De linkse partij Syriza komt als groot triomfator uit de vervroegde parlementsverkiezingen van zondag in Griekenland.
Na telling van ruim een derde van de stemmen staat de partij van de charismatische Alexis Tsipras op 36,5 procent van de stemmen. Het Euro-kritische linkse verbond kan daarmee hopen op 149 tot 151 zetels in de Voelia. Die paar zetels kunnen een wereld van verschil betekenen: voor een absolute meerderheid in het parlement zijn 151 van de 300 zetels nodig.
De tot dusver regerende conservatieven van Nea Dimokratia eindigen op 27,7 procent, goed voor 76 zetels. Vergeleken met de exitpolls, die de partij van ontslagnemend premier Antonis Samaras 23 tot 27 procent gaven, valt die uitslag nog mee voor hen. De strijd om de derde plaats lijkt gewonnen te worden door de rechtsextremisten van Gouden Dageraad die, hoewel een aantal van hun leiders achter slot en grendel zitten, met 6,3 procent – mijlenver achter de twee eersten – 17 zitjes in de Voelia veroveren.
De Gouden Dageraad gaat net de pro-Europese centrumpartij To Potami (De Rivier) vooraf: 5,9%, goed voor 16 zetels. Pas op vijf en zes volgen weer “linkse” partijen: de communisten van de KKE doen met 5,6 procent (15 zetels) hun intrede in de Voelia, terwijl de onthoofde Pasok, decennialang “incontournable” in Griekenland, terugvalt op een schamele 4,8 procent (13 zetels).
Ook de rechtspopulistische Onafhankelijke Grieken (Anexartitoi Ellines), bestaande uit dissidenten van de Nea Dimokratia onder leiding van Panos Kammenos, blijven nog overeind, al dalen zij van 10,6 procent in 2012 naar 4,7% (13 zetels).
Nog dramatischer verliep de stembusgang voor de voormalige premier Giorgios Papandreou. Die verliet onlangs Pasok om een nieuwe partij op te richten, de Beweging van Sociaaldemocraten. Veel beweging weekte de zoon van langdurig premier Andreas niet los: met 2,4 procent van de stemmen (0 zetels) blijft de partij onder de drieprocentsdrempel.
(Belga/TE)
