Kan de EU ‘het bloeden doen stoppen’? Dit ligt op tafel in de energiecrisis

© Belga
Kamiel Vermeylen

De federale regering kijkt nadrukkelijk naar de Europese Unie om de hoge energiefacturen te milderen. Dat wordt geen gemakkelijke klus. Een overzicht.

Een overwinstbelasting, een ontkoppeling tussen gas en elektriciteit, een opschorting van de energiegroothandel en een prijsplafond. Na het Overlegcomité van woensdag denkt de Vivaldi-regering aan vier nieuwe recepten om de torenhoge energieprijzen te milderen.

Maar, aldus premier Alexander De Croo, ‘enkel Europa kan het bloeden vandaag doen stoppen’. Het was voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen die afgelopen maandag al te kennen gaf dat haar instelling zowel een snelle noodinterventie als een meer structurele hervorming bekijkt. Voor de vier pistes waar de regering-De Croo naar kijkt, blijft het wachten op hetgeen er uit de Europese koker komt.

Ontkoppeling tussen gas en elektriciteit

De Europese energiemarkt werkt vandaag op basis van het zogenaamde marginal pricing model. ‘Dat systeem werd aan het einde van de jaren vijftig door de in Frankrijk wereldberoemde Marcel Boiteux uitgewerkt’, legt energie-onderzoeker Joannes Laveyne (UGent) uit. ‘In een vrijwel volledig genationaliseerde energiemarkt wilde de wiskundige zoveel mogelijk garanderen dat de Fransen van zo goedkoop mogelijke energie genoten. Omdat het systeem naar behoren functioneerde, werd het tijdens de liberalisering van de energiemarkten overgenomen.’

Maar hoe werkt het marginal pricing model? Het systeem voorziet dat de prijs van de duurste energiebron waar die dag vraag naar is, geldt voor álle energiebronnen die diezelfde dag worden verkocht. Bij die duurste bron – enkel de productiekost wordt meegerekend – gaat het altijd om fossiele brandstoffen zoals gas. De goedkoopste zijn hernieuwbare bronnen zoals zonne- en windenergie – de zon stuurt nu eenmaal geen rekening.

Het gevolg is dat de winstmarges voor de producenten van de hernieuwbare energie groter uitvallen dan die voor de producenten van de fossiele brandstoffen. Tegen de achtergrond van de klimaattransitie moet dat investeringen in hernieuwbare energie stuwen, wetende dat die als eerste op het net wordt geplaatst en dus een verkoopsgarantie geniet.

Binnen het model ligt de prijs steeds waar vraag en het aanbod samenkomen, een manier van werken die in heel wat markten gehanteerd wordt. Een eenvoudig voorbeeld. Op de markt bestaat er een op een bepaald moment vraag naar 90 kilo aardappelen. Drie boeren produceren elk 30 kilo aan een kost van respectievelijk twee, vier en zes euro per kilo. Die laatste moet dat duurdere bedrag vragen om uit de kosten te komen, de eerste twee weten dat ze zes euro kunnen vragen omdat de consument bereid is om dat bedrag aan de concurrent te betalen. De duurdere producent zet dus de prijs voor de rest.

Toch werkt het systeem volgens sommigen niet meer naar behoren. ‘De markten gedragen zich ronduit irrationeel’, liet De Croo optekenen. Dat komt door meerdere factoren. In de nasleep van de coronapandemie groeide de vraag naar energie pijlsnel terwijl het aanbod niet voldoende meesteeg, onder meer door strategische overwegingen van de OPEC-landen.

Bovendien bestaat er sinds de Russische inval in Oekraïne een heleboel leveringsonzekerheid en gaan Europese lidstaten angstvallig op zoek naar alternatieve producenten om de vraag te dekken. Reken daarbij het feit dat slechts veertig procent van het Franse nucleaire park momenteel draait, en duidelijk wordt dat de situatie vrij acuut is.

Omdat de gasprijs zo duur is geworden, stijgen dus ook de prijzen van hernieuwbare en nucleaire energie. Torenhoge elektriciteitsfacturen zijn het gevolg. Hoog tijd, klinkt het bij steeds meer Europese leiders, om de koppeling tussen de gasprijzen en de elektriciteitsprijzen los te laten.

België pleit op Europees niveau bijvoorbeeld voor een pay as clear-principe. Het betekent zoveel als dat consumenten simpelweg betalen voor de kost van elke brok energie die op het net komt: minder voor goedkope hernieuwbare energie, meer voor gas.

Von der Leyen bestudeert tegen het eerste kwartaal van 2023 wat mogelijk is. Evident wordt dat niet, zegt ze. ‘Dit is geen triviaal aanpassinkje, maar een enorme structurele hervorming die uiterst doordacht moet plaatsvinden’, liet ze begin juni in het Europees Parlement optekenen.

Prijsplafond

Daarnaast leeft er al enige tijd de idee om een prijsplafond in te voeren. Op het spoedberaad van de Europese ministers van energie op 28 februari pleitte Groen-minister Tinne Van der Straeten al voor een prijsplafond. Niet veel later wierp ook De Croo die piste op. Het argument luidt dat het instrument de marktwerking niet verstoort omdat de markt al verstoord is. In de conclusies van de Europese top van eind juni verzochten de Europese staatshoofden en regeringsleiders de Commissie expliciet om maatregelen uit te werken, waaronder een prijsplafond. Tot op heden is er uit de koker Berlaymontgebouw nog geen concreet voorstel gekomen. Portugal en Spanje – de twee zijn nauwelijks met de rest van de Europese elektriciteitsmarkt verbonden – hebben van de Commissie wel toelating gekregen om een prijsplafond in te voeren.

Een zaligmakende maatregel is een prijsplafond niet noodzakelijk, aangezien het verbruik van fossiele brandstoffen aanmoedigt en het diegenen beloont die het meeste energie verbruiken. Daarnaast doet het plafond de vraag naar energie stijgen op een moment dat het aanbod schaars is – opnieuw met prijsstijgingen tot gevolg. Bovendien blijft het uitzoeken of zo’n plafond enkel toepasbaar moet zijn op Russisch gas, waarvan er niet meer heel veel naar de Unie stroomt. Indien het prijsplafond ook op het gegeerde vloeibare LNG wordt toegepast terwijl er elders meer voor wordt betaald, dan dreigen de LNG-schepen Europa simpelweg voorbij te varen.

Opschorting van de handel

Niet alleen in Europa, maar ook elders in de wereld gaan de energieprijzen aanzienlijk omhoog. Zo ook in Australië. In reactie besloot de marktregulator AEMO midden juni om de groothandelsspotmarkt simpelweg op te schorten en een vast tarief te introduceren. De Europese regels voorzien zulke mogelijkheid evenwel niet. Dat is niet naar de zin van Van der Straeten, die meent dat er in uitzonderlijke gevallen of bij irrationeel markten ook een tijdelijke opschorting moet kunnen plaatsvinden.

Overwinstbelasting

Hoewel de winter stilaan voor de deur staat is een ontkoppeling dus niet voor meteen. Daarom worden andere pistes onderzocht om de prijzen te milderen. Een overwinstbelasting is er een van. Het gaat dan over een heffing op woekerwinsten die sommige energiebedrijven boeken door de koppeling tussen de gas- en de elektriciteitsprijzen. De opbrengsten kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt om de energiefactuur te milderen of om bedrijven ertoe te verplichten beter te isoleren of te investeren in groene energie.

Op acht maart kwam de Europese Commissie met een update van een toolbox die ze reeds in oktober vorig jaar uitbracht en die diende om de lidstaten te begeleiden in hun omgang met de dure energieprijzen. In die update werden ook richtlijnen rond zo’n overwinstbelasting uitgewerkt. Zo benadrukte de Commissie dat zo’n overwinstbelasting onder meer beperkt in de tijd moet zijn en dat de ‘buitensporigheid’ van de overwinsten duidelijk moet worden gespecifieerd. Onder meer Griekenland, Spanje, Roemenië, Bulgarije en Italië voerden al zo’n heffing in.

De regering-De Croo heeft deze week een expertengroep aangesteld, met onder meer vertegenwoordigers van de energieregulator CREG en de ministeries van Financiën en Economie. Desalniettemin blijft de federale regering kijken naar het Europese niveau. In regeringskringen valt te horen dat er meerdere pistes op tafel liggen. Ofwel, zo luidt het, komt er een Europese overwinstbelasting of een nog meer afgelijnd Europees kader, ofwel komt er een instrument in de noodinterventieplannen die Von der Leyen voorbereidt.

De Europese Commissie heeft de lidstaten intussen een informatief voorstel bezorgd naar aanloop van de spoedvergadering van de energieministers volgende vrijdag. Het betreft een luik dat volgende week nog met andere voorstellen zal worden aangevuld. Met de aanzet, die Knack kon inkijken, stelt Von der Leyen alvast een overwinstbelasting voor op hernieuwbare en nucleaire energie en vraagt dat de lidstaten er zich toe te verbinden om meer elektriciteit te besparen. In de Wetstraat valt te horen dat de richting van het Commissievoorstel goed zit, maar dat het voorlopig nog onduidelijk is welke de impact van de voorgestelde overwinstbelasting op de factuur zou zijn.

Europese CO₂-handel

Tot slot pleit de N-VA er voor om het zogenaamde Europese Handelsemissiesysteem tijdelijk op te schorten – een voorstel dat op Europees niveau niet kansloos is. Het systeem werkt als volgt: de EU plaatst certificaten op de markt die bedrijven in ruil voor een ton CO2-uitstoot moeten opkopen. Gaandeweg neemt de Commissie steeds meer certificaten uit de markt. Het aanbod van de certificaten daalt, waardoor de prijs van CO2-uitstoot toeneemt. Kortom: aan de hand van marktwerking heeft Brussel bedrijven ertoe genoopt om de groene omslag te maken. Gevolg is wel dat veel producenten die kosten doorrekenen aan de klant. En dat kost geld.

Voor de Vlaams-nationalisten een ‘ onverantwoorde, kunstmatige en extra kost bovenop de internationale marktprijzen’. De opschorting biedt volgens Demir een ‘kortetermijnmaatregel die enigszins voor gezinnen en bedrijven soelaas kan bieden.’ Ecolo en Groen zijn het niet eens met het voorstel omdat het geen goede zaak zou betekenen in de strijd tegen de klimaatverandering. Dinsdag volgt een vergadering binnen het zogenaamde directoraat-generaal Europese Zaken waarin de verscheidene regeringen vertegenwoordigd zijn en consensus vereist is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content