Op een vergadering in de Wit-Russische hoofdstad Minsk hebben de regering van Oekraïne en vertegenwoordigers van de afscheidingsgezinde rebellen een ‘vredesmemorandum’ ondertekend. Er komt een gedemilitariseerde zone van 30 kilometer, zo werd onder meer beslist. Over de latere status van het rebellengebied werd ‘niet gesdiscussieerd’.
Sinds 5 september is er een bestand van kracht in Oekraïne dat ondanks herhaalde schendingen toch standhoudt.
Aan het topoverleg in Minsk namen vier partijen deel. Oekraïne, met gewezen president Leonid Koetsjma, de “separatisten” met Aleksandr Zachartsjenko, Rusland, met de ambassadeur in Oekraïne, Michail Zoerabov, en OVSE (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa) met ambassadrice Heidi Tagliavini .
De vergadering begon te laat, liep uit, duurde uiteindelijk 7 uur, maar werd met een deelakkoord, of zoals de onderhandelaars het noemden “een memorandum van vrede” afgesloten.
Huurlingen
Drie belangrijke punten werden bekend: er komt een gedemilitariseerde zone van 30 kilometer – het zwaar geschut wordt aan elke kant 15 kilometer teruggetrokken. OVSE-monitoren zullen op de naleving van deze regeling toezien.
Er zullen niet langer militaire vluchten boven Oost-Oekraïne plaatsvinden.
En beide kampen verbinden zich ertoe de buitenlandse huurlingen weg te sturen. Dat laatste slaat voornamelijk op de Russische troepen, die volgens Oekraïne vechten aan de zijde van de rebellen.
Zachartsjenko zei na afloop van de vergadering dat er niet over het statuut van de rebellengebieden was overlegd. “Wij hebben ons idee, Oekraïne heeft het zijne”. Oekraïne had eerder autonomie voorgesteld voor het oosten van het land.
(Belga/RR)
