Rwandese intimidatie in België: de incidenten stapelen zich op

Kristof Clerix
Kristof Clerix Onderzoeksjournalist

België stuurde vorig jaar een duidelijk signaal naar de Rwandese geheime dienst: het moet afgelopen zijn met de spionage en intimidaties op ons grondgebied. Dat blijkt uit een onderzoek van Knack, Le Soir en de RTBF in samenwerking met het journalistencollectief Forbidden Stories.

Aan de rand van de Brusselse Matongéwijk ligt het Afrikaanse restaurant L’Horloge du Sud. In een gelambriseerd jarentwintiginterieur serveert het Congolese en Senegalese specialiteiten. Maar het restaurant fungeert ook als Afro-Belgische ontmoetingsplek. Het is hier dat de Britse journaliste Michela Wrong op 23 mei 2023 haar boek over Rwanda, Do Not Disturb, zou presenteren. Dat liep niet bepaald volgens plan (zie tijdslijn onderaan het artikel).

‘De organisator van het event nam de dag voordien plots contact met me op’, vertelt Michela Wrong. ‘Hij zei dat de restauranteigenaar klachten had ontvangen van medestanders van het Rwandese regime in België maar ook dreigmails en anonieme telefoontjes uit Rwanda zelf.’ Wrong werd ervan beschuldigd een genocide-ontkenner te zijn – een verwijt dat critici van het regime in Kigali wel vaker voor de voeten wordt geworpen.

Gevolg: L’Horloge du Sud trok zijn staart in. Missie geslaagd. ‘Uiteindelijk is de bijeenkomst verplaatst naar een nieuwe locatie in het centrum van Brussel’, zegt Wrong. ‘De organisatoren merkten op dat drie mannen – ze zagen er Rwandees uit – kwamen opdagen die vroegen naar de “genocideontkenner”, maar zij zijn de deur gewezen. We gaan ervan uit dat zij de meeting wilden saboteren.’

Gepantserde Mercedes

Het voorval roept herinneringen op aan de passage van een andere buitenlandse journaliste in Brussel, de ­Canadese Judi Rever. Toen zij in juli 2014 onderzoek kwam doen voor een boek over het Rwandese regime stond de Staatsveiligheid haar op te wachten aan haar hotel. ‘U maakt voorwerp uit van een ernstige dreiging.’ Aan Het Belang van Limburg vertelde Rever dat de ­bedreiging uitging van de Rwandese ambassade in ­België. Tijdens haar hele verblijf in Brussel kreeg de journaliste bescherming van twee bodyguards van de Staats­veiligheid én werd ze rondgereden in een gepantserde Mercedes.

Kort daarvoor had Rever een verontrustend ­artikel gepubliceerd over Faustin Twagiramungu, een voormalige Rwandese premier die in België in ballingschap leefde. Ook die man kreeg in ons land bescherming: acht politieagenten bewaakten zijn huis in de periode dat de Rwandese president Paul Kagame op bezoek was in Brussel. En enkele jaren later kreeg ook journalist Serge Ndayizeye van de Belgische politie te horen dat zijn leven hier in gevaar was, toen hij vanuit de VS was afgezakt om een bezoek van Kagame te verslaan.

Rwandezen ­be­togen voor de ­vrijlating van ­oppositieleider ­Victoire Ingabire Umuhoza, 2012. Kagame is de kop van Jut. © BELGAIMAGE

Grondstoffenroof

Het voorbije decennium stapelden aan Rwanda gelinkte incidenten zich op in ons land: intimidaties en bedreigingen, geweld tegen demonstranten, lastercampagnes op sociale media, inmenging in politieke processen, de inzet van spyware en zelfs een (mislukt) moordcomplot. Gedurende zes maanden werkten Knack, Le Soir en de RTBF samen met het journalistencollectief Forbidden Stories om de zogenoemde ‘Rwandese transnationale repressie’ ­tegen opposanten te onderzoeken. Daarmee zetten 50 journalisten uit 11 landen het werk voort van hun Rwandese collega John Williams Ntwali, die in januari 2023 in Rwanda in verdachte omstandigheden omkwam.

We slaagden erin een twintigtal incidenten van de voorbije tien jaar op Belgisch grondgebied te verifiëren, via getuigenissen van betrokkenen, klachten ingediend bij de politie of documenten uit officiële onderzoeken. Liet België dat allemaal zomaar gebeuren?

De context is natuurlijk van belang: in 1994 was de internationale gemeenschap er niet in geslaagd om in Rwanda – een voormalig Belgisch mandaatgebied – de ­genocide tegen Tutsi’s te voorkomen. Het regime dat daarna aantrad, is nog altijd aan de macht. Waarnemers beschuldigen het Rwandese leger ervan actief te zijn in het grondstofrijke Oost-Congo, waar een van de ­ergste humanitaire crisissen ter wereld plaatsvindt. Rwanda verwijt Congo niet op te treden tegen geno­cidairs die het nog steeds op Tutsi’s gemunt hebben, terwijl Kigali op zijn beurt beschuldigd wordt van grondstoffenroof. En voor België is een oplossing vinden voor de crisis in Oost-Congo een van dé prioriteiten van het buitenlandbeleid. Dan moet je de gesprekslijnen met Rwanda wel openhouden.

Klap tegen hoofd

Dinsdag 5 juni 2018. Paul Kagame mag op audiëntie komen bij koning Filip naar aanleiding van de Euro­pese Ontwikkelingsdagen. Voor de ingang van Tour & Taxis in Brussel hebben aanhangers van de president zich verzameld. Maar ook tegenstanders zijn op de kaaien samengekomen. Omstreeks 13.30 uur komt ook Charles Ndereyehe aan, een Rwandese dissident die asiel kreeg in Nederland en door Rwanda wordt ­beschuldigd van oorlogsmisdaden.

Het bedrijf achter de Pegasus-spyware laat weten dat het ‘sinds 2021 geen actieve klanten heeft in Rwanda’.

‘Ik zag drie mannen aan de overkant van de weg staan’, staat te lezen in een proces-verbaal dat de ­Nederlandse politie opstelde toen Ndereyehe later aangifte deed van mishandeling. ‘Ik zag dat de mannen de weg overstaken en naar ons toegelopen kwamen. Ik hoorde dat een van de mannen in het Kinyarwanda tegen ons sprak. Hij vroeg aan ons of wij voor de ­demonstratie kwamen. (…) Meteen nadat ik de vraag met ja beantwoord had, keek ik opzij naar mijn vrouw en uit het niets kreeg ik een klap tegen mijn hoofd.’ Aan onze collega’s van de krant NRC vertelde Ndereye dat hij na de aanval nog twee jaar lang oogheelkundige behandelingen moest ondergaan, en dat niemand voor het ­incident is opgepakt.

Een gelijksoortig voorval in de marge van een eerder bezoek van Kagame aan Brussel staat beschreven in een artikel dat Jambo in 2019 publiceerde. Die Brusselse vzw is opgericht om projecten te organiseren voor ‘vrede, rechtvaardigheid, samenleven en ontwikkeling’ in de regio van de Grote Meren. Door aanhangers van Kagame worden de Jambo-leden smalend ‘de zonen en dochters van genocidairs’ genoemd. Dat toont hoe gepolariseerd het klimaat nog altijd is binnen de Rwandese diaspora – in België zo’n 30.000 mensen –, waarin grote onderlinge achterdocht heerst. Soms ­terecht: volgens onze informatie is Jambo geïnfiltreerd door het Rwandese regime.

De knokploeg van de ambassade

Het Jambo-artikel beschrijft een incident in het ­Brusselse Warandepark. ‘Een twintigtal personen omringden ons’, aldus een voormalige voorzitter van Jambo. ‘Beetje bij beetje begonnen ze ons te bedreigen, sommigen haalden messen boven om ons te intimideren.’ ­Volgens Jambo was dat het werk van een ‘interventiegroep’, die in 2014 zou zijn ‘opgericht als een officieuze veiligheids- en inlichtingendienst in opdracht van de Rwandese autoriteiten in Europa’.

De groep wordt rechtstreeks vanuit de Rwandese ambassade in Brussel geleid door ‘G.N.’, beweert Jambo. Volgens onze informatie is dat een inlichtingen­officier van de Rwandese geheime dienst NISS. Uit ons onderzoek blijkt dat de interventiegroep effectief bestaat – of minstens actief is gewéést: een fluïde netwerk van gelijk­gestemden die demonstraties en bezoeken van Rwandese politici monitoren en incidenten veroorzaken ­tijdens betogingen. En inderdaad: de groep is ingezet door de Rwandese ambassade.

Verder worden Rwandese inlichtingenactiviteiten in België uitgevoerd onder de dekmantel van diplomaten, studenten, taxichauffeurs en oppositieleden. Serge ­Lipszyc, voorzitter van het Comité I (dat de Belgische inlichtingendiensten controleert), stelt in een interview met de RTBF zelfs dat ambtenaren van de EU, het OCMW en de Dienst Vreemdelingenzaken hun loyauteit aan landen zoals Rwanda tonen door informatie over individuen in België door te spelen aan de geheime diensten van die landen.

Pegasus-spyware

Belaging van kritische stemmen gebeurt ook via ­elektronische weg. Sporen van Pegasus-spyware – ontwikkeld door de Israëlische NSO Group – zijn aangetroffen op vijf smartphones in België, gelinkt aan Rwanda. Het land ontkent formeel dat het Pegasus heeft ingezet. Maar de militaire inlichtingendienst ADIV achtte het ‘vrijwel zeker’ dat de telefoons van ex-VRT-journalist Peter Verlinden en zijn echtgenote ‘zijn gecompromitteerd door, of in opdracht van, de Rwandese overheid’. Voormalig minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès (MR) riep de Rwandese ambassadeur daarover op het matje, en bij het federaal parket loopt nog altijd een onderzoek naar de case.

Onze Israëlische mediapartner Haaretz achterhaalde dat de Rwandese klant van NSO Group na onze Pegasus Project-onthullingen uit 2021 de toegang tot de spyware heeft verloren. Het bedrijf laat weten over ‘vermeende specifieke klanten’ niets te ­kunnen bevestigen of ontkennen. ‘Wel willen we benadrukken dat NSO sinds 2021 geen actieve klanten heeft in Rwanda.’

Daarnaast zijn er de lastercampagnes op sociale ­media. Onder meer Rwanda-kenner en emeritus hoogleraar Filip Reyntjens kreeg al te maken met online intimidatie van X-trollen. Een van die klavierhelden is Olivier Nduhungirehe, ambassadeur van Rwanda in Nederland. Volgens Belgische speurders gaat hij ook schuil achter het X-account @Ndoligitare, dat belastende tweets over Verlinden verstuurde. In 2019 ­diende Verlinden een klacht in wegens onder meer laster en eerroof. Ook dat onderzoek loopt nog.

Ook voormalig VRT-journalist Peter Verlinden en zijn partner Marie Bamutese werden vrijwel zeker slachtoffer van Rwandese spionage. © ID/ Stefaan Temmerman

Doodseskaders

In haar boek Do Not Disturb beschrijft de Britse journaliste Michela Wrong hoe het Rwandese regime ­Patrick Karegeya liet ombrengen, de ex-topman van de Rwan­dese buitenlandse inlichtingendienst die naar Zuid-Afrika was gevlucht. Volgens Guy Rapaille, voor­malig voorzitter van het Comité I, zijn Rwandese doods­eskaders ook in Europa actief. Wij vonden geen bewijs dat ze ook in ­België moorden op hun kerfstok hebben. Al lijkt het er wel op dat moordcomplotten zijn ­gesmeed. Neem Paul Rusesabagina, bekend van de film Hotel ­Rwanda en ­vorig jaar vervroegd vrijgelaten door Kigali na een veroor­deling voor terrorisme (zie blz. 72). Hij stelt dat hij in 2018, toen hij nog in Kraainem woonde, informatie over zo’n moordplan ­tegen hem ontving. Maar het federaal parket laat weten dat het onderzoek naar de doodsbedreigingen tegen Rusesabagina geen potentiële daders heeft geïdentificeerd en is afgesloten.

‘Clandestiene activiteiten’

In 2012 riep het Comité I de Belgische inlichtingendiensten op om meer oog te hebben voor spionage binnen de diaspora’s van landen als Marokko, Turkije en Rwanda. Volgens onze informatie hebben de Staatsveiligheid en de ADIV het voorbije decennium de Rwandese 007’s wel degelijk in de gaten gehouden – al was dat in de jaren van acute terreurdreiging geen ­prioriteit.

‘Rwanda is vooral geïnteresseerd in het tegengaan van wat het beschouwt als “genocide-ideologie”’, klinkt het bij goed geïnformeerde overheidsbronnen. ‘Dat is een vrij brede term die alles kan omvatten van uiteenlopende verhalen over de genocide tegen de Tutsi’s tot politieke oppositie tegen de huidige regering. Dat kan tot op zekere hoogte een legitiem doel zijn, maar de acties van de Rwandese staat hebben clandestiene activiteiten met zich meegebracht die ­onaanvaardbaar zijn. Die omvatten acties tegen de Rwandese dia­spora in België – van actieve monitoring tot gewelddaden – maar ook pogingen om de Belgische politieke en ­publieke opinie te beïnvloeden.’

De ADIV waarschuwt wel voor paranoia binnen de Rwandese diaspora. ‘Hoewel er onaanvaardbare Rwandese activiteiten zijn geweest op Belgische bodem, bestaat er ook een tendens binnen de diaspora om kwaadaardige gebeurtenissen of overlijdens ten onrechte toe te schrijven aan de acties van de Rwandese inlichtingendiensten.’

De aanwezigheid van Rwandese inlichtingenofficieren is volgens de ADIV relatief beperkt. Niet zonder reden: ‘Veel activiteiten worden uitgevoerd door ad-hocnetwerken van individuen, van wie velen geen formele band hebben met de Rwandese staat. Hun ­acties zijn dan ook makkelijk te ontkennen.’

De maat is vol

De ADIV stelt dat ze in nauwe samenwerking met haar binnenlandse partners de activiteiten van de Rwandese inlichtingendiensten en hun ad-hocnetwerken nauwlettend blijft volgen. Ze onderstreept dat alle betrokken Belgische instellingen hetzelfde perspectief hanteren: ‘Een betere relatie met Rwanda zou zeer welkom zijn, maar vereist dat Rwanda zich onthoudt van acties die deze relatie ondermijnen.’

De ADIV zegt dat ze optreedt als dat nodig is. ‘Dat kan onder meer inhouden dat we informatie doorgeven aan het federaal parket. Maar het kan ook openhartige gesprekken met onze Rwandese collega’s omvatten.’ Volgens onze informatie is dat laatste ook gebeurd. In overleg met Buitenlandse Zaken en de inlichtingendiensten zou de Rwandese diplomatie zijn aangesproken op de inmengingsactiviteiten in België. Meer nog: het ­thema is ook in Rwanda aangekaart door generaal-­majoor Stéphane Dutron, sinds begin dit jaar officieel de nieuwe topman van ADIV.

‘In oktober 2023 heb ik in Kigali een zeer open ­gesprek gehad met de twee Rwandese inlichtingendiensten, waaronder de NISS’, bevestigt Dutron aan Knack. ‘Als de referentiedienst voor buitenlandse ­inlichtingen is het voor ADIV van belang om goede werkrelaties te onderhouden met buitenlandse ­partners. Maar is het ook onze taak om, samen met partners, toe te zien op on­gewenste activiteiten van buitenlandse diensten op Belgische bodem. Als designated head of service (Dutron was op dat moment al aangewezen als nieuwe topman, nvdr.) vond ik het nodig om daar zeer duidelijke afspraken over te maken. We kunnen het verleden niet uitwissen, maar als de obstakels weggenomen worden, staat niets een constructieve relatie in de weg.’

Volgens Dutron heeft Kigali het signaal begrepen: ‘We zijn voorzichtig positief over wat we sindsdien observeren op ons nationaal grondgebied: de boodschap lijkt duidelijk te zijn overgekomen.’

De Staatsveiligheid geeft geen commentaar. ­G.N., ambassadeur Nduhungirehe en de Rwandese ambassade reageerden niet op onze vragen in het kader van wederhoor.

Rwanda Classified

Dit artikel maakt deel uit van het onderzoeksproject ‘Rwanda Classified’. Gedurende zes maanden werkten Knack, Le Soir en de RTBF samen met het journalistencollectief Forbidden Stories om de zogenoemde ‘Rwandese transnationale repressie’ tegen opposanten te onderzoeken. Daarmee zetten 50 journalisten uit 11 landen het werk verder van de Rwandese collega John Williams Ntwali, die in januari 2023 in Rwanda omkwam in verdachte omstandigheden.

Partner Content