Kerkjurist Rik Torfs: ‘Als de volgende paus uit Afrika komt, zal dat de meest conservatieve zijn van de laatste honderdvijftig jaar’

© Getty
Walter Pauli

Ondanks zijn reputatie als vernieuwer voerde Franciscus helemaal geen democratische hervormingen door in het Vaticaan, zo betoogt kerkjurist Rik Torfs. De kans bestaat zelfs dat door zijn beleid de klok nu wordt teruggedraaid. ‘Hij verdedigde progressievere standpunten dan zijn voorgangers, maar hij deed dat met net zo’n harde hand.’

Rik Torfs, ’s lands bekendste kerkjurist, heeft niet alleen zijn contacten in de Vlaamse tv-studio’s maar ook in het Vaticaan zelf. Dat bleek vorig jaar nog toen Het Vaticaan. Achter de schermen van de Kerk uitkwam.

Hij sprak voor dat boek annex tv-serie met kardinalen pro en contra Franciscus, toptheologen, kerkhistorici, een vrouwelijke priester en andere insiders uit Rome en omstreken.  

Want veel was in een stroomversnelling geraakt, sinds de Argentijn Jorge Bergoglio op 13 maart 2013 tot paus werd verkozen – de eerste jezuïet ooit, de eerste niet-Europeaan sinds de Syriër Gregorius III (731-741) en ook de eerste paus die koos voor de naam ‘Franciscus’.

Een paus in extra time: het onverwachte leiderschap van Franciscus

Harde hand

Franciscus was geen koorknaap. Zijn biografieën, zelfs de meest gekuiste, tonen een man die niet vies is van macht en die zeker niet bang is om die macht te gebruiken. Zijn Argentijnse jaren lezen als een aaneenrijging van conflicten: in zijn eigen jezuïetenorde, met andere kerkelijke machtsfiguren en met Argentijnse politici en militairen. Het is geen geheim dat hij ook zelf zijn handen heeft vuilgemaakt. 

Maar deze paus begon wel aan een reeks veranderingen die dringend nodig waren. En hij deed dat doorgaans vanuit een progressiever perspectief dan zijn voorgangers, of het nu ging over migratie, klimaat of homoseksualiteit. Dat botste op ongemeen felle tegenstand, ook in het Vaticaan zelf van kardinalen met enige renommee en prestige.

‘Je moet al een jezuïet zijn om dat te bedenken: vrouwen promoveren om kardinalen te degraderen.’

Rik Torfs

‘Meestal ging het om kardinalen die ooit belangrijk waren maar onder Franciscus op een zijspoor waren beland’, weet Rik Torfs. ‘Het omgekeerde merk je ook: kardinalen die het de laatste jaren voor het zeggen hadden, durfden zelfs geen voorzichtige kritiek te leveren op Franciscus. Hij verdedigde progressievere standpunten dan zijn voorgangers, maar hij deed dat met net zo’n harde hand.’

Franciscus verstrengde ook de controle op de Vaticaanse financiën. Hij hervormde de Vaticaanse Curie, de in Rome gevestigde centrale bestuursinstellingen van de katholieke kerk. Voor het eerst wees hij vrouwen aan als hoge leidinggevenden in het Vaticaan. Bij de benoeming van nieuwe kardinalen maakte hij een forse inhaalbeweging vanuit het Zuiden ten opzichte van West-Europa (vooral Italië) en Noord-Amerika.

Vrouwen aan de top

Die vernieuwingsoperatie zette Franciscus extra in de verf door in een beruchte toespraak de verzamelde curiekardinalen uit te schelden. Hij beschuldigde hen van ijdeltuiterij, machtsmisbruik, formalisme, carrièrisme, enzovoort. Torfs bekeek het met zeer gemengde gevoelens: ‘Ik was geen onvoorwaardelijke fan van Franciscus. Ik vond hem vaak te populistisch. En vooral: net als zijn voorgangers was hij niet bang van een vrij brutaal gebruik van macht – ik durf zelfs te zeggen: machtsmisbruik. Franciscus ging zelfs verder dan Johannes-Paulus II en Benedictus XVI. Maar hij kwam er wel mee weg, als hij er al geen applaus voor kreeg.’

Er was bijvoorbeeld zijn besluit om Vaticaanse topfuncties open te stellen voor vrouwen. ‘Op zich is dat een zeer juiste beslissing. Alleen deed hij het zo dat als gevolg van zijn operatie … de curiekardinalen gekortwiekt werden.’ Kerkjurist Torfs legt uit: door bepalingen in het kerkelijk wetboek kunnen vrouwen hoogstens ‘helpers’ zijn, zonder zelf kerkelijke autoriteit uit te oefenen. Als je hen aan het hoofd van de curie plaatst, impliceert dat dat de andere hoofden – in de regel kardinalen – ook geen eigen autoriteit meer uitoefenen. Ze zijn dus ook hoogstens ‘helpers’ – van wie anders dan van de paus?

‘Je moet al een jezuïet zijn om dat te bedenken: vrouwen promoveren om kardinalen te degraderen’, zegt Torfs. Want dat het een bewuste operatie was, daaraan twijfelt hij geen seconde: ‘Ik ga ervan uit dat de paus en zijn medewerkers weten wat ze doen als ze aan zo’n operatie beginnen. Hij had ook gewoon één bepaling in het kerkelijk wetboek kunnen veranderen, waardoor “autoriteit” opengesteld zou worden voor vrouwen. Dat deed de paus niet.’ 

Na Franciscus: wordt de volgende paus een conservatief tegenwicht?

Kardinaal per prauw

Torfs heeft ook zijn bedenkingen over de verregaande internationalisering bij de benoeming van nieuwe kardinalen. Die begon toen paus Johannes XXIII in 1960 met de Tanzaniaan Laurean Rugambwa de eerste Afrikaanse kardinaal aanstelde. In volle dekolonisatie was dat een logische en juiste benoeming. Ook nadien brachten kardinalen uit verre landen de broodnodige diversiteit naar Rome – en sterke verhalen. Paulus VI benoemde in 1973 bijvoorbeeld Pio Taofinu’u uit West-Samoa tot kardinaal, de eerste Polynesiër ooit. Om Rome te bereiken, werd Taofinu’u telkens per prauw naar een lokaal vlieghaventje gebracht, dan legde hij per motorvliegtuig drieduizend kilometer af naar Australië of Nieuw-Zeeland, en vervolgens ging hij in een lijnvlucht de halve wereld rond tot in Rome.

Franciscus trok die lijn stevig door. In het conclaaf dat nu zijn opvolger moet kiezen, zullen er meer ‘zuidelijke’ en niet-westerse kardinalen zijn dan ooit. Vanuit formeel democratisch standpunt is dat prima: de kerk groeit het snelst in Azië en Oceanië, het aantal priesters stijgt nog in Azië en Afrika. Maar inhoudelijk is er toch reden tot enige bezorgdheid: Afrikaanse kardinalen en bisschoppen kanten zich en bloc tegen elke vorm van kerkelijke erkenning van homoseksuele relaties.

‘Westerse intellectuelen hopen op een zwarte paus, maar dan wel een paus die de westerse seculiere ideeën vertolkt en afstand neemt van de Afrikaanse gevoeligheden.’

Rik Torfs

Kardinaal Peter Turkson (°1948) uit Ghana, de kanselier van de Pauselijke Academies voor Wetenschappen en voor Sociale Wetenschappen en in 2013 zelfs al genoemd als pauskandidaat, legde het aan Torfs uit: ‘Ik vind dat elk volk daar een eigen mening over mag hebben. Criminalisering van mensen met een andere geaardheid kan natuurlijk niet. Geweld tegen homoseksuelen moet streng worden veroordeeld. Maar daarom hoef je de relatie die ze hebben niet op hetzelfde niveau te plaatsen als die van heteroseksuele mensen.’

Torfs vat samen: ‘Westerse seculiere intellectuelen hopen op een zwarte paus, maar dan wel een paus die de westerse seculiere ideeën vertolkt en afstand neemt van de Afrikaanse gevoeligheden. Die zijn in Rome in elk geval niet bijzonder talrijk.’ Vandaar zijn besluit: ‘Als er een paus uit Afrika zou komen, zal dat de meest conservatieve zijn van de laatste honderdvijftig jaar.’

Santo Subito

Zo is het Vaticaan bij het afscheid van Franciscus onbedoeld op ongeveer hetzelfde punt beland als aan het begin van diens pontificaat: een Kerk die in de knoop zit met seks en moralisme, althans in westerse ogen. Er is veel voor te zeggen dat een meerderheid van kardinalen in 2013 juist voor Franciscus heeft gekozen om een einde te maken aan het voorbije tijdperk, de era van Johannes-Paulus II (1978-2005) en Benedictus XVI (2005-2013).

De Pool Karol Wojtyla – paus Johannes-Paulus II – had vanuit Rome oorlog gevoerd tegen het wereldwijde communisme. Met groot succes, want samen met de Amerikaanse president Ronald Reagan was hij een van de belangrijkste bewerkstelligers van de val van de Muur in 1989. Het maakte hem mateloos populair en op de dag van zijn begrafenis klonk al vanuit de massa op het Sint-Pietersplein de kreet ‘Santo Subito’ – ‘Meteen heilig!’ Zijn belangrijkste medewerker, de Duitser Joseph Ratzinger, volgde hem op als Benedictus XVI en gaf het volk wat het vroeg. Amper zes jaar na zijn dood, in 2011, verklaarde hij zijn voorganger ‘zalig’. Nadat Benedictus zelf in 2013 was afgetreden, was het aan Franciscus om de operatie te beëindigen: sinds 2014 is Johannes-Paulus II een officiële heilige van de katholieke kerk.

De katholieke kerk heeft een lange traditie in het feliciteren, goedpraten en ophemelen van zichzelf, zegt Torfs. ‘Johannes-Paulus II is zwaar overschat als paus. Van alle kardinalen en theologen die ik sprak, is er echt níémand die hem nog fantastisch vindt. Wojtyla is net op tijd heilig verklaard. In die zin is de kerk niet anders dan de maatschappij: vedetten die tijdens hun leven al worden aanbeden, vallen vaak snel van hun sokkel.’

Niet-geoorloofd geachte seks

Johannes-Paulus II wás een wereldvedette, mogelijk ‘the greatest communicator’ die de katholieke kerk ooit had. Maar de Romeinse hoogleraar Giovanni Maria Vian, die een aantal jaar hoofdredacteur was van de Vaticaanse krant L’Osservatore Romano, doet zijn pontificaat tegenover Torfs haast achteloos af als ‘strovuur’. Johannes-Paulus II zorgde voor een bijzonder hevige opflakkering waar velen zich aan konden verwarmen, maar het effect was uitgedoofd voor ze er erg in hadden. Wat overbleef, was asse.

Johannes-Paulus II maakte één kapitale inschattingsfout: met zijn kruistocht tegen de verloedering van de westerse zeden en vooral de seksuele moraal, heeft hij juist gestimuleerd wat hij wilde bestrijden. Zeker bij het grote publiek lijkt het er inmiddels op dat de katholieke kerk van ‘seks’ haar unique selling proposition heeft gemaakt – of beter gezegd: de strijd tegen elke mogelijke vorm van niet-geoorloofd geachte seks, kortom elke vorm van seks buiten het huwelijk.

De essentiële boodschap van de kerk draaide niet meer om het geloof of om God. ‘Het ging zelfs verder dan reductionisme, het herleiden van de boodschap van de kerk tot moraal. Men heeft de boodschap veranderd en het bijkomstige – moraal – werd verheven tot het essentiële. Alsof het de voornaamste taak van de kerk is om de morele surveillant van de samenleving zijn.’ 

‘U kunt dus geen innige relatie met één vrouw hebben. Maar wel een minder innige met twee of meer vrouwen.’ 

Een seminarieprofessor tegen kandidaat-priesters

Bovendien waren priesters vaak strenger voor de gelovigen dan voor zichzelf. Veel van hen hanteerden een dubbele moraal. Dat is geen nieuw fenomeen – middeleeuwse schilderijen en blijspelen maakten daar al volop toespelingen op. Sinds de seksuele revolutie van de jaren zestig en zeventig was opnieuw ‘veel mogelijk’. Torfs brengt in herinnering wat een bepaalde seminarieprofessor kandidaat-priesters voorhield: ‘Het celibaat (de belofte om niet te huwen) betekent dat jullie helemaal voor God kiezen. De hechte relatie met een vrouw zou daarbij voor concurrentie kunnen zorgen en het door jullie gekozen ideaal onmogelijk realiseerbaar maken. U kunt dus geen innige relatie met één vrouw hebben. Maar wel een minder innige met twee of meer vrouwen.’ 

‘Alle kardinalen zijn homo’s’

De prijs die voor dergelijke hypocrisie werd betaald, is inmiddels duidelijk geworden. De kerk heeft zo goed als al haar krediet verspeeld. Het celibaat was de dekmantel om discreet te mogen doen wat publiek (steeds vaker zelfs wettelijk) niet mocht. Het gaat ook niet om straffe verhalen uit een ver verleden. Torfs sprak met de Franse schrijver Frédéric Martel, de auteur van Sodoma, een boek over homoseksualiteit in het Vaticaan.

– ‘Alle kardinalen zijn homo’s’, zegt Martel

‘Werkelijk?’ antwoordt Torfs.

– ‘Allemaal, behalve Walter Kasper (een bekende Duitse medestander van Franciscus, nvdr)’, zegt Martel.

‘Dat maakt het link’, zegt Torfs. ‘”Alle kardinalen” is een boutade. Met “behalve Kasper” erbij, doet Martel alsof hij werkelijk over inside-information beschikt.’ 

De Franse filosoof Jean-Luc Marion – conservatief, rookt pijp – ging nog een stap verder: ‘De verloedering en decadentie zijn van alle tijden. Het zou me niet heel erg verbazen als een paus een pedofiel zou blijken te zijn. In de loop van de geschiedenis was er wellicht al een paus die pedofiel was. De kerk heeft geen toverformule om het kwaad te vermijden.’  

Rik Torfs

1956: Geboren in Turnhout.

1979: Licentiaat in de Rechten (KU Leuven).

1980:  Licentiaat in het Notariaat (KU Leuven).

1981: Licentiaat in het kerkelijk recht (KU Leuven).

1987: Doctor in het Kerkelijk Recht (KU Leuven).

1994-2003 en 2010-2013: Voorzitter van de Faculteit Kerkelijk Recht (KU Leuven).

1996: Gewoon hoogleraar (KU Leuven).

2010-2013: Senator voor CD&V.

2013-2017: Rector van de KU Leuven.

2022: Emeritus

Schreef tientallen wetenschappelijke en vulgariserende artikels en boeken, is een veelgevraagde columnist (De StandaardLe SoirDoorbraak), nam deel aan tal van tv-programma’s (De Slimste Mens ter WereldDe AfspraakDe tafel van Gert,…).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content