Mensenrechtenactivist Paul Rusesabagina (Hotel Rwanda): ‘Niemand kan mij het zwijgen opleggen’
In zijn eerste interview met Europese media sinds hij in maart 2023 werd vrijgelaten uit de Rwandese gevangenis blikt mensenrechtenactivist Paul Rusesabagina terug op de bedreigingen tijdens zijn ballingschap in België en zijn tijd achter de tralies in Rwanda. ‘Ik weet dat er op een dag democratie zal komen in Rwanda. Als ik er dan nog ben, waarom zou ik dan geen politieke rol op me nemen?’
Paul Rusesabagina (69) werd wereldberoemd door de Hollywoodfilm Hotel Rwanda. Die verhaalt hoe de manager van Hôtel des Mille Collines tijdens de Rwandese genocide in 1994 het leven van 1268 Hutu’s en Tutsi’s redde. Sinds de release van de film in 2004 groeide Rusesabagina – inmiddels Belgisch staatsburger – uit tot een prominent criticus van de Rwandese president Paul Kagame.
En toen gebeurde plots het ondenkbare – opnieuw materiaal voor een filmscenario. In de zomer van 2020 stapte Rusesabagina in Dubai op een vliegtuig met bestemming Burundi. Maar het toestel landde onverwachts in Kigali, waar Rusesabagina werd gearresteerd door de Rwandese autoriteiten. In september 2021 kreeg hij in Rwanda een gevangenisstraf van 25 jaar op beschuldiging van terrorisme. Nadat hij Kagame in een brief om gratie vroeg, werd hij in maart vorig jaar vervroegd vrijgelaten.
U bent inmiddels ruim een jaar terug op vrije voeten. Hoe gaat het met u?
Paul Rusesabagina: Een van de belangrijkste lessen die ik in mijn leven heb geleerd, is om nooit op te geven. Want als je dat doet, help je je tegenstanders. Ik ben van jongs af aan altijd opgekomen voor waar ik in geloofde. Nu ben ik bijna 70 jaar. Ik zal niet veranderen. Dus het gaat goed met mij, steeds beter.
Het was de hel. Ze bonden me vast. Ze sloegen met hun vuisten en benen op mijn hele lichaam en stapten met hun militaire laarzen in mijn nek.
Dit is uw eerste interview met Europese media sinds uw vrijlating uit de Rwandese gevangenis. Wat is uw belangrijkste boodschap voor het Europese publiek?
Rusesabagina: Toen ik in 1994 de genocide in Rwanda meemaakte, heb ik iedereen opgebeld die ik in Europa kende: de Belgische overheid, het Elysée in Frankrijk… Ik wilde dat de wereld zich zou bemoeien met wat er gebeurde, om levens te redden. Maar Europa sloot zijn ogen en oren en deed niets. En wat zien we vandaag? De dansers zijn veranderd, maar de muziek en de dans zijn hetzelfde gebleven. De dans was moordend in 1994 en is dat nog steeds (een verwijzing naar het grondstofrijke Oost-Congo, waar volgens waarnemers Rwandese militairen strijden, al ontkent Rwanda dat officieel, nvdr). De EU heeft onlangs een overeenkomst getekend voor de ontginning van grondstoffen uit Congo. Op die manier steunt Europa openlijk iemand die bloedmineralen steelt. Mijn vraag aan Europa is dan ook: waar waren jullie in 1994, en waar zijn jullie vandaag?
Op 26 augustus 2020 nam u een vlucht van Chicago naar Dubai om van daaruit door te reizen naar Burundi. Maar het privévliegtuig landde plotseling in Kigali. Hoe is dat precies gegaan?
Rusesabagina: Ik werd ontvoerd door een man die zichzelf ‘de man van God’ noemde. Eind 2017, begin 2018 ontmoette ik via een Belgisch-Rwandese advocaat pastoor Constantin Niyomwungere. We hielden contact en ik nodigde hem zelfs uit bij mij thuis in Kraainem. We werden vrienden. ‘Je spreekt over rechtvaardigheid, verzoening en dialoog’, zei hij. ‘Jouw boodschap is heel belangrijk en de hele wereld is bereid om naar jou te luisteren. Waarom kom je niet naar Burundi om met mijn kerken te praten? We kunnen een privéjet huren om je naar Burundi te brengen.’
Ik heb nooit geweten dat we eigenlijk naar Kigali gingen in plaats van Bujumbura. Ik realiseerde me dat pas toen ik de verkeerstoren van het vliegveld van Kigali zag. Ik stortte bijna in. Toen ze de deur van het vliegtuig openden, zag ik soldaten op de tarmac wachten. Ik begon te schreeuwen: ‘Ik ben Paul Rusesabagina en ik word ontvoerd. Ze gaan me vermoorden.’ Daarna grepen Rwandese agenten me vast. Ze bonden mijn armen op mijn rug, trokken een zak over mijn hoofd, duwden me in een auto en brachten me naar een onbekende plek.
Waarom denkt u dat de pastoor uw vriendschap heeft verraden?
Rusesabagina: Hij was een agent van Rwanda. Hij kan wel zeggen dat hij onder druk is gezet, maar daar geloof ik niets van. Toen ik in Kigali was, heb ik hem eens in een kamer naast mij trots horen beschrijven hoe hij me had gekidnapt. Ik heb in België een klacht tegen hem ingediend.
Uiteindelijk zat u in Rwanda twee jaar en zeven maanden in de cel. Hoe herinnert u zich die periode?
Rusesabagina: Het was de hel. Ze bonden me vast. Ze sloegen en schopten me over mijn hele lichaam en stampten met hun laarzen in mijn nek. Ik zat ook in eenzame opsluiting, praatte met niemand en mocht maar één uur per dag naar buiten.
Heeft België consulaire steun verleend toen u in de gevangenis zat?
Rusesabagina: België heeft me echt héél goed gesteund. In het begin deed België alsof het niet zag wat er aan de hand was. Maar toen de hele internationale gemeenschap zich ermee ging bemoeien, deed België dat ook. Het Belgische consulaat bezocht me elke maand in de gevangenis. Buitenlandse Zaken stuurde mijn kleren en boeken naar Kigali.
Of je staat aan de kant van Paul Kagame, of je bent tegen hem – en dan ben je ten dode opgeschreven.
Terwijl u gevangen zat, onthulde Knack dat de smartphone van uw dochter Carine Kanimba sporen bevatte van de spyware Pegasus.
Rusesabagina: Zo pakt de Rwandese regering de zaken aan. Ik zat al achter de tralies. Dus toen mijn dochter zich over de zaak uitsprak, werd zij het volgende doelwit. Ze volgen mijn hele familie.
U werd veroordeeld tot 25 jaar, maar kwam vervroegd vrij. Waarom?
Rusesabagina: Vanwege de druk. Het Amerikaanse overheidsagentschap USAID was gestopt met geld te sturen naar Kigali, de American Bar Association Center for Human Rights en de George Clooney Foundation spraken zich uit. En ook het Belgische, Italiaanse, Spaanse en Europese parlement vroegen in resoluties om mijn vrijlating.
Hoe is dat precies gegaan?
Rusesabagina: Het was 24 maart, een vrijdag, en ik zou mijn wekelijkse telefoontje van vijf minuten hebben met mijn familie. Zoals altijd belde ik om 15 uur. Zij vertelden me dat ik vrijgelaten zou worden. Maar na dat gesprek keerde ik terug naar mijn kamer en gebeurde er niets. Tot diep in de nacht. Plotseling hoorde ik hoe beneden het enorme hangslot van de metalen deur werd geopend. Kort daarna sloeg ook een deur op mijn verdieping open. En vervolgens kwamen ze allemaal binnen: de gevangenisdirecteur, zijn adjunct, militairen en politieagenten. ‘Jij, opstaan!’, zei de directeur. ‘Maak dat je hier weg bent.’ Maar waarom midden in de nacht? Waarom zou ik hen vertrouwen? Dus ik weigerde.
Later brachten ze me telefonisch in contact met de Amerikaanse zaakgelastigde in Rwanda. Zij bevestigde dat ik werd vrijgelaten en gaf de telefoon door aan iemand van het Amerikaanse consulaat die me elke maand was komen bezoeken. Hij klonk opgewekt. ‘Oké,’ zei ik, ‘nu kan ik gaan.’ En toen heb ik mijn boeken en kleren ingepakt. Amerikaanse, Belgische en Qatarese diplomaten brachten me naar de Qatarese ambassade. Daarna ben ik een paar dagen in Qatar geweest, en zo ging ik terug naar Texas.
Hoe is uw voorbije jaar verlopen?
Rusesabagina: Na mijn vrijlating was ik erg verzwakt. Daarom heb ik een heel jaar niets gezegd, niets gedaan, alleen maar bij mijn familie en vrienden geweest en veel mensen bedankt die voor me hebben gevochten toen ik in de gevangenis zat. Toen ik vrijkwam, had mijn familie 1352 artikels uit verschillende media wereldwijd verzameld. Ik heb ze nog altijd niet allemaal gelezen.
In ons onderzoek Rwanda Classified focussen we op Rwandese intimidatie in België. Hebt u zelf ook bedreigingen ontvangen toen u in Kraainem woonde?
Rusesabagina: Sinds 2004 ben ik een probleem voor meneer Kagame. De film Hotel Rwanda kwam uit, ik kreeg de Presidential Medal of Freedom van de Amerikaanse president George Bush Junior en mijn autobiografie An Ordinary Man werd gepubliceerd. Kagame was niet blij, ik was een bedreiging voor hem. Of je staat aan zijn kant, of je bent tegen hem – en dan ben je ten dode opgeschreven.
Maar wat is er precies gebeurd?
Rusesabagina: Mijn dochter Lys werd in 2018 benaderd door iemand die ik niet ken. Hij zei dat zijn vader ooit gered was door mijn vader. Hij was geloofwaardig omdat hij het had over iets wat mijn vader 50 jaar geleden had gedaan. Niemand anders wist dat. Daarna stuurde die man audiobestanden naar mijn dochter, waarin je mannen hoort praten. Over hoe je mensen in het buitenland kunt volgen en lastigvallen en zelfs vermoorden. Ik was niet echt verbaasd om dat te horen, want transnationale repressie is een praktijk die de Rwandese overheid altijd toepast. In de opnames hoor je ze ook praten over doelwitten. Het eerste doelwit was ik. Ze hadden het ook over mensen in België die ze konden bedreigen om hen te helpen. Natuurlijk heb ik die opnames aan de Belgische politie bezorgd.
Rwanda heeft geprobeerd de Belgische politie en het parket te gebruiken om mij bij een heleboel dingen te betrekken die ik nooit heb gedaan.
Kreeg u politiebescherming in België?
Rusesabagina: Bij sommige gelegenheden wel.
Welke impact hadden die bedreigingen op uw leven in België?
Rusesabagina: We hebben besloten om deels elders te gaan wonen. Op een bepaald moment verhuisde de Rwandese ambassadeur in België naar een woning achter ons huis in Kraainem. Is dat niet verdacht? Achter iemand gaan wonen op wie je jacht maakt? Het is belachelijk. Uiteindelijk is hij wel verhuisd. Maar toen kwamen er andere Rwandezen wonen, jonge mensen die voor de regering werkten. We zagen ze ‘s nachts, als ze uit de metro kwamen, gewoon voor ons huis staan.
Het federaal parket in België onderzoekt niet alleen de doodsbedreigingen aan uw adres. Het voert sinds 2012 ook een onderzoek naar u op verdenking van terrorisme.
Rusesabagina: Rwanda heeft geprobeerd de Belgische politie en het parket te gebruiken om mij bij een heleboel dingen te betrekken die ik nooit heb gedaan. Het federaal parket stuurde zelfs documenten naar Kigali die ze bij mij thuis in beslag hadden genomen. Maar hebben ze ontdekt dat ik geld zou hebben gestuurd (om terrorisme te financieren, nvdr.)? Ik heb daarvoor nooit enig bewijs gezien.
In uw gratieverzoek aan Kagame voorafgaand aan uw vrijlating beloofde u om u ‘in stille bezinning’ terug te trekken. Ziet u in de toekomst nog een publieke rol voor uzelf weggelegd?
Rusesabagina: Toen ik de gevangenis in Kigali verliet, stonden veel gevangenen in een rij. Ze zongen en riepen: ‘Meneer Rusesabagina, u was onze stem voordat u naar deze gevangenis kwam’. Wees opnieuw onze stem nu u wordt vrijgelaten.’ Niemand kan mij het zwijgen opleggen. Ik weet dat er op een dag democratie zal komen in Rwanda. Als ik er dan nog ben, waarom zou ik dan geen politieke rol opnemen?
In juli organiseert Rwanda nieuwe presidentsverkiezingen. Wat verwacht u daarvan?
Rusesabagina: Voor mij zijn de verkiezingen al beklonken. Bent u niet bang wanneer iemand met 98,79 procent van de stemmen wordt verkozen? (de uitslag tijdens de vorige verkiezingen in 2017, nvdr.) Kunt u zich dat voorstellen? Maar sommige mensen rond Kagame – of mensen die doen alsof ze achter hem staan – zijn de situatie misschien wel beu en zullen misschien niet eeuwig zwijgen. In zijn eigen team zijn veel mensen niet tevreden. Misschien zullen ze op een dag hun stem verheffen.
Het federaal parket reageert:
Het federaal parket laat weten dat het onderzoek naar de doodsbedreigingen tegen Paul Rusesabagina geen potentiële daders heeft geïdentificeerd en is afgesloten. Het onderzoek naar de klacht over kidnapping loopt nog. Over het onderzoek naar terrorisme kan het inhoudelijk géén commentaar geven. De woordvoerder preciseert wel dat het gaat om een dossier tegen de heer Rusesabagina en anderen. ‘We bevestigen ook dat de goederen die tijdens de huiszoeking in België in beslag werden genomen, inderdaad aan de Rwandese autoriteiten werden overhandigd volgens de strikte regels van de internationale samenwerking en de Belgische procedure.’
Dit artikel maakt deel uit van het onderzoeksproject ‘Rwanda Classified’. Gedurende zes maanden werkten Knack, Le Soir en de RTBF samen met het journalistencollectief Forbidden Stories om de zogenoemde ‘Rwandese transnationale repressie’ tegen opposanten te onderzoeken. Daarmee zetten 50 journalisten uit 11 landen het werk verder van de Rwandese collega John Williams Ntwali, die in januari 2023 in Rwanda omkwam in verdachte omstandigheden.
Paul Rusesabagina
1954: Geboren in Rwanda.
1994: Redt als hotelmanager 1268 mensen tijdens de Rwandese genocide.
1996: Verhuist naar België.
2005: Krijgt Presidential Medal of Freedom.
2020: Wordt gekidnapt naar Rwanda.
2021: Krijgt 25 jaar gevangenisstraf in Rwanda voor terrorisme.
2023: Wordt vervroegd vrijgelaten.
2024: Woont in Texas.