Na de val van Assad: de Syrische vluchtelingen zijn nog niet weg
De val van het Assad-regime in Syrië brengt ook in België een debat op gang over de wenselijkheid van de terugkeer van de vele duizenden Syrische vluchtelingen.
Damascus was zaterdagavond nog niet helemaal ingenomen toen de leiding van de Syrische opstandelingen zich via Telegram rechtstreeks tot de miljoenen gevluchte landgenoten richtte: ‘To the displaced all over the world, a free Syria awaits you.’ Die oproep was bedoeld om te onderstrepen dat het nieuwe regime alle Syriërs wil verenigen. Daar bestaat namelijk twijfel over, gezien de nog recente banden van de leidende groep opstandelingen met de terroristen van Al Qaida. De overgrote meerderheid van de uitgeweken Syriërs verblijft in buurlanden Libanon en Turkije. Velen wachtten het einde van de ongeregeldheden niet af en trokken zondag al de grens met Syrië over, op weg naar de steden en dorpen van waaruit ze soms al jaren geleden vertrokken waren. Ook op de VRT kwamen ‘Belgische Syriërs’ vertellen dat ze nu al uitkeken naar de terugkeer naar hun land, ‘als de tijd er rijp voor is’.
Sociale media
Zo veel geduld hebben talloze opiniemakers op sociale media niet. Zeker in landen waar extreemrechts sterk staat, werd de Syriërs al een behouden terugreis toegewenst. ‘Heeft men nu een luchtbrug ingelegd om al die juichende Syriërs hier naar hun thuisland terug te brengen?’ vroeg Vlaams Parlementslid Stefaan Sintobin van het Vlaams Belang zich af.
‘Heeft men nu een luchtbrug ingelegd om al die juichende Syriërs hier naar hun thuisland terug te brengen?’
Vlaams Parlementslid Stefaan Sintobin van Vlaams Belang
Meer gezaghebbende stemmen uit conservatieve hoek zeggen vaak hetzelfde, zij het beleefder. Advocaat Fernand Keuleneer: ‘Wie nu publiek het omverwerpen van Assad viert, en vanwege Assad hier verblijf kreeg, moet zijn conclusie trekken.’
Collectieve uitzetting
De Syrische gemeenschap hoeft nochtans niet te vrezen dat er snel druk op haar zal worden uitgeoefend om te vertrekken, althans niet door de overheid. Het internationale recht laat zo’n collectieve operatie niet toe. Artikel 19 van het Handvest van de Europese Unie zegt het klaar en duidelijk: ‘Collectieve uitzending is verboden.’ Dat geldt dus ook voor de Syriërs die in België verblijven.
Ruben Wissing, onderzoeker migratierecht aan de Universiteit Gent, legt uit hoe het werkt. ‘Het idee achter het beschermd statuut voor vluchtelingen is dat als het land van herkomst niet meer bereid is is om een individu bescherming te bieden, een andere staat dat overneemt. Over het verlenen van die nieuwe bescherming wordt altijd individueel geoordeeld. Daarom is de bescherming in principe tijdelijk: als de staat van herkomst opnieuw functioneert, vervalt de plaatsvervangende bescherming. Maar ook de opheffing van die bescherming gebeurt individueel, en pas na grondig onderzoek. Opheffing kan bijvoorbeeld omdat iemand zich opnieuw vestigt in zijn staat van herkomst, en de omstandigheden daar duurzaam verbeterd zijn.’
Thuisland
In België heeft de federale overheid of de staatssecretaris voor Asiel en Migratie zelfs niets te zeggen over goed- of afkeuringen van zulke bescherming. Die beslissing is toevertrouwd aan een onafhankelijk orgaan, het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS). De toekenning van de bescherming is de eerste vijf jaar tijdelijk, pas daarna definitief. In die eerste vijf jaar blijft de Dienst Vreemdelingenzaken bevoegd. Ten slotte is nog een andere overheidsdienst, Fedasil, bevoegd voor de organisatie van het verblijf van de asielzoekers. Daaronder valt ook de eventuele terugkeer.
Het gaat om best veel mensen. Na het uitbreken van de Syrische Oorlog in 2011 duurt het even voor de Syriërs de weg naar België vonden. Ruben Wissing: ‘We zien dat overal. Eerst blijven de meeste vluchtelingen in de buurt: ze hopen snel naar huis terug te kunnen keren. Na een paar jaar kiezen ze voor de lange termijn en betere omstandigheden: meer veiligheid, betere sociaal-economische kansen.’
‘Eerst zal grondig worden nagekeken of de nieuwe Syrische staat opnieuw de veiligheid van haar burgers kan garanderen.’
Ruben Wissing, onderzoeker migratierecht aan de UGent
In 2012 zijn er in België goed 1000 uit Syrië, in 2015 piekt dat tot 10.415. Daarna schommelt het cijfer tussen de 1000 en 3000, waarna het vanaf 2022 weer begint te stijgen. Tot en met oktober dit jaar waren er al 4725 aanvragen behandeld, waarvan 78,8 procent met positief resultaat. Op dit moment behandelt het CGVS nog 2350 dossiers van Syriërs.
Van die laatste groep heeft het CGVS nu beslist om, aldus woordvoerder Olivier Brasseur, ‘gezien de snelle ontwikkelingen, de aanvragen on hold te zetten tot de situatie duidelijker wordt.’ Dat geldt ook voor nog te verwachten nieuwe aanvragen van Syriërs die al vertrokken waren in eigen land toen niets liet vermoeden dat het Assad-regime zo snel zou verdwijnen.
Dat gaat dus over nieuwe dossiers, niet over de Syriërs die hier al ongeveer tien jaar verblijven. Een stelselmatige opheffing van bestaande bescherming staat (nog) niet op de agenda. Wissing: ‘De bestaande lijst van echt “veilige landen” is zeer kort. Daar zal Syrië niet op terechtkomen. Eerst zal grondig worden nagekeken of de nieuwe Syrische staat opnieuw de veiligheid van haar burgers kan garanderen. Daarvoor moeten landen onder meer een rechtsstaat zijn die de democratische beginselen respecteert, de mensenrechten structureel naleeft, vluchtelingen beschermt en een effectieve rechtsbescherming heeft. Dat zal niet snel gebeuren.’
Roeptoeters
‘En zelfs als het beschermingsstatuut zou worden opgeheven, is je verblijfsrecht daarom nog niet ingetrokken’, voegt Wissing eraan toe: ‘Die beslissing komt toe aan de Dienst Vreemdelingenzaken, die rekening zal houden met de integratie in België en de sociale netwerken in Syrië. En zowel tegen beslissingen van het CGVS als van de DVZ kan de asielzoeker in beroep gaan.’
Dus als de Syriërs in groten getale terugkeren naar het eigen land, zal dat in de eerste plaats gebeuren omdat zij dat zelf willen. De Belgische overheid kan hen daartoe eigenlijk niet dwingen. Laat staan de roeptoeters van de sociale media.