Oorlogsdocu For Sama toont ziekenhuisleven in Aleppo: ‘We zouden samen leven en samen sterven’
Vanuit een door haar man geleid ziekenhuis in Aleppo filmde de jonge moeder Waad Al-Keteab vijf jaar lang de gruwel van de Syrische oorlog. Tot ook zij op de vlucht moesten. ‘Assad en zijn medestanders zijn misdadigers van de ergste soort.’
Op de eerste beelden die Waad Al-Kateab, in 2011 nog een vrij zorgeloze en hoopvolle studente, in Aleppo maakt van de opstand tegen de Syrische president Bashar al-Assad, kladden medestudenten slogans als ‘vrijheid’ op de muren van de universiteit. Niet lang daarna filmt ze hoe burgers van Aleppo de lijken van tientallen doodgemartelde opposanten van het regime uit de rivier halen. De bevriende arts en activist Hamza, haar latere echtgenoot, getuigt in de scène dat ze zijn gedood met een schot in het hoofd. Vijf jaar lang zal Waad de Syrische oorlog doorlopend blijven filmen, tot aan haar gedwongen evacuatie uit Aleppo in 2016, wanneer het regeringsleger van Assad de stad met steun van de Russen opnieuw in handen krijgt.
In die vijf jaar worden Waad en Hamza verliefd, ze trouwen, en ze verhuizen naar Oost-Aleppo, dat in handen is van de rebellen en dus geldt als ‘vrij gebied’. ‘Eindelijk een thuis’, vertelt Waad in de documentaire For Sama. Daarin is in het begin te zien hoe Hamza en zijn vrienden met eigen handen een ziekenhuis bij elkaar improviseren. Hamza en Waad nemen er uiteindelijk zelfs hun intrek. Hun eerste dochter, Sama, wordt er geboren. En gaandeweg verliezen ze er tientallen vrienden en medestanders als gevolg van de aanhoudende bombardementen.
Ik dacht niet na over wat ik zou doen met de uren beeldmateriaal. Ik dacht dat ik toch snel dood zou zijn.
For Sama is een oorlogsdocumentaire opgevat als een videoboodschap van een jonge moeder aan haar pasgeboren dochter. Waad Al-Kateab vertelt erin over haar angst en twijfels, of ze er wel goed aan heeft gedaan om daar, in die gruwelijke omstandigheden, een kind op de wereld te zetten. Ze doet verslag vanuit een van de laatste ziekenhuizen in Aleppo, dat elke dag opnieuw het doelwit is van aanvallen door het Syrische leger en Russische gevechtsvliegtuigen. Homevideo-achtige beelden van het gezin Al-Kateab worden afgewisseld met onverdraaglijke beelden van stervende kinderen en wanhopige vaders en moeders. In 2016, bij hun gedwongen evacuatie uit Aleppo, smokkelt Waad op twaalf harde schijven haar beeldmateriaal het land uit. In het Verenigd Koninkrijk maakt ze er een film van, die overal vijfsterrenrecensies oogst en geldt als een mijlpaal in het genre van de oorlogsdocumentaire. Knack sprak met het koppel Waad en Hamza Al-Kateab via Zoom, in Londen, waar ze in 2017 asiel hebben gekregen.
Waarom was het zo belangrijk voor u om alles om u heen te filmen?
Waad Al-Kateab: Zelfs toen ik in 2016 uit Aleppo vertrok, had ik geen idee wat ik met mijn beelden zou doen. Maar het was me wel van in het begin duidelijk aan welke kant van de geschiedenis ik wilde staan. We hadden letterlijk ons hele leven op een Syrische revolutie gewacht, net als onze ouders. Vóór de opstand uitbrak, was ik van plan om na de universiteit naar Duitsland te emigreren. Ik kende Hamza toen nog niet, maar hij had precies hetzelfde plan. Dat was heel gewoon voor onze generatie. Iedereen droomde over het land waar hij of zij heen zou gaan als we waren afgestudeerd. Wij hoopten in Syrië helemaal nergens op. Het hele systeem was corrupt en werd gecontroleerd door het Assadregime en het leger. Toen de revolutie begon, begrepen we dat dit onze enige kans was om iets te veranderen en dat we ze met beide handen moesten grijpen. Dus begon ik te protesteren, en al heel snel ook te filmen met mijn telefoon. Dat deden veel activisten. We moesten wel, het regime ontkende alles: de protesten, de vermoorde opposanten… Beelden waren belangrijk om de wereld en ook de Syriërs zelf te laten zien wat er gaande was. En dus bleven we posten, via YouTube en Facebook. Sommigen van ons gingen samenwerken met buitenlandse nieuwszenders. Maar we waren ook op ieder moment bang dat het regime onze communicatiekanalen zou afsnijden. Dan zou niemand nog bewijzen hebben. Dat was al eens gebeurd na het bloedbad dat het leger in opdracht van vader Assad in 1982 in Hama had aangericht. Wat mezelf betreft: ik filmde gewoon alles wat met mij, Hamza, Sama en het ziekenhuis gebeurde, net als alle grote gebeurtenissen in Aleppo. Hoe erger de situatie werd, hoe belangrijker om te blijven filmen. Nadenken over wat ik met dat vele beeldmateriaal zou doen, deed ik niet. Ik dacht dat ik toch snel dood zou zijn. Maar net zoals bij veel van onze gestorven vrienden zou mijn beeldarchief na mijn dood een getuigenis zijn.
Hoe erger de situatie werd, hoe belangrijker om te blijven filmen.
U leidde in Oost-Aleppo het enige nog overblijvende ziekenhuis. Hoe hield u dat vol?
Hamza Al-Kateab: (lacht) Zeggen dat de situatie in het ziekenhuis moeilijk was, is de werkelijkheid tekortdoen. Het was extreem intens. We probeerden in shiften te werken, maar dat werd gaandeweg onmogelijk, want ons hele medische team was op het einde van de belegering in 2016 nog maar acht mensen sterk. Na elk nieuw bloedbad was het dus alle hens aan dek, in de spoedkamer, in de operatiezaal. Als manager van het ziekenhuis moest ik bovendien in alle logistiek proberen te voorzien: brandstof voor de elektrische generatoren, zuurstof, medicatie. We hadden geen idee hoelang de belegering zou duren, dus we wisten niet hoelang we bijvoorbeeld nog met de voorraad pijnstillers zouden moeten rondkomen. De stad werd de klok rond gebombardeerd en beschoten. Dag en nacht werden er gewonden naar het ziekenhuis gebracht. Daarnaast had je ook de gewone zieken, mensen met diabetes, chronische ziekten of hoge bloeddruk, die ook nergens anders meer terecht konden.
Wie For Sama bekijkt, kan zich alleen maar afvragen: wat voor regime voert luchtaanvallen uit op burgers en ziekenhuizen?
Hamza Al-Kateab: Assad en zijn medestanders kun je in mijn ogen zelfs geen regime noemen. Het zijn schurken, misdadigers van het ergste soort, die denken dat Syrië hen toebehoort en dat dit ze het recht geeft om het even wat te doen, tot en met het inzetten van chloorgas tegen burgers.
De documentaire is een soort videobrief aan Sama, waarin haar moeder probeert uit te leggen waarom haar ouders in Aleppo zijn gebleven, ondanks de gevaren en ondanks het feit ze de kans hadden om te vertrekken.
Waad Al-Kateab: Een belangrijke reden waarom we zijn gebleven, was precies de herinnering aan de begindagen van de revolutie. Het gevoel dat we hadden tijdens die vreedzame demonstraties, toen we allemaal samen op straat zongen voor vrijheid en waardigheid, gaf ons de motivatie om tot het einde te blijven vechten. Ook toen de situatie steeds erger werd en de droom van vrijheid vervloog. Wij voelden ook een grote verantwoordelijkheid tegenover de inwoners van Aleppo.
Zeker in het begin van de opstand, toen de grens met Turkije nog open was, was het heel gemakkelijk om vanuit Aleppo naar Europa te reizen. Maar als dokter en hoofd van het ziekenhuis kon Hamza natuurlijk niet zomaar vertrekken. Zelf begon ik dankzij mijn camera, het platform dat sociale media boden en contacten met buitenlandse journalisten, ook te voelen dat ik iets nuttigs kon doen. We konden Aleppo de rug niet toekeren. Je ziet ook in elk shot van Aleppo hoeveel gewone burgers, hoeveel vrouwen en kinderen, er in die jaren nog in de stad woonden. Het ging niet om een strijd tussen twee legers, maar om de strijd van een leger tegen een stad met onschuldige mensen, en wij maakten daar deel van uit. Hamza en ik hadden ook afgesproken dat we onder alle omstandigheden als gezin samen zouden blijven. We zouden samen leven en samen sterven. Natuurlijk was Aleppo geen veilige plek om een kind op te voeden, maar het was juist voor de toekomst van Sama en van onze tweede dochter, Taima, van wie ik zwanger was tijdens de evacuatie in 2016, dat we de strijd voor een vrij Syrië niet wilden opgeven.
Het ging niet om een strijd tussen twee legers, maar om de strijd van een leger tegen een stad met onschuldige mensen
Een dokter zegt in de film, nadat opnieuw een stervend kind het ziekenhuis is binnengebracht: ‘Kinderen hebben hier niets mee te maken.’
Hamza Al-Kateab: Kinderen hebben hier zeker niks mee te maken, maar de realiteit is dat het regime uitgerekend wijken met burgers onder vuur nam. We zeiden in Aleppo weleens dat de frontlinies de veiligste plekken waren om te leven. Veel gezinnen gingen er dan ook wonen, die zones werden zelden gebombardeerd. Ziekenhuizen, scholen, bakkers en hulpposten, waar bijvoorbeeld voedselpakketten werden uitgedeeld, werden daarentegen doorlopend aangevallen. Alsof Assad het de inwoners onmogelijk wilde maken om nog in Aleppo te wonen. Blijven was een daad van verzet. Ook daarom zijn we na een bezoek aan mijn ouders in Turkije teruggekeerd, zelfs al was de finale belegering er begonnen. Daarom hield iedereen er ook van om in het ziekenhuis te werken, ondanks de gevaren en de barre omstandigheden. Niet alleen om medische zorg te kunnen verlenen, maar ook als een daad van protest tegen de dictator.
Hoe kijken jullie naar de internationale gemeenschap, die het doden van onschuldige burgers in Syrië niet heeft weten te voorkomen?
Waad Al-Kateab: Bij de leiders van de westerse wereld was en is de wil om iets voor Syrië te doen volstrekt afwezig. De Amerikaanse president Donald Trump verklaarde vorig jaar: ‘Ik wilde Assad wel vermoorden, maar mijn raadgevers hebben me dat afgeraden.’ Dat valt natuurlijk moeilijk ernstig te nemen. Parlementen en regeringsleiders van landen als Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hebben Assad sinds 2012 keer op keer veroordeeld. Waar wachten jullie op, heb ik me vaak afgevraagd. Iedereen weet dat Assad, met de steun van Russische gevechtsvliegtuigen, bloedbad na bloedbad aanricht onder zijn eigen bevolking. Maar niemand onderneemt iets en het blijft bij loze woorden.
Heeft de aanwezigheid van de IS en andere moslimextremisten, die de opstand tegen Assad deels hebben gekaapt, jullie zaak niet ernstig bemoeilijkt?
Waad Al-Kateab: De clashes met IS-strijders in Aleppo hebben een maand of vijf geduurd. Terwijl het verhaal van de opstand in Aleppo en de herovering door het Syrische regeringsleger vijf jaar, van 2011 tot 2016, heeft geduurd. En toch blijft de buitenwereld het maar hebben over de Islamitische Staat en Aleppo, terwijl de wreedheid van de islamitische extremisten niets was in vergelijking met de wreedheid van het regime. Natuurlijk vormt de IS een ernstige bedreiging, maar wel een bedreiging die Assad zelf mee heeft gecreëerd. De aanwezigheid van de IS kwam sommige wereldleiders ook goed uit. Zo hoefden ze geen verantwoordelijkheid meer te voelen voor wat er met ons gebeurde.
Trouwens, ook de IS ontvoerde Syrische activisten. Mijn neef, bijvoorbeeld. Sinds 2013 hebben we niets meer van hem vernomen. Zo zijn er minstens 50 gevallen bekend in Aleppo. De IS deed dus hetzelfde als het regime, maar de wereld zag alleen Assad versus de IS. Dat klopt niet. Eigenlijk steunden ze elkaar in alles. Ze hadden dezelfde doelen voor ogen: geen vrijheid en geen democratie.
Het mooie huis dat jullie in Aleppo hadden gekocht, is op het eind van de documentaire aan flarden geschoten. Jullie wilden helemaal niet weg uit Syrië, maar moesten uiteindelijk wel vluchten. Hoe realistisch achten jullie een terugkeer binnen afzienbare tijd?
Hamza Al-Kateab: Op de korte termijn zie ik dat zeker niet gebeuren. Hopelijk kan de film opnieuw wat bewustwording creëren bij de publieke opinie, want de oorlog in Syrië, die doorgaat tot op de dag van vandaag, lijkt totaal vergeten.
Burgerschapsprijs voor Waad Al-Kateab
Journalist en regisseur Waad Al-Kateab (haar achternaam is een pseudoniem om haar familie in Syrië te beschermen) ontvangt dit jaar de Burgerschapsprijs van de Stichting P&V. Die prijs wordt sinds 2005 jaarlijks uitgereikt aan personen in België of het buitenland die zich inzetten voor ‘een open, tolerante en democratische samenleving.’
Waad Al-Kateab werd geboren in 1991 in Syrië. In 2009 verhuisde ze naar Aleppo om er economie te gaan studeren, maar haar studie werd onderbroken door de Syrische revolutie en de daaropvolgende oorlog. Als burgerjournaliste deed ze met haar camera gedurende vijf jaar verslag van de oorlog voor Channel 4 News. Nadat ze in 2016 met haar gezin uit Syrië naar het Verenigd Koninkrijk was gevlucht, ging ze samen met de bekende documentairemaker Edward Watts aan de slag met de 500 uren beeldmateriaal die ze uit Aleppo had meegesmokkeld. De oorlogsdocumentaire For Sama sleepte al verschillende internationale filmprijzen in de wacht. For Sama had eind oktober bij ons op het grote scherm te zien moeten zijn. In afwachting van de heropening van de filmzalen kan de documentaire worden gestreamd via Cinema Bij Je Thuis, Dalton.be en Sooner.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier