
Nu het conflict in Syrië zich alsmaar meer laat voelen in de grensstreek tussen Turkije, Syrië en Irak raadt de FOD Buitenlandse Zaken alle niet-essentiële reizen af naar 15 provincies in het zuidoosten van Turkije. ‘Verwacht kan worden dat de onveiligheid niet zal afnemen, wel integendeel’, aldus Buitenlandse Zaken.
Morgen vergadert Turkije met alle 28 NAVO-leden over de luchtaanvallen in het noorden van Irak. Deze bijeenkomst komt er op vraag van Turkije die willen praten over artikel 4 van het NAVO-verdrag dat gaat over bedreigingen voor de nationale veiligheid van een lidstaat. NAVO-secretaris-generaal Jens Stoltenberg liet echter weten dat Ankara niet gevraagd heeft om militaire steun van de alliantie. Dat hoeft volgens Stoltenberg ook niet, want ‘Turkije beschikt over een groot en sterk leger.’
De NAVO-baas herinnerde er voorts aan dat het bondgenootschap sinds begin 2013 al actief is in Zuidoost-Turkije met het ontplooien van Patriot-raketten als bijdrage aan de ‘bescherming van het Turkse luchtruim.’ (Belga/AVE)
