‘Met de huidige politieke wil verdubbelt de aanvaardbare klimaatopwarming ‘
Dramatisch onvoldoende. Dat zeggen negentig wetenschappers van het toonaangevende VN-klimaatpanel IPCC in een nieuw rapport over de huidige plannen van wereldregeringen om klimaatverandering in te dijken. Knack sprak met hoofdauteur en klimaatwetenschapper Elmar Kriegler. ‘We moeten nu reageren.’
Aan de vooravond van nieuwe klimaatonderhandelingen in Polen trekt het wetenschappelijk VN-klimaatpanel (Intergovernmental Panel on Climate Change) in een nieuw rapport aan de alarmbel: een halve graad meer klimaatopwarming bedreigt tientallen miljoenen mensen meer met extreme hittegolven, watertekorten en overstromingen.
De 195 deelnemende landen van de klimaatconferentie van Parijs in 2015 vroegen klimaatwetenschappers het verschil te onderzoeken tussen een opwarming van 1,5 en 2 graden Celsius. Meer dan negentig wetenschappers uit veertig verschillende landen onderzochten ook de voorgestelde klimaatambities van die landen.
Het VN-klimaatpanel voorspelde de klimaatverandering die zou voortkomen uit de huidige klimaatambities. Het verdict is bikkelhard.
Alle plannen samen zouden de opwarming van de aarde ‘ver onder twee graden Celsius moeten houden, en liefst zelfs onder 1.5 graden’. Daarom vroegen de regeringen het IPCC wat er zou gebeuren als de aarde 1,5 graden zou opwarmen, en hoe ze de opwarming tot 1,5 graden zouden kunnen beperken.
Het IPCC bekeek de plannen en voorspelde de klimaatverandering die eruit zou voortkomen. Het verdict is bikkelhard: zwaar onvoldoende.
‘Onder de huidige klimaatambities zal de opwarming 1,5 graden ver overstijgen,’ waarschuwt Elmar Kriegler, klimaatwetenschapper aan het Potsdam Instituut voor onderzoek naar klimaatverandering in Berlijn en een van de hoofdauteurs van het IPCC-rapport.
‘De huidige plannen leiden tot het tweevoud van de uitstoot die toegestaan is om de opwarming tot 1,5 graden te beperken.’ Het rapport concludeert dat met de huidige klimaatbeleidsplannen de opwarming van de aarde zelfs zal toenemen tot 3 graden tegen 2100.
1,5 graden opwarming is een cruciale grens die niet overschreden mag worden. Maar: sinds de negentiende eeuw, de start van de industriële revolutie, is de temperatuur al met één graad gestegen. De huidige opwarming laat zich al voelen in extreme weersverschijnselen, een stijgende zeewaterspiegel en smeltende ijskappen op de polen en smeltend gletsjerijs elders.
Halve graad wereld van verschil
Een halve graad warmer mag dan wel verwaarloosbaar lijken, volgens het IPCC is het onmiskenbaar een wereld van verschil.
Zo zou een opwarming van ‘slechts’ 1,5 graden – in plaats van 2 – ervoor kunnen zorgen dat de zeespiegel 10 centimeter minder stijgt tegen 2100, waardoor 10 miljoen mensen minder getroffen zullen worden. Die stijging kan overigens niet meer worden tegengehouden, dus het afremmen ervan is absoluut noodzakelijk om kwetsbare regio’s zoals eilanden en kustgebieden de tijd te geven om zich aan te passen.
Ook onder de zeespiegel zal de impact van twee graden opwarming enorm zijn: 99 procent van de koraalriffen zou verdwijnen.
Ook onder de zeespiegel zal de impact enorm zijn. Koraalriffen zijn de grootste slachtoffers van de opwarming van de aarde, en zullen met 70 tot 90 procent afnemen bij een opwarming van 1,5 graden. Wordt het twee graden warmer, dan verdwijnt meer dan 99 procent .
Ook andere extreme weersverschijnselen zullen drastisch toenemen in frequentie en intensiteit, zoals hevige regenval in verschillende regio’s en droogte op andere plekken. Met overstromingen en hittestress tot gevolg.
Alle directe en indirecte gevolgen van de klimaatverandering samengenomen, kan het beperken tot 1,5 graden in plaats van 2 graden opwarming ervoor zorgen dat er honderden miljoenen mensen minder getroffen zullen worden tegen 2050.
Die halve graad kan bepalend zijn in het verminderen van het aantal hittedoden, ziekten overgedragen door muggen en andere parasieten, of luchtwegenaandoeningen veroorzaakt door ozon. Bovendien betekent een halve graad minder opwarming minder voedselschaarste en de halvering van het aantal mensen dat getroffen zal worden door watertekort.
Opwarming kan nog voorkomen worden
Een opwarming van 1,5 graden kan echter nog voorkomen worden, dat is het goede nieuws. ‘De huidige uitstoot van broeikasgassen zal niet leiden tot een opwarming van 1,5 graden’, zegt Kriegler, ‘Alles hangt af van de emissies die er nog bijkomen. We moeten dus nu reageren, want dat zal bepalen of we onder de 1,5 graden zullen blijven of niet.’
Naast technologische zijn ook gedragsveranderingen nodig: minderen van vleesconsumptie en kiezen voor lokale en seizoensgebonden fruit en groenten.
Om onder 1,5 graden opwarming te blijven moeten emissies beperkt worden met 45 procent tegen 2030 en moet de wereld CO2-neutraal worden tegen 2050. ‘Alle sectoren moeten samenwerken,’ benadrukt Kriegler, ’te beginnen met het koolstofvrij maken van de energiesector, waarbij hernieuwbare energiebronnen een erg belangrijke rol zullen spelen.’
‘Tegelijkertijd moeten ook andere sectoren aan hun CO2-neutraliteit werken,’ gaat Kriegler verder, ‘door sneller op elektriciteit over te stappen – zeker als deze al CO2-vrij is – zoals bijvoorbeeld het transport.’
Het rapport benadrukt dat in de industrie snelle, ingrijpende en ongeziene veranderingen noodzakelijk zijn: zo zal het niet volstaan om louter energie-efficiëntiemaatregelen toe te passen.
‘Bovendien hebben we niet alleen technologische veranderingen, maar ook gedragswijzigingen nodig,’ voegt Kriegler toe: onder meer het verkleinen van onze ecologische voetafdruk door het minderen van vleesconsumptie of kiezen voor lokale en seizoensgebonden fruit en groenten.
‘Uiteindelijk moeten alle landen en alle sectoren CO2-neutraal worden,’ besluit Kriegler, ‘het werkt niet als alleen de helft meedoet.’
C02 uit de lucht halen
Maar zelfs als we het volledige technologische arsenaal inzetten, zullen we er niet in slagen alle uitstoot te stoppen tegen 2050. Vandaar dat het IPCC pleit voor technieken die CO2 uit de lucht halen, van bebossing tot opslag bij bijvoorbeeld bio-energieproductie.
Het volledige technologische arsenaal zal nodig zijn om klimaatverandering in te dijken.
Ook al is de grootschalige toepassing van deze technieken nog nooit eerder gebeurd, nemen sommige landen en regio’s nu al het voortouw. We hebben simpelweg geen keuze meer.
‘Aangezien de doelen zo ambitieus zijn,’ onderstreept Kriegler, ‘hebben we álle technieken nodig om de klimaatverandering aan te pakken.’
Supervervuilers
Naast CO2 moeten ook de zogenaamde supervervuilers of kortlevende klimaatvervuilers, zoals roet, methaan, stikstof en koelstoffen worden aangepakt. ‘Dat zou niet alleen voordelen voor het klimaat opleveren, maar ook voor de mens, omdat zulke broeikasgassen gezondheidsproblemen veroorzaken,’ zegt Kriegler.
Dit rapport zal een duidelijke stempel drukken op de klimaatconferentie (COP) in het Poolse Katowice in december, waar regeringen het Parijsakkoord zullen herzien om de klimaatverandering aan te pakken. ‘Het rapport stuurt een sterk signaal naar de conferentie,’ verduidelijkt Kriegler. ‘Als alle landen zich enkel naar de huidige beloftes schikken en geen ingrijpendere maatregelen invoeren, zullen we tegen 2030 een opwarming van 1,5 graden bereiken.’
Bovendien zal het rapport niet alleen het internationale maar ook het nationale debat moeten sturen. ‘Er zijn nu al landen die hun klimaatambities zullen herzien naar aanleiding van het rapport,’ zegt Kriegler, ‘zoals Duitsland.’
Het is nog mogelijk, maar alles hangt af van de volgende stap. ‘De regeringen en de Verenigde Naties hebben ons gevraagd om het rapport op te stellen,’ zeggen de auteurs tijdens de persconferentie, ‘We hebben onze plicht als wetenschapper vervuld door hen het bewijs te leveren. Het is nu hun job en verantwoordelijkheid om hiernaar te handelen. Het is aan hen!’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier